Plannen voor natuurherstel op Caribisch Nederland zijn onvoldoende
Vogelbescherming NederlandNatuurcrisis op Caribisch Nederland
In het beleidsplan staan maatregelen om de milieukwaliteit en de natuur op de eilanden tussen 2020 en 2030 te verbeteren. Uit onderzoek blijkt dat het slecht gesteld is met de natuur van Caribisch Nederland. Erosie, overbevissing, afval en vervuild water zijn belangrijke oorzaken. Niets doen tegen deze bedreigingen zal uiteindelijk leiden tot een ‘zeer ongunstige staat’ van de natuur, stellen onderzoekers. Dit heeft ook invloed op de economie en het welzijn van de inwoners. De eilanden zijn voor hun inkomsten voor een groot deel afhankelijk van (eco-)toerisme en visserij.
De Cariben zijn een ‘biodiversiteitshotspot’
Caribisch Nederland is een hotspot voor biodiversiteit. De ecosystemen van Caribisch Nederland zijn van grote waarde voor de lokale bevolking. De eilanden zijn belangrijke broedgebieden van Caribische flamingo, koningsstern en roodsnavelkeerkringvogel. Op de hagelwitte stranden leggen diverse zeeschildpadden hun eieren. De bijzondere koraalriffen voor de kust van Saba, de prachtige mangroven van Bonaire en de regenwouden op Sint-Eustatius zijn slechts enkele voorbeelden van de unieke natuur die de drie eilanden te bieden hebben. De ecosystemen op land en water zijn daarom voor een groot deel beschermd gebied.
Waar zijn de ambities?
Er moet snel actie ondernomen worden, willen we de biodiversiteitscrisis op de Cariben een halt toeroepen. Vogelbescherming vreest dat de voorgestelde maatregelen door minister Schouten volstrekt onvoldoende zijn. In het Natuur- en Milieubeleidsplan Caribisch Nederland wordt het belang van natuurherstel vaak genoemd, maar ambitie om snel aan de slag te gaan ontbreekt. Een voorbeeld is het probleem van de vele verwilderde geiten, koeien en pony’s op de eilanden. Door overbegrazing van deze dieren ontstaat erosie. Daarom worden er slachthuizen gebouwd, die in 2024 klaar zijn voor gebruik. Toch neemt de minister tot 2030 de tijd om het probleem op te lossen. De komende tien jaar zullen er dus nog teveel grazers rondlopen, terwijl de kennis en ervaring er is om nu al aan de slag te gaan. Projecten voor natuurherstel zijn tot mislukken gedoemd als dit probleem niet snel wordt opgelost.
Nauwelijks extra geld voor natuurbehoud
Ook het budget om de plannen uit te voeren, laat te wensen over. Voor de uitvoering van het Natuur- en Milieubeleidsplan maakt de Rijksoverheid nauwelijks extra geld vrij. Hierdoor moeten de eilanden zelf veel bijdragen, maar dit kunnen ze niet zomaar ophoesten. Bovendien kampen de natuurparken op de eilanden momenteel met grote financiële problemen, als gevolg van de COVID-19-crisis.
Kritische kamerleden tijdens het algemeen overleg natuur
Tijdens het algemeen overleg Natuur eind juni stond het plan op de agenda in de Tweede Kamer. GroenLinks-Kamerlid Bromet uitte haar onvrede over het ontbreken van concrete doelstellingen en acties om de handhaving te verbeteren. D66-Kamerlid De Groot was kritisch op het beperkte budget dat beschikbaar is gesteld voor het plan en de ruime tijd die genomen wordt voor de uitvoering van bijvoorbeeld de koraalherstelmaatregelen. In haar reactie verwees minister Schouten (LNV) naar de eilanden, waar de plannen verder vorm krijgen om vervolgens echt concreet te worden. Ook zei ze dat koraalherstel juist de hoogste prioriteit heeft en ze al begonnen zijn met de uitvoering ervan.
Toch erkende de minister ook dat de uitdagingen op de eilanden groot zijn, maar dat ze die klus niet in haar eentje kan klaren. Ze gaat daarom in gesprek met het kabinet over een betere samenwerking. Vogelbescherming hoopt dat de minister woord bij daad voegt en zich volop gaat inzetten om de natuur op de eilanden te herstellen. De unieke natuur van Caribisch Nederland verdient meer devotie. Voor het écht te laat is.
Tekst: Vogelbescherming Nederland
Foto's: Mardik Leopold; Aaron Logan, Creative Commons Attribution 1.0 Generic license; Peter Meininger, Saxifraga