Zwarte sachembij vrouwtje bij hondsdraf, een van de stuifmeelplanten.

Zwarte sachembij minder kieskeurig dan gedacht

EIS Kenniscentrum Insecten, Landschap Erfgoed Utrecht
21-APR-2025 - Veel soorten wilde bijen zijn 'oligolectisch', ze halen hun stuifmeel van één specifieke plant. Van de zwarte sachembij werd gedacht dat ze bijna uitsluitend hondsdraf bezocht voor haar stuifmeelvoorraad. Nieuw onderzoek naar het foerageergedrag van de zwarte sachembij in Kwintelooijen laat juist een ander beeld zien. Ze maakt ook graag gebruik van een heel rijtje andere planten.

Onderzoek naar de zwarte sachembij in Kwintelooijen

In Nederland kennen we de zwarte sachembij (Anthophora retusa) vooral uit Limburg. Er zijn nog twee relictpopulaties te vinden, namelijk in Kwintelooijen bij Rhenen (Utrecht) en op de Zuiderheide bij Hilversum (Noord-Holland). Waar de soort vroeger (voor 1980) nog algemeen was, moet je haar nu zoeken. Ze is zeer zeldzaam geworden. De populatie in Kwintelooijen staat al twee jaar in de schijnwerpers, omdat ze volledig afgesneden is van andere populaties. De zwarte sachembij is erg gevoelig voor het dichtgroeien van open plekken, omdat ze dan niet meer kan nestelen. En dat is juist wat er gaande is in natuurgebied Kwintelooijen. Om haar te kunnen beschermen, is de afgelopen twee jaar in Kwintelooijen onderzoek gedaan naar de zwarte sachembij. In 2023 naar de grootte van de populatie en de nestlocaties, en in 2024 naar bloemgebruik en ecologie. Samen met de beheerder en de vrijwilligers van het gebied wordt ervoor gezorgd dat Kwintelooijen een blijvend thuis blijft voor deze zeldzame bijensoort.

Bloembezoek

Om een soort te beschermen, is het belangrijk dat je haar ecologie en gedrag kent. Van een zevental vrouwtjes zwarte sachembij is in 2024 de stuifmeellading verzameld. Hiervan zijn microscopische preparaten gemaakt om de plantensoorten te kunnen bepalen die de zwarte sachembij bezoekt, evenals de onderlinge verhouding tussen die plantensoorten. Van welke planten maakt ze gebruik in het gebied? Komen die planten genoeg voor? Moeten we het voorkomen van die stuifmeelbronnen versterken? De resultaten waren verrassend. Waar in de literatuur genoemd wordt dat het overduidelijke merendeel van het stuifmeel van de plant hondsdraf afkomstig was, houden de zwarte sachembijdames in Kwintelooijen er ander gedrag op na. Slechts 34 procent van de totale stuifmeellading van alle individuen bij elkaar kwam van hondsdraf en bijna een kwart (24 procent) was afkomstig van kruisbloemigen. In totaal waren er acht verschillende plantensoorten in enige mate aanwezig in de stuifmeelladingen. Kortom, ze houden er een gevarieerder dieet op na dan gedacht.

De ene zwarte sachembij is de andere niet

De vrouwtjes hebben een duidelijke individuele voorkeur. Zo vloog een individu haast uitsluitend op hondsdraf, terwijl andere individuen veldkers of hertshooi geschikter vonden. Meer dan de helft van de individuen liet wel een duidelijke voorkeur zien voor slechts een plant: gemiddeld maakte een enkele plantensoort 91 procent uit van de totale stuifmeellading van een individuele bij. Meerdere planten zijn kennelijk geschikt, maar ze verzamelen wel het liefst in bulk van een soort.

Zwarte sachembij-vrouwtje met uitgestoken tong op gewone brem. Drinkend of niet?

Het mysterie van de gewone brem

Er is een duidelijke discrepantie waargenomen tussen het bloembezoek in het veld en de plantensoorten vertegenwoordigd in de stuifmeellading. Mogelijk wordt dit veroorzaakt door een verschil in nectar drinken en stuifmeel verzamelen. Zowel mannetjes als vrouwtje hebben nectar nodig voor hun eigen energiebehoefte, maar uitsluitend de vrouwtjes verzamelen stuifmeel als voedsel voor de larven. Zo zijn zowel mannetjes als vrouwtjes zwarte sachembij gezien op paardenbloem, maar is hiervan geen stuifmeel aangetroffen. Mannetjes zijn vaak te zien op gewone reigersbek, maar daarvan wordt geen stuifmeel gehaald door de vrouwtjes. In Kwintelooijen vliegen vrouwtjes massaal op gewone brem, maar daarvan werd geen stuifmeel aangetroffen in de stuifmeelladingen. Volgens van Neve & Van der Ham (2014) produceert gewone brem geen nectar. Toch zijn er meerdere vrouwtjes waargenomen met uitgestoken tong, klaar voor een slokje. Vergissen ze zich telkens? Of valt er toch wat te halen?

Resultaten omzetten in beheer

Het onderzoek laat zien dat uitsluitend hondsdraf versterken in het gebied niet voldoende is. De algehele bloemenaanbod zal versterkt moeten worden. Dit is niet alleen belangrijk voor de zeldzame zwarte sachembij, maar ook voor de andere 94 soorten wilde bijen die in het gebied voorkomen. Hoe meer bloemen, hoe meer verschillende soorten bijen.

Meer informatie 

  • Het rapport is online in te zien en te downloaden.
  • Het onderzoek werd financieel mogelijk gemaakt door het SBNL Natuurfonds, dankzij een bijdrage van Elise Mathilde en H.J.E. van Beuningen.

Tekst: Wouke Willemijn van Hees, Landschap Erfgoed Utrecht en John. T. Smit, EIS Kenniscentrum Insecten
Beeld: Tjomme Fernhout (leadfoto: Zwarte sachembij-vrouwtje bij hondsdraf, verrassend genoeg maar een van de diverse bezochte stuifmeelplanten)