Stoepplantje van de week: grote brandnetel
Hortus botanicus LeidenOok vogels, motten, kevers, wantsen, cicaden en bladluizen maken gebruik van grote brandnetel. Waarschijnlijk was uw eerste kennismaking met deze plant echter niet zo positief. De stekende brandharen zorgen voor de bekende rode, jeukende bultjes. Toch moeten we blij zijn met deze plant op de stoep en in een stil hoekje van de tuin.
Kaas, soep en thee
Voor ons is brandnetel ook niet alleen maar lastig. We eten de plant in kaas en soep en drinken hem als thee. Hij verspreidt zich erg makkelijk dus zet hem in de tuin waar dat geen kwaad kan, in een pot bijvoorbeeld. De grote brandnetel en de twee andere brandnetelsoorten, de kleine en zuidelijke brandnetel, groeien graag op rijke grond met veel stikstof. Onze industrie zorgt ervoor dat er tegenwoordig veel stikstof in de grond zit, hierdoor kunnen brandnetels op veel plekken hun slagje slaan. Ze winnen het dan van andere planten die houden van minder stikstof en fosfaat. Het is duidelijk dat de brandnetel ook vaak in de stad te vinden is, in ons onderzoek staat hij op het moment op plek twintig in de ranglijst van meest gevonden stoepplantjes.
In de stad
De grote brandnetel is een waardevolle plant voor veel insecten en dus waarschijnlijk een belangrijke plant voor insecten in de stad. De atalanta, dagpauwoog en kleine vos zijn de bekendste vlinders die hun eitjes op deze plant leggen. Maar ook een heel aantal minder bekende insecten gebruiken de plant, bijvoorbeeld de mot bruine snuituil en de groene brandnetelsnuittor. Nu zou je misschien denken dat een vlinder of mot zijn eitjes eerder op een weelderige bos brandnetels zou leggen dan op een stoffige stengel langs de stoep. Toch wordt in de Nederlandse Oecologische Flora van 1985 al beschreven dat de atalanta een voorkeur heeft voor kleine stoffige brandnetels, bijvoorbeeld langs een oprit.
Waarom de vlinder liever deze planten kiest wordt niet uitgelegd. Zou een kleine stoffige plant zich misschien minder goed kunnen verdedigen tegen een hongerige groep rupsen? Planten hebben namelijk een heleboel trucjes om te voorkomen dat ze worden opgegeten. Een plant met een zwaar leven die vertrapt wordt op een oprit heeft veel energie nodig om te kunnen overleven en dus niet zoveel over om zich ook nog eens te beschermen tegen een gulzige rups of een dorstige bladluis.
Histamine
De grote brandnetel verdedigt zich tegen ons en andere dieren met zijn brandharen die gevuld zijn met histamine. Dit is dezelfde stof die je lichaam aanmaakt bij een allergische reactie. Hoe histamines werken in mensenlichamen is goed onderzocht, maar over hoe ze in planten en insecten werken is eigenlijk weinig bekend. Na ruim een uur zoeken is er nog geen bron te vinden die duidelijkheid kan geven. We kunnen natuurlijk wel een gok wagen. Als wij mensen last ervaren van de brandharen, zullen grote planteneters zoals koeien, schapen en konijnen het vast ook niet hun favoriete plant noemen. Als die grote beesten van de brandnetel afblijven, zijn de insecten die hun eitjes op de brandnetel leggen echter wel verzekerd van een veilige kraamkamer. Misschien is het daarom wel zo’n populaire plant voor hen. Door onderzoek kunnen we zulke vragen beantwoorden, maar omdat er zoveel te onderzoeken is komen wetenschappers niet aan alles toe.
Onderzoek
Wil je meedoen aan wetenschappelijk onderzoek, zoals bij het stoepplantjes onderzoek? Dan is het handig om de verschillende soorten brandnetels te kunnen herkennen. Brandnetels groeien bijna het hele jaar dus je kunt ze altijd vinden. Brandnetels en dovenetels (die niet prikken) lijken erg op elkaar, maar je kunt ze uit elkaar houden door naar de bloemen te kijken. Brandnetels hebben een bloeiwijze die bestaat uit een soort groene frutsels dichtbij de stengels. De bloeiwijze van bijvoorbeeld witte, gele en paarse dovenetel ziet eruit als een gekleurde lipbloem. Lipbloemigen hebben vanaf de zijkant gezien een bloem in de vorm van een mond of lippen, een beetje zoals Pac-man.
De verschillende soorten brandnetels zijn ook niet moeilijk uit elkaar te houden. De kleine brandnetel heeft bladeren van twee tot vier centimeter lang; de grote brandnetel heeft grotere bladeren van vijf tot tien centimeter lang. De zuidelijke brandnetel heeft ook grote bladeren, maar weer een kortere stengel waarmee het blad vastzit aan de rest van de plant. Het blad van de zuidelijke brandnetel is minstens twee keer zo lang als de bladstengel. Als je twijfelt kun je er vaak vanuit gaan dat je kijkt naar een grote brandnetel, die komt veel vaker voor dan de zuidelijke.
Doe mee aan ons wetenschappelijk onderzoek! Leer de grote brandnetel en andere stoepplantjes herkennen en geef door waar ze groeien via Stoepplantjesonderzoek.nl. Met het Stoepplantjesonderzoek brengen we samen met burgers, zoals jij, in kaart welke stoepplantjes waar groeien en waarom. Wil je nog meer weten? Ga naar de website, volg het onderzoek op sociale media via @stoepplantjes of schrijf je in voor de nieuwsbrief.
Tekst: Nienke Beets, Hortus botanicus Leiden
Foto's: KU Leuven
Tekening: Nathalie Tirion