Nederlandse paddenstoelennamen meer gewaardeerd
Nederlandse Mycologische VerenigingElfen op bankjes?
De naam elfenbankje is in de volksmond meer een verzamelnaam voor allerhande kleine houtzwammetjes met consoolvormige hoedjes. De kleine, horizontaal geplaatste hoedjes zouden uitermate geschikt zijn als zitplaatsen voor elfen. Een herfstbos met veel paddenstoelen is tenslotte het meest tot de verbeelding sprekende decor voor elfen en andere wonderlijke wezens. Veel mensen zijn gek op sprookjes en fantaseren graag over kabouters en elfen en daar horen natuurlijk ook elfenbankjes bij. Er zijn veel meer paddenstoelennamen waarin "elfen" een rol spelen. Behalve de elfenbankjes (14 soorten uit 7 families (genera) zijn er elfendoekjes (10 soorten uit 4 families), elfenschermpjes (4 soorten uit 1 familie) en elfenwasplaten. Andere paddenstoelennamen die gebaseerd zijn op sprookjesfiguren zijn de Kabouterwasplaat, Heksenschermpje en de verschillende soorten heksenboleten en heksenbezems.
Nederlandse paddenstoelennamen belangrijk
Het Gewoon elfenbankje (Trametes versicolor) behoort samen met nog vijf andere soorten tot het genus Trametes (Elfenbankje), maar dat is in het verleden wel anders geweest. Er zijn twee elfenbankjes die al een eeuw lang hun Nederlandse en wetenschappelijke namen hebben weten te behouden, namelijk de Witte bultzwam (Trametes gibbosa) en de Anijskurkzwam (Trametes suaveolens; RL: Kwetsbaar). Deze twee oude namen stammen uit een tijd waarin de verschillende soorten van het genus Trametes nog geen elfenbankjes werden genoemd. Al bladerend in het paddenstoelenboekje van Cath.Cool en H. van der Lek uit 1920 (tweede druk) staat het Gewoon elfenbankje nog aangegeven als Veelkleurige zwam met de wetenschappelijke naam Polyporus versicolor. Vlak na 1920 moet hij Gewoon elfenbankje zijn gaan heten, zo wordt hij in ieder geval wel genoemd in de derde druk.
De mycologie heeft sinds die tijd een enorme vlucht genomen. De kennis over soorten nam sterk toe en veel nieuwe soorten werden beschreven. Maar het kan nog erger. Momenteel zitten we in een tijdperk waarin de wetenschappelijke ontwikkelingen in de mycologie meer een tsunami aan veranderingen hebben veroorzaakt. Dit is vooral toe te schrijven aan het moderne DNA-onderzoek naar de verwantschappen van paddenstoelensoorten. Deze ontwikkeling is voor veel (amateur)mycologen nauwelijks meer bij te benen vanwege de snelheid waarin het zich voltrekt. Het is onder andere een stortvloed aan wetenschappelijke namen die steeds veranderen door de nieuwe inzichten. De veldkennis gaat weliswaar niet verloren, maar welk wetenschappelijk naambordje er tegenwoordig aan de gevonden paddenstoel moet worden gehangen, veroorzaakt geregeld een Babylonische spraakverwarring tijdens excursies. Naderhand moet de juiste soortnaam thuis worden uitgezocht. Met name voor de oudere (amateur)mycologen is dat, ondanks de jaren aan opgedane kennis, een toenemend probleem. De grote parate kennis aan wetenschappelijke namen schiet er in het veld wel eens bij in. Dit probleem is een belangrijke reden waarom (bijna) alle Nederlandse paddenstoelensoorten een Nederlandse naam hebben gekregen met, gelukkig, een lange houdbaarheidsdatum.
Tekst: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto's: Martijn Oud (leadfoto: Gewoon elfenbankje); Piet Brouwer