Eerste Sirobasidium-trilzwam voor Nederland
Nederlandse Mycologische VerenigingBericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging [land] op [publicatiedatum]
Het geslacht Sirobasidium omvat trilzwamachtige paddenstoelen waarvan de sporenvormende cellen (basidiën) in kortere of langere ketens achter elkaar groeien. Tijdens een studieweek in Noord-Holland van de Nederlandse Mycologische Vereniging (NMV), herfst 2013, werd Sirobasidium albidum gevonden in het Heilooërbos, de eerste vondst voor ons land.
Sommige soorten paddenstoelen lijken wereldwijd verspreid te zijn, maar tegelijkertijd bijzonder zeldzaam. Op wereldwijde verspreidingskaartjes van zo’n soort levert dat dan een merkwaardig verspreidingspatroon op: her en der een stip op de wereldbol, en je vraagt je af hoe dat met de lege ruimte daartussenin zit. Dit gaat ook op voor de meeste soorten van het kleine geslacht Sirobasidium.
Er zijn een stuk of zes soorten in dit geslacht beschreven, en die worden gekenmerkt door een merkwaardige eigenschap van de sporenvormende cellen: die staan niet naast elkaar, zoals bij elke fatsoenlijke paddenstoel, maar in kortere of langere ketens achter elkaar. Uit Nederland was tot eind 2013 nog geen enkele Sirobasidium-soort bekend, maar toen werd, op een door een andere schimmelaantasting zwart geworden stukje loofhout, Sirobasidium albidum gevonden, in het Heilooërbos bij Alkmaar. Een Nederlandse naam heeft de soort nog niet; daar moet eerst de Nederlandse Namencommissie van de NMV zich over buigen.
De vondst werd gedaan tijdens een excursie in het kader van een studieweek van de NMV, zo’n week waarin een beperkt gebied grondig wordt uitgekamd, op zoek naar allerlei grote, kleine en minuscule paddenstoelen. Sirobasidium albidum behoort tot de kleine soorten, maar heel erg onopvallend is hij toch niet. Hij vormt groepen van bleke, zacht gelatineuze bolletjes die weliswaar nog geen millimeter groot zijn, maar wel talrijk en duidelijk afstaken tegen het donker gekleurde hout. In een microscooppreparaat vielen onmiddelijk de “parelkettingen” van basidiën op, waardoor de paddenstoel vrij makkelijk te determineren was.
En als je dan eenmaal de naam kent, dan kun je op zoek naar de geschiedenis. Sirobasidium albidum blijkt in 1892 beschreven te zijn aan de hand van een collectie op dood hout in de krater van een uitgedoofde vulkaan, Pululahua, in Ecuador. Het moest ruim een eeuw duren voor de soort opnieuw gevonden werd. Weer op zo’n exotische lokatie? Nee, niet helemaal, in 1993 en 1994 werd de soort gevonden in een park en een esdoornlaan in de buurt van Antwerpen. Daarna weer een tijdje niets, en nu dus in een standaard bos bij Heiloo, wat de vierde vondst wereldwijd lijkt te zijn. Een kwart van de wereldpopulatie bevindt zich in ons land! Tijd voor beschermende maatregelen?
Tekst en foto’s: Nico Dam, Nederlandse Mycologische Vereniging