Beleid Rijkswaterstaat belemmert de ruimte voor de rivieren
WWF NederlandTot de jaren 80 van de vorige eeuw was er in het rivierengebied nauwelijks meer ruimte voor natuur. Alle uiterwaarden waren in gebruik voor landbouw en industrie. De rivieren waren teruggebracht tot één hoofdstroom, strak in bedwang gehouden door kribben en harde oevers. De kwaliteit van het water was door onbegrensde industriële en rioollozingen zeer slecht. Echter, na de jaren 80, werd de waterkwaliteit verbeterd en werd er gestart met actief natuurherstel in het rivierengebied.
Ontwikkeling van de natuur in riviergebieden
Natuurontwikkeling bestaat vooral uit het laten ontstaan van natuur in de nevengeulen. Dit wordt gedaan door afgesneden meanders weer met de rivier te verbinden en door bijvoorbeeld poelen aan te leggen die alleen bij hoogwater in contact staan met de rivier. Zo ontstaat er een divers landschap met veel verschillende omstandigheden die allemaal weer het voortbestaan van andere soorten mogelijk maken. In snelstromende nevengeulen kunnen soorten zoals de barbeel en Bataafse stroommossel goed terecht. Langs poelen kunnen moerasplanten en vogelsoorten zoals de roerdomp een plek vinden, net als een groot aantal soorten reptielen en amfibieën.
Het goed inrichten van rivieren wordt onmogelijk gemaakt, maar er bestaan oplossingen
Met deze ingrepen in het rivierengebied zijn veel typische riviersoorten teruggekeerd. Maar er zijn veel soorten die daar niet of in beperkte mate van hebben geprofiteerd, zoals de genoemde barbeel. Dat is goed verklaarbaar, want het is een bewuste keuze van Rijkswaterstaat om dynamiek in het rivierensysteem tegen te houden. Tot op de dag van vandaag gelden er namelijk overheidsregels die het onmogelijk maken om de rivier goed in te richten voor de natuur. Eerst waren die regels nog wat op de achtergrond, maar sinds 2009 staan die in het 'Rivierkundig Beoordelingskader voor Ingrepen in de Grote Rivieren' van de Waterwet. In dit beoordelingskader worden onnodig strenge normen gesteld aan ingrepen in het rivierengebied. Er mag hierbij geen enkele verandering van de waterstroom of het bodemmateriaal plaatsvinden. In de praktijk betekent het dat er nauwelijks nog natuurherstel mogelijk is. Lees hier onze analyse.
Bij het formuleren van de normen is namelijk vooral gekeken naar de scheepvaart en waterveiligheid. De natuur komt er slecht vanaf. Terwijl we hebben afgesproken om natuur te herstellen, op basis van de Kaderrichtlijn Water en Natura 2000. De ene wet verhindert dus de andere wet. De vraag is of dit wel mag, maar ook of dit ook echt nodig is. Onze stelling is van niet. Al jaren doen wij onderzoek naar natuurinrichtingsmaatregelen die de bevaarbaarheid en waterveiligheid niet verslechteren, en die zijn er! In ons Actieplan Ruimte voor Levende Rivieren bewijzen we dat.
Er moet iets veranderen, en nu is het moment
De deadline voor het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water komt snel dichterbij. Als die doelen niet gehaald worden, dreigt het land verder op slot te gaan. In Europa wordt wetgeving voorbereid waardoor natuur daadwerkelijk hersteld moet worden. Nu is dus hét moment om het Rivierkundig Beoordelingskader aan te passen. Veiligheid, economie én natuurherstel kunnen hand in hand gaan, daar profiteert iedereen van.
Meer informatie
- VN-waterconferentie: water staat hoog op de internationale agenda
- Kroost van Franse steur Edith onderzoekt gastvrijheid Rijn
Tekst: Bas Roels, WWF Nederland
Foto's: Peter Veldt, Bureau Stroming (leadfoto: niet stromende nevengeul); ARK Rewilding; Siebe Swart