Camellia in Hortus Overzee, Den Helder

Plant & mens: camellia

Hortus botanicus Leiden
20-APR-2025 - Donkergroen blad en forse, vaak felgekleurde bloemen met een ring van meeldraden. De bloemen vallen in hun geheel af en vaak kom je ze elders in de tuin tegen, omdat kinderen de verleiding niet kunnen weerstaan zo'n prachtbloem van de grond te pakken en mee te nemen. Tijdens het Science café over thee op 16 april kunt u meer te weten komen over de siercamellia.

Over een veelgebruikt familielid las u al een paar weken geleden op deze plek: thee wordt gemaakt van jonge scheuten en bladeren van Camellia sinensis. Maar er zijn ook veel de sierplanten in de familie. De familie Theaceae omvat een aantal geslachten waaronder Camellia, Stewartia, Franklinia en Gordonia. Veel zijn tropisch of subtropisch en kennen geen toepassingen in ons klimaat.

Camellia sasanqua in de Flora JaponicaCamellia japonica in de Flora Japonica

In, uit en weer terug in de gratie

Camellia’s komen oorspronkelijk uit het Verre Oosten. In landen als China, Japan en het voormalige Indo-China werden ze al duizenden jaren gebruikt voor de productie van thee (Camellia sinensis), plantaardige olie (Camellia oleifera) en hout. Later werd de camellia ook geliefd door de sierwaarde van de bloemen (Camellia japonica, Camellia sasanqua, Camellia reticulata) en kreeg de plant in sommige landen een symbolische en religieuze functie.

In Europa werden de eerste camellia’s in de zestiende en zeventiende eeuw geïntroduceerd door ontdekkingsreizigers, handelslieden en geleerden die terugkwamen van hun reizen naar het Verre Oosten. Aanvankelijk werden ze gekweekt als zeldzaamheden in de verwarmde kassen van vorsten, adel en rijken. In verschillende landen werden nieuwe cultivars gekweekt en ontstond een belangrijke camellia-cultuur. Von Siebold nam bij zijn terugkeer uit Japan enkele camelliaplanten mee, die zouden bijdragen aan het grote succes van de kwekers uit België. In de negentiende eeuw ontstond een ware Camellia-manie. Beroemd waren het boek ‘La dame aux Camélias’ van Alexandre Dumas jr. en de opera ‘La Traviata’ van Giuseppe Verdi, waarin de camellia een rol speelde. Geliefd als tuinplant, maar ook als snijbloem en voor het maken van corsages. In het begin van de twintigste eeuw raakte de Camellia wat uit de gratie maar mede dankzij de inspanningen van de Camelliavereniging groeit de populariteit weer.

Japan

CamelliavruchtenDe camellia heeft altijd een bijzondere plaats gehad in Japan. Het Japanse volk werd geacht af te stammen van Amaterasu, de zonnegodin. De camellia was een van haar attributen. Het heiligdom van Amaterasu in Ise is gelegen in een bos van camelliabomen en wordt tot de dag van vandaag met grote zorg onderhouden.

Wanneer in het verleden een onbekende camellia werd gevonden, werd dit beschouwd als een godsgeschenk en de plant werd aangeboden aan de plaatselijke tempel. Soms was de camellia zelfs voor de keizer bestemd, zoals de eerste met een volledig witte bloem, die in de zevende eeuw aan keizer Temmu werd aangeboden. Een korte tijd later werd Camellia sinensis geïntroduceerd door keizer Shomu en werd de theeceremonie ontwikkeld. Hout van camellia-bomen werd op grote schaal gebruikt voor het maken van weefspoelen, speren, bogen en houtskool. Daarnaast werden en worden de zaden gebruikt voor voeding en cosmetische toepassingen. In de Muromachi periode (1333-1568) ontstond de klassieke stijl van de Japanse tuin. Zowel Camellia japonica als Camellia sasanqua vonden een blijvende plaats in deze tuinen. De camellia werd een geliefde bloem bij dichters en kunstenaars.

Camellia in China

Camellia's in Hortus Overzee, Den HelderHoewel de camellia niet tot de vijf meest geliefde bloemen in China behoorde (dat waren de chrysant, de pruimenbloesem, de lotus, de bamboe en vooral de boompioen), werden ze al in de Sui-periode (590-618 AD) beschreven en in de Sung-periode (960-1279 AD) afgebeeld. Voor die tijd werden de struiken en bomen vooral gebruikt voor de productie van thee, olie, houtskool en houten gebruiksvoorwerpen. Pas later volgde de kweek van camellia om de sierwaarde.

Vele soorten komen oorspronkelijk uit China en zelfs de meeste van de Camellia japonica komen uit de kustgebieden van China. In de Ming-periode (1368-1644 AD) waren al 72 verschillende cultivars bekend en werden vele gedichten over de schoonheid van de bloemen gemaakt. Uit die periode stammen de oudste nog bestaande tuinen met camellia in China. Banketten werden georganiseerd wanneer grote camellias in bloei stonden en mensen kwamen in groten getale hun schoonheid bewonderen. Door verschillende bevolkingsgroepen met een animistische religie werd de camellia vereerd en aanbeden, zodat eeuwenoude camellia-bomen gespaard bleven. Ook worden vele beroemde camellia-bomen aangetroffen bij oude Boeddhistische tempels.

Camellia naar Europa

Het is niet bekend wanneer de eerste camellia's vanuit het Verre Oosten in Europa werden geïntroduceerd. Waarschijnlijk werden ze gekweekt uit zaad dat werd meegebracht door de ontdekkingsreizigers, die per schip nieuwe vaarroutes en handelsgebieden onderzochten. In Portugal en Spanje bestaan aanwijzingen, maar geen bewijs, voor camellia uit de zestiende en zeventiende eeuw. Het was de Duitse arts, apotheker en botanicus Andreas Cleyer, in dienst van de VOC, die in 1689 in Nagasaki de Camellia beschreef en ‘Tzumacky’ noemde (in Japan is de camellia bekend onder de naam Tsubaki). In 1702 beschreef de apotheker James Petiver uit Londen een plant met rode bloemen, die door hem ‘Thea Chinensis’ werd genoemd. Het is zeker dat dit ook een camellia betrof. Enkele jaren later, in 1712, beschreef Engelbert Kaempfer, een Duitse arts en onderzoeker die ook voor de VOC in Deshima werkte in zijn ‘Amoenitatum Exoticum’ het verschil tussen Camellia japonica, Camellia sasanqua en Camellia sinensis.

TheeLord Petre had omstreeks 1730 verschillende planten in verwarmde kassen in Thorndon Hall in Engeland. De koning van Napels had camellia’s in de tuin in 1760. Aanvankelijk waren het zeer dure en zeldzame exemplaren, die slechts door weinigen konden worden aangeschaft. In verschillende landen, zoals Engeland, Frankrijk, Italië, Spanje, Portugal en België werden nieuwe cultivars gekweekt, die vaak werden genoemd naar vorsten, prinsessen en andere beroemde personen. Vanuit Europa vond de Camellia ook haar weg naar de USA, Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid Afrika.

De naam camellia werd overigens geïntroduceerd door Linnaeus (1707-1778), die daarmee de Boheemse priester en botanicus Georg Joseph Kamel (Camellus) eerde. 

Meer informatie

Tekst: Hortus botanicus Leiden, met veel dank aan Wytze Hoekstra
Beeld: Hanneke Jelles; Philipp Franz von Siebold en Joseph Gerhard Zuccarini; Wytze Hoekstra; Iris van den Akker