Acht jaar Groene Cirkels: samenwerken met de natuur als partner
Atlas Natuurlijk KapitaalOnze economie en dus onze welvaart zijn in hoge mate afhankelijk van de diensten die de natuur ons levert. Die diensten noemen we ons natuurlijk kapitaal. Denk aan verkoeling door bomen, biomassa, bestuiving en natuurlijke plaagbestrijding voor onze gewassen of het bergen van water. De kwaliteit van ons natuurlijk kapitaal valt of staat bij hoe goed we ervoor zorgen. En daar valt een wereld te winnen. Letterlijk!
Al in 1972 wees de Club van Rome in The Limits of Growth op de eindigheid van onze natuurlijke voorraden. In de Millennium Ecosystem Assessment (2001-2005) onderzochten wetenschappers wereldwijd hoe het ervoor staat met ons natuurlijk kapitaal. In de afgelopen vijftig jaar veranderde de mens ecosystemen sneller en diepgaander dan ooit in de menselijke geschiedenis. Tweederde van de onderzochte ecosystemen neemt af of wordt op een niet duurzame manier gebruikt.
Wat is ons natuurlijk kapitaal waard?
Wereld Natuur Fonds-voorzitter Pavan Sukhdey zei het zo mooi: ”We use nature because it’s valuable, but we loose it because it’s free.” Het exploiteren van de natuur kost niets en de waarde van ons natuurlijk kapitaal bleef heel lang onzichtbaar. De TEEB-studie (The Economics of Ecosystems and Biodiversity), onder leiding van diezelfde Pavan Sukhdey, bracht daar vanaf 2007 verandering in. Deze studie bracht de kosten en baten van onze biodiversiteit en ecosystemen in kaart. Het begin is er, maar het TEEB-rapport pleit voor meer aandacht voor het meenemen van de waarde van ons natuurlijk kapitaal in ons economisch systeem.
In februari dit jaar verscheen het Dasgupta Review. Econoom Partha Dasgupta van de Universiteit van Cambridge stelt dat bij het bepalen van onze welvaart ons natuurlijk kapitaal als volledig onderdeel van de economie moet worden meegenomen. Deze conclusie onderschrijft ook de UN Statistical Commission: we moeten ecosysteemdiensten meenemen in de manier waarop we het bruto binnenlands product berekenen.
Wat gebeurt er in Nederland op dit gebied? Als een eerste stap werken het CBS en Wageningen Universiteit aan de ontwikkeling van de Natuurlijk Kapitaalrekeningen die de verandering van ons natuurlijk kapitaal in beeld brengen. Het Planbureau voor de Leefomgeving, Wageningen Environmental Research en het RIVM werken aan het Natuurlijk Kapitaal Model. Hiermee rekenen ze de effecten van verschillende maatregelen op de levering van ecosysteemdiensten en hun waarde voor de samenleving door.
Natuur als motor voor bedrijfsleven
Ook bedrijven worden zich steeds meer bewust van de risico’s die ze lopen als het natuurlijk kapitaal dat zij benutten, wordt aangetast. Vanuit de Natural Capital Coalition wordt gewerkt om de waarde van het natuurlijk kapitaal mee te nemen in de productieketens. Want dat natuurlijke kapitaal is de motor voor hun bedrijf. Zo is bestuiving van cruciaal belang voor 84 procent procent van de Europese gewassen. Als bedrijven hun invloed op ecosystemen willen verbeteren, hebben ze informatie nodig over de staat waarin die ecosystemen verkeren.
Groene Cirkels: hoe het begon
Maar hoe doe je dat in de praktijk? De Groene Cirkels en hun ontwikkeling zijn daar een mooi voorbeeld van. Binnen deze Groene Cirkels werken bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid samen aan duurzamere, natuurinclusieve bedrijfsprocessen. Het begon allemaal op een bijeenkomst in 2011 waar Menko Wiersema (gebiedsregisseur bij de provincie Zuid-Holland), Jan Kempers (manager Duurzame Ontwikkeling van Heineken Nederland) en Paul Opdam (hoogleraar Landschap en ruimtelijke planning aan Wageningen Universiteit) elkaar treffen. Ze deelden dezelfde droom: Nederland verduurzamen. Het kon en moest anders. Maar waar ze vooral van overtuigd van waren, dat ze elkaar daarvoor nodig hadden.
