Paddenstoelen snakken naar regen
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
Begin oktober, dat is traditioneel een topperiode om paddenstoelen te zien, maar in 2014 lijkt dat minder het geval. Het warme nazomerweer van september eist zijn tol. Op sommige plekken is het echt zoeken om nog een paddenstoel te vinden, en dat terwijl het zwammenseizoen zo hard van start gegaan was door de natte augustusmaand.
De piek van het paddenstoelenseizoen van 2014 viel mogelijk in de laatste week van augustus en de eerste week van september. In die periode waren er meer dan gemiddelde aantallen paddenstoelen te vinden, soms zelfs in ongeziene aantallen. Vezelkoppen, satijnzwammen, russula’s en boleten: eind augustus stonden ze er allemaal. Er werden zelfs al heel wat wasplaten gezien, die in normale jaren vaak later in het seizoen verschijnen. In diezelfde periode gebeurden bijzondere vondsten, zoals die van de Violetbruine gordijnzwam, en meldde het Antigifcentrum een ongewoon hoog aantal oproepen wegens paddenstoelvergiftigingen.
Droog weer eist tol
Paddenstoelen bestaan grotendeels uit water. Door het warme nazomerweer, met temperaturen tot 26 graden en drie weken droogte, kwam er aan het paddenstoelenfestijn spoedig een einde. Vooral op plekken waar paddenstoelen gevoelig zijn voor de invloed van zon en wind, zoals open dreven of gazons in parken en tuinen, waren al snel enkel verdroogde paddenstoelenlijkjes te vinden en was er tegen het eind van de maand nauwelijks nog een paddenstoel te bespeuren. In vochtige bossen valt de situatie nogal mee, al kan je dezer dagen nergens van een overvloed spreken.
Mycologen laten die droogte echter niet aan hun hart komen. Het klassieke paddenstoelenseizoen is al zo kort, en je hebt nu eenmaal maar één herfst per jaar. Hardnekkig blijven ze speuren naar interessante zwammen, en niet altijd zonder resultaat. Hoewel er half september meer uitgedroogde en beschimmelde paddenstoelen te vinden waren dan verse, stak links en rechts toch nog een zeldzame soort de kop op. Eén van de blikvangers van het najaar was de vondst van het Lila koraaltje in Bos t’Ename. Dat prachtige kleinood was tot nog toe maar een enkele keer eerder waargenomen in België, namelijk in de Voerstreek. Ook de Kroontjesknotszwam wist de voorbije weken voldoende vocht uit dood hout te halen om op verschillende plekken prachtige vruchtlichamen te kunnen vormen.
Nieuwe determinatietechniek
De nazomerdroogte zorgt ervoor dat paddenstoelenstudie nog frustrerender wordt dan normaal. Pas de laatste jaren krijgen wetenschappers besef over de reële aantallen zwammen die er in onze natuur te vinden is. Tot voor kort waren ze afhankelijk van vruchtlichamen, de paddenstoelen dus, om de organismen die we zwammen noemen te bestuderen. De zwamvlok, een stelsel van draadjes dat onder de grond of in hout verborgen zit, is niet zichtbaar. Daarom moesten ze wachten tot die zwamvlok vruchtlichamen produceert om de zwam te kunnen determineren.
Bovendien kunnen zwamdraden en zwamvlokken, als je ze al zou zien, niet op naam gebracht worden. Althans, dat gold tot voor kort. Dankzij revolutionaire moleculaire technieken zijn wetenschappers tegenwoordig in staat om in laboratoria kilometers zwamdraden te extraheren uit 5 gram zand en humus. Die zwamdraden kunnen ze dan via hun DNA tot op soortniveau bepalen. De resultaten van de nieuwe technieken zijn duizelingwekkend. In 5 gram bodemmateriaal vindt men zwamdraden van gemakkelijk meer dan 100 soorten terug. Als het dus veel geregend heeft en het bos vol paddenstoelen staat, zien we eigenlijk nog niet meer dan het topje van de ijsberg. Als het droog is, zoals de voorbije weken, zien we zelfs dat topje niet.
Het is afwachten of het met het paddenstoelenseizoen dit jaar nog ‘goed’ komt. Enkele buitjes volstaan niet om de zwamvlokken weer te activeren: daarvoor is veel regen nodig. Laten we dus nog maar snel een regendansje doen.
Tekst: Wim Veraghtert, Natuurpunt Educatie
Foto’s: Dieter Slos, Gunther Groenez