Plant & mens: moerbei

Hortus botanicus Leiden
27-OKT-2024 - Wat maakt de moerbei toch zo'n geheimzinnige boom? Misschien de naam, de zeldzaamheid in het wild, de lekkere vruchten of de ongenadige vlekken die de vruchten op het tuinmeubilair kunnen geven? Hoe dan ook, een ontmoeting met een moerbei is altijd genieten. Heb je zelf een moerbei in de tuin, deel je recepten!

De moerbei die ikzelf het meest zie, is zeker iets heel bijzonders: Morus australis var. yeddoensis. De plant is door arts en onderzoeker Philipp Franz Balthasar von Siebold (Würzburg 17-02-1796 - München 18-10-1866) naar onze streken meegebracht. Hij staat in de Leidse Hortus, het is een van de ongeveer veertien planten die Von Siebold heeft meegebracht en die er nog tot op de dag van vandaag staan. De naam van de variëteit verwijst naar Yedo, de oude naam voor Tokyo. In de nazomer miegelt deze kleine boom van de merels, die de bleekroze vruchten komen snoepen. Inmiddels zijn de vruchten er allemaal uit, maar is het blad prachtig geel gekleurd. Voor mensen zijn de kleine vruchten van deze soort lang niet zo smakelijk als die van de zwarte en witte moerbei, en ook zijderupsen houden niet erg van deze plant, al eten ze het blad bij gebrek aan beter wel. 

Zwarte moerbei

Morus australis var. yeddoensis

Wit en zwart

De moerbeifamilie (Moraceae) omvat naast het geslacht moerbei ook soorten als de papiermoerbei, vijg en osagedoorn. In onze streken zijn vooral de witte moerbei (Morus alba) en de zwarte moerbei (Morus nigra) van belang. Beide soorten worden al duizenden jaren door de mens gekweekt. Morus komt van het Latijnse mora, ‘vertraagd’, net als 'moer'. Dit verwijst naar het late moment dat de boompjes in blad komen. 'Bei' en 'bezie' zijn andere woorden voor 'bes'. Moerbei betekent dus iets als 'late bes'. Tuineigenaren kiezen soms voor witte moerbei in de hoop de vlekken op hun tegels en tuinmeubels te vermijden, maar helaas, dat 'wit' verwijst naar de kleur van het hout.

Witte moerbei

Zijderupsen

De vruchten, direct opeten want ze zijn slecht te bewaren, beginnen wit en verkleuren naar rood. Witte moerbei is in China al meer dan vijfduizend jaar in cultuur voor de teelt van zijderupsen. Ze smaken anders dan die van de zwarte moerbei: wat zurig fris. Ook het blad is anders: bij de witte is het blad glad en hartvormig, bij de zwarte ruw en diep hartvormig. Op de stoep zul je de moerbei niet aantreffen, wel de sporen van de vruchten, maar veel beheerders van parken en tuinen planten een moerbei, een mooi boompje dat ook nog vogels trekt.

Uit de bast van éénjarige takken van de witte moerbei wordt een vezel verkregen waarmee stof voor onder andere kleding kan worden geweven. De bast wordt in China en Europa gebruikt voor papierfabricage. De twijgen kunnen dienen als bindmateriaal en voor het maken van manden. Het hout is een uitstekende bron van ethanol (alcohol). Het hout is hard, duurzaam, heeft een fijne en dichte nerf, maar met een neiging tot kromtrekken. Vanwege de elasticiteit en flexibiliteit van het gestoomde hout wordt het veel toegepast voor het maken van sportmaterialen. Het wordt ook gebruikt voor onder andere scheepsbouw, meubilair en landbouwwerktuigen.

Witte moerbei

Oudere moerbeibomen zakken soms helemaal scheef, zodat ze er nog veel ouder uitzien dan ze in werkelijkheid zijn. Helaas is zo'n scheef exemplaar een aanlokkelijke klimboom en voor nette parkbeheerders een doorn in het oog. Maar met de groeiende belangstelling voor eetbare tuinen en voedselbosjes stijgt de belangstelling voor de moerbei weer.

Meer informatie

  • Plant & mens is het thema 2025 van de samenwerkende botanische tuinen. We verzamelen verhalen van mensen die nog weten hoe je bepaalde planten kunt gebruiken — als voedsel, medicijn, bouwstof of voor rituelen. Heeft u verhalen over de moerbei? Deel ze met ons: educatie@hortus.leidenuniv.nl.
  • Botanischetuinen.nl.

Nogmaals belladonna

Natuurlijk is het volstrekt niet verantwoord zelf te experimenteren met giftige planten. Een jeugdzonde van lezer Jacqueline bevredigt de nieuwsgierigheid zonder dat je zelf je ogen in gevaar hoeft te brengen, zij heeft in haar jonge jaren Belladonna uitgeprobeerd: "Wat blad gekneusd en wat sap door m'n ogen gewreven. Ik had in een oud kruidenboek gelezen dat het werkte. Het vergroot zijn van de pupillen duurde ongeveer vier tot zes uur. Het moet rond 1975 geweest zijn en ik was nog heel jong. Ik zou nu toch zomaar niet meer ermee experimenteren met m'n ogen. Ik ben blij dat ik nog steeds goed en zonder bril kan zien, op een +1 leesbril na."

Tekst: Hanneke Jelles, Hortus botanicus Leiden
Beeld: KU Leuven (leadfoto: witte moerbei); Hanneke Jelles; Otto Wilhelm Thomé, Flora von Deutschland Österreich und der Schweiz, 1885