Een maatschappij die voor zo’n grote uitdagingen staat, vraagt om een nieuwe wetenschap, concludeerde Paul Opdam in zijn onderzoek Op zoek naar het duurzame landschap, hoe wetenschap en praktijk van elkaar leren (pdf: 15,2 MB). Een maatschappij waarin wetenschap en praktijk samen zoeken naar oplossingen. Menko Wiersema: “Met het analyseren van landschappen krijg je geen duurzaam gebruik. En als provincie konden we niet zonder strategische partners om te verduurzamen. Heineken was op zoek naar kennis om haar productieproces te verduurzamen. Wat als we de kennis uit de wetenschap samen zouden brengen met de investeringskracht van een groot bedrijf als Heineken en de belangen van de provincie? Met ons natuurlijke kapitaal als partner. Door met de natuur mee te bewegen in plaats van er tegenin.
Duurzaamste brouwerij van de hele wereld
Zo legden de provincie Zuid-Holland, Wageningen Universiteit en Heineken de basis voor de eerste Groene Cirkel. Het doel was van Heineken de meest duurzame brouwerij ter wereld te maken en tegelijkertijd het leefklimaat in Zuid-Holland te verbeteren. Wiersema: “Wij gingen samen kijken naar het productieproces. Heineken is de grootste ciderproducent ter wereld. En voor cider heb je appels nodig. En die appels kunnen niet zonder bestuivers. Als we terreinen anders zouden inrichten, krijgen bestuivende insecten meer kans om nectar te verzamelen en te overwinteren.”
Het honderd hectare tellende brouwerijterrein van Heineken in Zoeterwoude onderging een metamorfose. Binnen twee jaar was er een bloemenzee waar bestuivers graag vertoefden. Wiersema: “De omwoners waren onder de indruk van deze bloemenzee. Bedrijven uit de regio waren verbaasd: zo kan het dus ook.”
Ook werkt Heineken aan het verbeteren van de kringloop. Zo blijft na het brouwen een borstel over, het restant van gerst. Dat gingen zij gebruiken als veevoer voor de Nederlandse koeien. En Heineken wilde haar CO2-uitstoot verminderen. Zo verduurzaamde Heineken haar transport. Met acht partijen werkte zij aan een concept voor elektrische emissieloze binnenvaart. Minder vrachtwagens op de weg en een aanzienlijke reductie van Heinekens CO2-uitstoot. Onlangs vervoerde Heineken bier met een elektrisch binnenvaartschip met verwisselbare batterijen. Wiersema: “Dat vond ik fantastisch om te zien. Wat ooit begon als een maffe droom op een A4’tje, wordt opeens realiteit. Een schip op batterijen!”
Uitbreiding aantal Groene Cirkels
Sinds de oprichting van de eerste Groene Cirkel in 2013 zijn er verschillende Groene Cirkels bijgekomen. Zo zijn er de cirkels rond een circulaire suikerbietenketen, een bijvriendelijke omgeving en een duurzame fritesketen. In al deze cirkels werken diverse bedrijven, kennisinstellingen en de overheid hand-in-hand. Zo werken in de Groene Cirkel Kaas en Bodemdaling de provincie Zuid-Holland, Deltamilk, Rabobank, Waterschap Rivierenland en Wageningen University & Research samen om de bodemdaling in het veenweidegebied rond Alblasserwaard tegen te gaan. Tegelijkertijd willen zij de biodiversiteit vergroten.
Groene Cirkels: nu ook in de stad
Een Groene Cirkel Groene Gezonde Stad is in oprichting. In deze Groene Cirkel gaan partijen coalities vormen voor het groener maken van steden en dorpen. “Dat vind ik een interessante ontwikkeling”, stelt Wiersema. “Die klimaatverandering komt eraan en die hitte gaat ook komen. Juist in versteende steden ga je daar het effect van merken. Daar moet je iets tegenover gaan zetten. Groen in de stad is door haar verkoelende en waterregulerende werking meer dan nodig. Want straks is het te laat.”
