Natuurjournaal 30 juni 2023
Nature TodayDe gewone oeverlibel is een van de meer robuuste – of dikke – libellensoorten. Ze heeft een breed achterlijf, maar dat loopt wel smaller uit in een punt. Het is de meest algemene van de oeverlibellen en niet al te kritisch. Bij allerlei soorten water is ze te vinden en de larven – die twee tot drie jaar onder water doorbrengen – kunnen overleven in voedselrijk tot zwak zuur of brak water. Je herkent de forse libel aan de grootte en de puntige vorm van het achterlijf. De mannetjes zijn poederig blauw, maar de punt van het achterlijf is zwart. De vrouwtjes zijn geel met een zwarte lengtestreep aan weerszijden van het achterlijf. Ze zijn in het hele land te zien en vliegen tot half augustus.
Als je buiten zit, kan je zomaar gezelschap krijgen van een kleine springspin. Hij loopt nogal eens ondersteboven onder tuintafels of stoelen. Dit soort spinnen maakt geen web, maar bespringt zijn prooi. Dat zijn allerlei kleine beestjes – echt klein, want de spinnen zelf zijn ook nauwelijks een centimeter groot. Ook al zijn ze klein, als je goed kijkt zie je dat ze vrij harig zijn en een mooi patroon hebben. De schorsmarpissa is lichtbruin met veel donkere, driehoekige vlekken. En de huiszebraspin – die ook graag buiten komt – heeft brede zwart-witte banden.
Wil je meer weten over de natuur in jouw omgeving, kijk dan op NatureToday.nl of download Nature Today in de appstores van Apple en Google Play |
Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto's: Willem-Jan Hoeffnagel, Saxifraga; Ab H. Baas, Saxifraga