In de geschiedenis van het bos- en natuurbeheer in Nederland vormen de stormen van 1972/73 een belangrijke mijlpaal. In de ochtend van 13 november 1972 trof een zeer zware zuidwesterstorm het noorden van Nederland en richtte daar in een paar uur tijd een enorme ravage aan in de Drentse bossen. Op 2 april 1973, precies vijftig jaar geleden, kwam daar een volgende zeer zware storm overheen die vooral in midden-Nederland huishield. Als gevolg van beide stormen werden vele duizenden hectares bos geveld. De schaal was ongekend. Maar de stormen bliezen niet alleen bomen omver; door de stormen werden in de daarop volgende jaren allerlei ontwikkelingen in gang gezet die het denken over bossen en bosbeheer onomkeerbaar hebben veranderd en waarbij ook menig heilig huisje sneuvelde.
Kunstmatig bos
Begin jaren 1970 ademde het bosbeheer in Nederland nog de geest van de wederopbouw. De tweede wereldoorlog had de bossen in een deplorabele toestand achtergelaten. De decennia die volgden, stonden in het teken van herstel, waarbij vooral een rationele aanpak werd gevolgd: veel monoculturen, veel naaldhout. De stormen van 1972/73 smeten veel van het opbouwwerk weer tegen de grond of waaiden de jonge aanplant scheef. Ook veel oudere bossen moesten er aan geloven. Vooral naaldbomen werden getroffen, omdat de loofbomen in november net hun blad hadden verloren en in april nog nauwelijks in blad stonden. De grootschalige windworp gaf te denken: was dit misschien het gevolg van de grote mate van onnatuurlijkheid van de bossen? En wat te doen met de duizenden hectares omgewaaid bos: weer op dezelfde manier inplanten of de natuur het werk laten doen?
Verandering in denken
In de jaren na de stormen kwam een krachtige beweging op gang die pleitte voor een radicaal andere aanpak van het bosbeheer. Niet langer zou het bos alleen als houtschuur moeten worden ingericht, maar zou er veel meer ruimte geboden moeten worden voor spontane processen. De stormwind bracht het zaad waaruit de Stichting Kritisch Bosbeheer kiemde, die in de decennia daarna van grote invloed is geweest op het denken over bosbeheer en de wijze waarop bossen werden beheerd. De rol van dood hout, het belang van gemengde bossen, het streven naar meer loofbomen, spontane bosverjonging, variatie in structuur; al deze aspecten van bossen en bosbeheer die nu gemeengoed, zijn vonden hun oorsprong in de nasleep van de stormen van 1972/73.
Er gebeurde nog veel meer: er werden plannen gesmeed voor het instellen van een netwerk van bosreservaten, waarvan er sinds de jaren 1980 nu een zestigtal in Nederland zijn ingericht. Bij de herbebossing werd onderkend dat nieuwe aanplant zou moeten worden afgestemd op de bodem, en gedetailleerd groeiplaatsonderzoek kwam in opgang. En sinds wanneer worden grote bosbouwmachines gebruikt bij het zagen en afvoeren van hout? Juist, sinds de stormen van 1972/73, toen men ze als noodmaatregel over liet komen uit Scandinavië.
Zichtbare sporen
Sindsdien hebben er nog regelmatig stormen gewoed in Nederland, maar nooit meer met zulke grote verwoestingen als in 1972/73. Van de directe gevolgen van de stormen is vrijwel niets meer te zien. Alleen in Drenthe liggen nog een paar kleine percelen waar men de omgevallen bomen heeft laten liggen. Uit de stammen zijn nieuwe bomen opgegroeid (zie leadfoto). Veel bosgebieden hebben relatief veel opstanden met 45 tot 50 jaar oude bomen: de nieuw ingeplante generatie bos op de oude stormvlaktes. Maar de stormen hebben de diepste sporen getrokken in het denken over bos: niet alleen maar een stel houten palen, maar een levend ecosysteem waarin ruimte moet zijn voor een grote diversiteit aan organismen. Waarbij spontane processen een belangrijke rol spelen, waarin mensen tot rust komen en waaruit hernieuwbare grondstoffen kunnen worden geoogst.
Verder lezen
Ter herinnering aan het vijftigjarig jubileum van de iconische stormen van 1972/73 heeft Jan den Ouden (Bosecologie en Bosbeheer, Wageningen University & Research) een uitgebreid stuk geschreven waarin meer details terug te vinden zijn, met speciale aandacht voor de gevolgen van de stormen voor het Nationale Park De Hoge Veluwe: 50 jaar na de storm — Park Hoge Veluwe.
Tekst: Wageningen University & Research
Foto's: Karin Broekhuijsen (leadfoto: stormbos, Exloo); Gauke Zijlstra; Jan den Ouden