Volgens Wiersema loont het om anders tegen klimaatverandering aan te kijken. “Niemand vindt klimaatverandering leuk. Iedereen is het erover eens dat er iets moet gebeuren. Maar je kunt klimaatverandering ook als kans zien om van de stad een gezonde leefomgeving te maken waar het fijn is om te wonen. Waar ik van droom, is een stad in een bos. Met heel veel bomen. Waar mensen lekker in het groen kunnen fietsen en wandelen. En met veel kleurige bloemen en waterparken waar je kunt zwemmen en wadi’s die het water opvangen. Waar bedrijventerreinen ecologisch en natuurinclusief zijn ingericht. Het gaat wat kosten qua investeringen en tijd, maar het kan. Zo is Amsterdam goed bezig. Je ziet het echt een andere stad worden.”
Anders aanpakken op basis van Groene Batenplanner
Hier en daar wat groen toevoegen, is volgens Wiersema niet zo zinvol. Wil je echt iets veranderen, dan moet je het ook in de stad wezenlijk anders aan pakken. “Het RIVM heeft veel onderzoek gedaan met de Groene Batenplanner. Zo rekende zij onder andere uit wat de aanwezigheid van bomen op een bepaalde plaats voor maatschappelijke waarde op zou kunnen leveren (zie onderstaande kaart). En stel: je legt een stadspark aan of plant meer bomen. Wat betekent dat dan getalsmatig voor de biodiversiteit of voor de gezondheid van mensen? Zo kunnen partijen ook in deze Groene Cirkel wetenschappelijke kennis gebruiken om een gebied te versterken.
Groene Cirkels zijn nodig
“Nederland gaat het niet redden zonder Groene Cirkels”, stelt Wiersema. “We staan voor zulke grote uitdagingen. Die kun je niet alleen oplossen. Dat kunnen de boeren niet, dat kan het bedrijfsleven niet en de overheid kan het ook niet. Dat kan alleen als je het samen doet en bereid bent om waar nodig, systemen radicaal te veranderen.”
Want daar gaat het vaak mis volgens Wiersema. Partijen proberen hun werkprocessen te verduurzamen zonder het onderliggende systeem en het organisatieprincipe te veranderen. “Zonder die systeemverandering is de duurzame oplossing bijna altijd duurder, moeilijker en minder betrouwbaar”, stelt hij. “Kijken we naar Heineken als casus, dan zie je wat zo’n radicale systeemverandering kan opleveren. Voor het bedrijf zelf, maar ook voor de leefomgeving. Meer biodiversiteit, minder CO2-uitstoot en een mooiere leefomgeving.”
Ook gaat het bij pogingen tot verduurzamen op onderhandelingstafels teveel over risico’s en problemen in plaats van over kansen. “Het gaat dan bijna altijd om minderen, stoppen, matigen, inleveren, uitruilen en het verdelen van verlies”, stelt Wiersema. “Binnen de Groene Cirkels gaan wij uit van kansen. Hoe kunnen we het natuurlijk kapitaal duurzaam benutten in een bepaald gebied en wat biedt dat voor kansen voor dat gebied?"
Die kansen verkennen de betrokken partners in de zogeheten ‘droomsessies’. Deze vormen een belangrijk onderdeel van de methodiek van Groene Cirkels. "Eerst gaan alle betrokken partijen hun individuele droom verkennen", legt Menko uit. "Daarna verkennen we samen de gemeenschappelijke droom. Zo ontstaat er stap voor stap een stip op de horizon. Want alleen vanuit een gedeelde droom kun je grote en soms ingrijpende vernieuwingen realiseren. De partners in Groene Cirkels geloven echt in die droom. Ook al gaat deze pas veel later iets opleveren en kost deze in de eerste periode vooral tijd en geld.”
Wat is er nodig?
