Nederland in Europa hekkensluiter bescherming biodiversiteit
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door De Natuurkalender op [publicatiedatum]
Nederland heeft nog een lange weg te gaan als het gaat om het realiseren van de wereldwijde, Europese en eigen doelstellingen op het gebied van biodiversiteit. Van elke soortgroep die in ons land voorkomt is minimaal een derde van de soorten bedreigd. Ten opzichte van 1700 is minder dan 15 procent van de biodiversiteit aanwezig. Wat betreft de bescherming van leefgebieden en soorten bungelen we onderaan de lijst van Europese landen.
Tijdens de Conventie voor Biodiversiteit in Nagoya is door 193 partijen afgesproken om de snelheid van het verlies van habitat in 2020 ieder geval te halveren en waar mogelijk tot nul terug te brengen. De partijen hebben ook afgesproken om een substantiële toename van financiële middelen te realiseren om de uitvoering van de afspraken te realiseren. Er zijn echter geen sancties afgesproken waarmee landen aan die afspraken gehouden kunnen worden. Het is dan ook onwaarschijnlijk dat de ambitieuze doelen gerealiseerd zullen worden. De ontwikkelingen in Nederland op het gebied van behoud van biodiversiteit en het vrijmaken van de benodigde middelen zijn illustratief.
Het Compendium voor de Leefomgeving, dat wordt samengesteld door het Planbureau voor de Leefomgeving, het Centraal Bureau voor de Statistiek en Wageningen UR, geeft een gedetailleerd en overzichtelijk beeld van hoe het met natuur en milieu in Nederland gesteld is. Er komen in ons land rond de 35.000 planten- en diersoorten voor. Insecten vormen de grootste soortgroep. Dankzij veel vrijwilligers en het grote aantal natuurorganisaties weten we van veel soortgroepen hoe ze er voor staan. De onderstaande figuur laat zien dat bij elke soortgroep meer dan één derde van alle soorten bedreigd is. Bij reptielen, paddenstoelen, steenvliegen en dagvlinders staan zelfs circa tweederde van de soorten op de Rode Lijst.
De hierboven genoemde mate van bedreiging is berekend ten opzichte van de situatie in 1950. Als we een vergelijking maken met de situatie rond 1700 dan is de biodiversiteit met 87 procent afgenomen. De afname is aanzienlijk groter dan elders in Europa waar 52 procent verloren is. Wereldwijd is 27 procent verdwenen.
Dat Nederland het niet goed doet blijkt ook als je kijkt naar de bescherming van soorten en leefgebieden die volgens Europese afspraken beschermd moeten worden (Habitat- en Vogelrichtlijn). Voor minder dan 30 procent van de soorten is de situatie in ons land gunstig. Daarmee nemen we de zevende plaats van onderen in op de Europese ranglijst. Als het gaat om de instandhouding van leefgebieden staat Nederland zelfs vierde van onderen. Minder dan 10 procent van de leefgebieden verkeert in een gunstige staat.
Er is dus nog een lange weg te gaan en het politieke en financiële klimaat is niet gunstig. De afgelopen weken werd duidelijk dat er geen geld meer beschikbaar is voor de aanschaf van nieuwe natuur in het kader van de Ecologische Hoofdstructuur. De verwerving van nieuwe natuur ligt momenteel op nog maar 60 procent ten opzichte van de doelstelling. Van de gebieden die al verworven zijn blijkt nog maar iets meer dan de helft ingericht te zijn.
Tekst: Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen Universiteit
Foto: Kars Veling, De Vlinderstichting
De gebruikte getallen en de figuur zijn afkomstig uit het Compendium voor de Leefomgeving