Waterscheerlingroest herontdekt in Friesland

Nederlandse Mycologische Vereniging
3-NOV-2021 - Dat een inventarisatie leuke waarnemingen kan opleveren, bleek tijdens een op roestschimmels gerichte excursie in de Kleine Wielen bij Leeuwarden. Tot onze verbazing troffen we Waterscheerlingroest aan, een soort die in 1879 voor het laatst in Nederland is gemeld. De soort blijkt op meerdere locaties voor te komen. Leer meer over de Waterscheerlingroest en kijk of je de soort zelf ook kunt vinden.

Al in het voorjaar had Ben Bruinsma van de Fryske Feriening foar Fjildbiology gevraagd om een op roestschimmels georiënteerde excursie te organiseren. Dit in het kader van hun inventarisatie van de Kleine Wielen bij Leeuwarden. Vanwege de coronamaatregelen was dit uitgesteld tot zaterdag 25 september, de Europese Dag van de Paddenstoel. Dat bleek geen verkeerde keus te zijn. 

Melding van Waterscheerlingroest door Oudemans in 1879 (Rijksherbarium Leiden)

Roestschimmels zijn schimmels die parasiteren op levende planten en tot vijf verschillende sporenvormen kunnen vormen. Eén van die sporenvormen, de urediniosporen (in uredinia gevormd), kunnen gedurende een langere periode gevormd worden. Ze hebben wel een donkere periode en een hoge luchtvochtigheid nodig om succesvol te kunnen kiemen. Gedurende het gehele jaar kun je roestschimmels vinden, maar in de nazomer en vroege herfst kun je door de lange dauwperiode sommige roestsoorten massaal tegenkomen. Ook zijn in de vroege herfst de meeste planten nog goed te herkennen, wat essentieel is voor juiste determinatie. Tijdens de paar uur durende excursie vonden we maar liefst 27 soorten roestschimmels. Omdat sommige roesten (zoals Kroonroest, Puccinia coronata) op meerdere waardplanten kunnen voorkomen, vonden we zelfs 36 combinaties van roest en waardplant. 

Verkleuring aan de bovenzijde van het blad

Waterscheerlingroest

Veruit de meest bijzondere vondst was de Waterscheerlingroest (Puccinia cicutae). Deze roest heeft uitsluitend Waterscheerling als waardplant. Het is een soort die in Nederland vrij algemeen is in laagveengebieden, maar verder tamelijk zeldzaam is.

Aan de waterkant stond op verschillende plekken Waterscheerling met geel verkleurde bladeren. Bij nadere bestudering bleek dat de verkleurde bladeren aan de onderzijde met bruine sporenhoopjes waren bezet en dat het dus om Waterscheerlingroest moest gaan, omdat dit de enige van Waterscheerling bekende roest is. Snel keken we in het boek 'Roesten van Nederland'. Zo bleek dat het een leuke vondst was, omdat de laatst bekende waarneming van deze roest uit 1879 stamt: er is herbariummateriaal van een vondst uit Hilversum door C.A.J.A. Oudemans in augustus van dat jaar.

Uredinia en telia aan de onderzijde van het blad

Kenmerken

Waterscheerlingroest is in het veld vrij gemakkelijk te herkennen. Als je blik valt op gele verkleuringen aan de onderzijde van het blad, dan is dit een goede indicatie voor de voor roestschimmels specifieke sporenhoopjes, in dit geval de uredinia (roestbruin) en telia (zwart) aan de onderzijde van de bladen.

Bij zware infectie worden de sporenhoopjes ook op de stengels gevormd. Deze zijn dan wat langwerpiger van vorm en aan de uiteinden soms zwart gekleurd.

Microscopisch onderzoek van zo'n langwerpig sporenhoopje met twee kleuren liet zien dat er zowel eencellige urediniosporen als tweecellige, vaak met richels/knobbels bezette teliosporen aanwezig zijn.

Langwerpige sporenhoopjes op de stengel

Nog meer vondsten

De dag na deze roestexcursie was Charlotte in Nationaal Park De Alde Feanen, ten zuiden van Leeuwarden. Ook daar bleek Waterscheerlingroest volop aanwezig te zijn: in zes kilometerhokken is de soort aangetroffen en steeds was meer dan vijftig procent van de Waterscheerling door Waterscheerlingroest aangetast. Begin oktober trof Ben Bruinsma Waterscheerlingroest nogmaals aan in Friesland.

Het is wonderlijk dat Waterscheerlingroest opeens meermalen gevonden wordt. Misschien is er in het verleden weinig op gelet. Aan de andere kant, als we zien dat veel minder opvallende roestsoorten wel veel gemeld worden, gaat het hier misschien toch over een echte, plotselinge opleving van deze soort, geholpen door bepaalde gunstige weersomstandigheden. We zijn benieuwd of de soort nog vaker aangetroffen wordt, en hoe het de komende jaren hiermee gaat. Volgend jaar heeft het dus zeker zin om goed naar ziek uitziende Waterscheerling te kijken! Als je denkt dat je een roest gevonden hebt, wil je dan duidelijke foto's van boven en onderzijde van het blad maken en de waardplant in de waarneming vermelden? Dit vergemakkelijkt het beoordelen van waarnemingen.

Microscopisch beeld van urediniosporen (de lichter gekleurde eencellige sporen) en teliosporen (de donkerder gekleurde tweecellige sporen)

Tekst: Charlotte Swertz, samen met Aad Termorshuizen, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto's: Aad Termorshuizen (leadfoto: aantastingsbeeld boven- en onderzijde van het blad van de Waterscheerling); Charlotte Swertz