Wat zijn volgens Wiersema de randvoorwaarden om Groene Cirkels zo goed mogelijk te laten functioneren? “Binnen de Groene Cirkels brengen we kennis en krachten van verschillende werelden samen”, stelt Wiersema. “In elk van die werelden word je op andere dingen afgerekend en heb je andere werkstructuren en belangen. Zo wordt het bedrijfsleven afgerekend op jaarcijfers, de politiek op de vooruitblik bij verkiezingen en wetenschappers op publicaties. Een wetenschapper denkt vaak wezenlijk anders dan iemand uit het bedrijfsleven of iemand uit de politiek. Samenwerken kan zoveel winst opleveren. Maar dan moet je wel elkaars taal willen leren en begrijpen en je echt in die andere partij willen verdiepen. En elkaar leren en durven te vertrouwen. Dat betekent in de praktijk heel veel investeren en dat kost tijd. Niets voor niets werd het convenant voor de eerste Groene Cirkel pas na een jaar getekend.”
Maar ook heb je partijen nodig die inzien hoe belangrijk het is om die natuur als gelijkwaardige partner mee te nemen. “In de Groene Cirkels zien we de natuur als ons kapitaal”, stelt Wiersema. “Wij werken aan radicale verduurzaming. Elk project staat in het teken van een duurzame relatie tussen maatschappij, markt en natuur. Natuur en economie zijn in onze visie onlosmakelijk met elkaar verbonden. En dat zie je terug in elke beweging die wij binnen de Groene Cirkels maken.”
En je hebt volgens Wiersema grote investeerders nodig die ook in die droom geloven. “Unieke kansen vereisen nu eenmaal vaak fikse investeringen die zich vaak pas later uitbetalen”, licht hij toe. “Zo zou het mooi zijn als meer banken en ook pensioenfondsen zouden aansluiten. Het is heel mooi dat de Rabobank Bollenstreek sinds september 2020 meedoet in de Groene Cirkel Bijenlandschap. Hopelijk volgen er meer.”
Dromen opbouwen
Menko Wiersema heeft zich zijn hele werkcarrière al ingezet voor het milieu. Eerst bij de milieubeweging en later bij de provincie Zuid-Holland. En nu 68 jaar en met pensioen? “Ik ben nog lang niet klaar”, lacht Wiersema. “Ik heb steeds minder tijd om de wereld te veranderen. Maar ik kan dromen opbouwen en mensen verbinden. En dat blijf ik doen, totdat ik er bij neerval.” Wat ik nog zou willen? “Een overheid die onze Groene Cirkel-werkwijze gaat overnemen en hierin rijksbreed gaat investeren en faciliteren. Een mens mag dromen, toch?”
Meer informatie?
- Benieuwd naar de staat van het natuurlijk kapitaal in Nederland? Kijk op de Atlas Natuurlijk Kapitaal.
- Hoe druk je de waarden van groen uit in getallen? Lees meer over de Groene Batenplanner.
- Kijk op de website Groene Cirkels voor meer informatie.
- Vanuit de Groene Cirkel Groene Gezonde Stad draagt de provincie Zuid-Holland bij aan de Groene Stad Challenge. Meer informatie over de Groene Stad Challenge vind je op de website.
- Menko Wiersema maakt deel uit van het team van Origame, een organisatie die mensen en organisaties helpt om duurzame waarden te creëren.
Meer informatie
- Interview met Jan Kempers, manager Duurzame Ontwikkeling, van Heineken (Atlas Natuurlijk Kapitaal)
- Een bloemrijk bedrijventerrein voor een hogere biodiversiteit (Nature Today, september 2021)
- Een polderlandschap met 71 bijensoorten (Nature Today, november 2015)
- Drie jaar Bijenlandschap in Zuid-Holland: successen voor wilde bijen (november 2018)
- Groene Cirkels; Dromen voor doeners: een reflectie op de werkwijze van Groene Cirkels (pdf: 735 KB)
Tekst: Jeannine Brand, Atlas Natuurlijk Kapitaal
Foto's: Rick Kooiman (leadfoto: grasbij); Groene Cirkels; Pure Budget; fotoarchief Menko Wiersema; Menno Reemer
Figuur: WUR, RIVM, PBL
Kaart: Ton de Nijs, Atlas Natuurlijk Kapitaal