Rhododendronknopvreter breidt zich uit
Nederlandse Mycologische VerenigingDe Rhododendronknopvreter (Seifertia azaleae, voorheen ook bekend onder het synoniem Pycnostysanus azaleae) lijkt de laatste jaren aan een behoorlijke opmars bezig. Het zwammetje is in de lentemaanden te vinden op rhododendronstruiken. De Rhododendronknopvreter mag dan wel pas vier jaar geleden door leden van de Nederlandse Mycologische Vereniging zijn 'ontdekt', ze is al sinds de tachtiger jaren bekend bij kwekers van rhododendronstruiken.
De Rhododendronknopvreter is heel goed herkenbaar op de dode knoppen van rhododendron. Deze zijn overdekt met, wat lijkt op, kleine zwarte knopspelden. Aangetaste knoppen worden uitsluitend gevonden op struiken van grootbladige rhododendronsoorten die behoren tot de secties Pentanthera, Ponticum en Rhododendron.
De Rhododendronknopvreter is afhankelijk van, en wordt verspreid door, de Rhododendroncicade (Graphocephala coccinea). Deze cicade is in de jaren dertig van de vorige eeuw vanuit zijn oorspronkelijke verspreidingsgebied in het zuidoosten van de Verenigde Staten met kweekmateriaal in Engeland terecht gekomen. Vandaar heeft zo'n dertig jaar later de oversteek naar het Europese vasteland plaatsgevonden. De Rhododendroncicade is een fraai gekleurde cicade waarvan de volwassen exemplaren te vinden zijn vanaf het midden van juli tot ver in de herfst.
Rhododendroncicaden planten zich exclusief voort op rhododendronstruiken. Daarbij worden eitjes onder de schubben van de bloemknoppen gelegd. De nimfen komen uit op het moment dat de Rhododendron gaat bloeien. Ze voeden zich met de knop, de bloemen en jonge bladeren.
Waarschijnlijk worden de bloemknoppen tijdens het leggen van de eitjes besmet met de schimmel die de cicade bij zich draagt. Deze knoppen komen niet uit, maar mummificeren in plaats daarvan. De zwam is het jaar daarop pas zichtbaar.
Het komt vaker voor dat een aan een insect gebonden schimmel door deze verspreid wordt. De iepenziekte is daar ook een voorbeeld van. In dit verhaal gaat het om twee exoten uit de Verenigde Staten, een cicade en een bijbehorende schimmel. De relatie van de Rhododendroncicade met de Rhododendronknopvreter maakt het gemakkelijk de verspreiding van zowel de Rhododendroncicade als de Rhododendronknopvreter in kaart te brengen. Als je immers de geïnfecteerde knoppen in het voorjaar vindt, zal de cicade daar zeker in de zomer aanwezig zijn en omgekeerd is hetzelfde het geval. Let er eens op!
Tekst: Menno Boomsluiter, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto's: J. Kamphuis; Menno Boomsluiter