Wow! Wat een dagpauwogen
De VlinderstichtingDe dagpauwoog is onmiskenbaar door de fraaie bruinrode kleur met de opvallende ogen op de voor- en achtervleugels. Hij komt in het hele land voor en wordt vaak gezien in tuinen. Zeker in de zomer, als de vlinderstruiken bloeien, is het een echte tuinvlinder. De soort overwintert als vlinder. In de nazomer zoekt hij een koele beschutte plek op en gaat daar in winterslaap. Op de eerste zonnige voorjaarsdagen komt hij weer tevoorschijn. Dit voorjaar was hij buitengewoon talrijk. Er zijn in maart van dit jaar bijna 6500 meldingen geweest van meer dan 9000 individuen. Ter vergelijking, in 2016 waren er 416 meldingen uit maart en in 2015 waren dat er 515. Toch zegt dit verschil niet zoveel als je niet naar de omstandigheden kijkt. Dit jaar was maart erg zonnig en relatief warm, dus is het logisch dat er heel veel vlinders, ook dagpauwogen, worden gezien. Beter is om te kijken naar het relatieve aantal, dat is het aantal waarnemingen van dagpauwogen gedeeld door de waarnemingen van alle dagvlinders samen. Ook dan blijkt 2017 een topjaar. Bijna 25% van alle vlinderwaarnemingen in maart had betrekking op de dagpauwoog.
Het is bij vlinders, zoals bij veel insecten, normaal dat er grote fluctuaties van jaar tot jaar optreden. Weersomstandigheden, maar ook natuurlijke vijanden kunnen grote invloed hebben. De piek dit voorjaar bij de dagpauwoog wordt veroorzaakt door het vorig jaar. Uit de gegevens van het Landelijk Meetnet Vlinders blijkt dat de dagpauwoog in 2016 een extra generatie had. Die heeft geprofiteerd van de warme en zonnige septembermaand. Dit betekende dat veel dagpauwogen in overwintering gingen en ook de winter was blijkbaar gunstig. Op dit moment zijn de dagpauwogen druk met de voortplanting. Mannetjes bezetten territoria langs bosranden en hopen daar een vrouwtje te versieren. De vrouwtjes zullen de komende weken hun eitjes afzetten op brandnetel. Dat doen ze met wel 50 of 60 eitjes bij elkaar en over een anderhalve maand kunnen we flinke groepen rupsen tegenkomen. Maar of we, in vervolg op de grote aantallen in het voorjaar, ook deze zomer veel dagpauwogen zullen zien is afhankelijk van de (weers)omstandigheden.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting