Honderden bijzondere wasplaten op forten van Stelling Amsterdam
Nederlandse Mycologische VerenigingBericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging [land] op [publicatiedatum]
Tijdens een excursie van de Wasplatenstudiegroep van de Amsterdamse Waterleidingduinen werden er op de aarden deklaag van een Fort behorende bij de Stelling van Amsterdam vele zeer zeldzame Bittere wasplaten ontdekt. Er werd gesproken over honderden exemplaren. Een dergelijk aantal is uniek voor Nederland en daarbuiten.
In het kader van een onderzoek aan de Stelling van Amsterdam bezocht de Wasplatenstudiegroep AWD twee forten: “Fort Spijkerboor” en het “Fort aan de Middenweg”. Het “Fort aan de Middenweg” ligt aan de zuidelijke ringdijk van de Beemster Polder en Fort Spijkerboor aan de westelijke ringdijk. De meeste graslandpaddenstoelen werden zoals verwacht op de aarden deklaag aangetroffen die de forten bedekt. Op beide forten werden bovendien boven verwachting veel wasplaten gevonden. Het is een prachtig gezicht de bonte mengeling van wasplaten op de aarden deklaag van de forten te zien. De Bittere wasplaat (Hygrocybe mucronella) en dan vooral het grote aantal aanwezige exemplaren op één van de forten wordt beschouwd als de meest bijzondere vondst.
De Bittere wasplaat wordt op wereldniveau uit Europa en Noord-Amerika gerapporteerd en komt daar tot in het verre noorden voor. Ze is bekend van Canada, Groenland, IJsland en Scandinavië. In Midden-Europa wordt ze in de Zwitserse Alpen tot 2500 meter hoogte gevonden. Ze wordt gevonden op mossige, kort grazige, kalkrijke plaatsen. In de meeste Europese landen geldt de Bittere wasplaat als zeldzaam en bedreigd. Behalve vanwege de opvallende sporenvorm onderscheidt de Bittere wasplaat zich van andere wasplaatsoorten door de bittere smaak. Een overtuigende manier om de Bittere wasplaat te onderscheiden van andere erop gelijkende wasplaten is door met de punt van de tong even aan de hoed te proeven.
Andere soorten
Behalve de Bittere wasplaat stonden er nog meer bijzondere soorten op de forten als Ridderwasplaat, Wantsenwasplaat, Scharlaken wasplaat, Grauwe wasplaat, Elfenwasplaat, Kabouterwasplaat en massa’s exemplaren van het Papegaaizwammetje. De aantallen die werden geschat lagen tussen de tientallen tot soms honderden exemplaren per soort. De meeste van de genoemde soorten laten al jaren een afnemende trend zien in hun voorkomen in Nederland waardoor ze op de Rode Lijst staan. Op Fort Spijkerboor werden 9 soorten wasplaten geteld en op het Fort aan de Middenweg 12. De graslanden van beide forten kwalificeren zich door de vondsten als zeer goede wasplaatgraslanden. Helaas wordt deze kwalificatie in Nederland nog maar weinig toegekend aan een grasland. Alle lof voor het werk van de vele vrijwilligers die de forten beheren.
De Stelling van Amsterdam
De Stelling van Amsterdam werd aan het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw gebouwd. De Stelling telt 42 forten die in een cirkel om Amsterdam werden aangelegd ter verdediging van de stad. De inspanningen en het geld van het aanleggen van de Stelling ten spijt heeft de Stelling nooit actief deel genomen aan enige oorlogshandeling ook. Voordat de Stelling was voltooid heeft de uitvinding van het vliegtuig het strategisch belang ervan achterhaald. De Stelling van Amsterdam werd in 1996 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO geplaatst. De forten, liniedijken, kazematten en alle andere bouwsels van de Stelling genieten sinds die tijd een internationale bescherming.
Ontdekking van de Stelling voor de graslandpaddenstoelen
Grote delen van de Stelling van Amsterdam lagen in de vorige eeuw vergeten in het landschap waardoor ze buiten de moderne agrarische bedrijfsvoering zijn gebleven. Omdat delen van de Stelling al langere tijd door natuurbeschermende instanties op een natuurvriendelijke wijze werden beheerd trad met name bij de graslanden een gestage verschraling op. De meeste forten waren uit strategisch oogpunt voorzien van een aarden deklaag waardoor ze nauwelijks opvallen in het landschap. Juist deze aarden deklaag is belangrijk want hier zijn de meeste graslandpaddenstoelen te vinden.
Sinds een paar jaar worden de forten van de Stelling van Amsterdam stelselmatig op de aanwezigheid van paddenstoelen onderzocht. De maand november die bekend staat als wasplatenmaand bij uitstek is de beste tijd om de forten te onderzoeken.
Vooral Rob Chrispijn van de Nederlandse Mycologische Vereniging heeft zich de afgelopen twee jaar niet onbetuigd gelaten gezien zijn aandeel in het onderzoek. Liefst 26 onderdelen van de Stelling waaronder 21 forten werden door hem onderzocht. Ook Fort Krommeniedijk viel op vanwege het voorkomen van vele bijzondere graslandpaddenstoelen.
Tekst: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto’s: Leo van der Brugge; Martijn Oud