Natuurjournaal 28 maart 2024
Nature TodayMaar enkele weken zijn ze in bloei te zien, geelsterren. Deze voorjaarsbloeiers horen bij de leliefamilie, dat kan je ook wel zien aan de sierlijke bloembladeren. Er zijn vier soorten in Nederland: akkergeelster, bosgeelster, schedegeelster en weidegeelster. Ze zijn allemaal zeldzaam en elke soort heeft een uitgesproken, beperkte verspreiding. Dat heeft ook te maken met hoe ze zich voortplanten. De bloemen worden wel bestoven maar vervolgens wordt er door schedegeelster, akkergeelster en schedegeelster in Nederland geen zaad gevormd. Gelukkig hebben ze nog een truc achter de hand: ze vormen broedbolletjes waaruit mini-plantjes kunnen groeien. De broedbolletjes worden niet zo makkelijk verspreid als zaadjes, alleen bij overstromende beken of rivieren – geelsterren staan graag op vochtige plekken – of door gravende dieren komen ze wel eens een stukje verderop terecht.
In het natuurjournaal is heksenboter al eens voorbijgekomen. De naam is goed gekozen voor dit ongrijpbare organisme. Het is een slijmzwam, geen paddenstoel maar een kolonie van eencelligen die zich als een slijmerige klodder zelfs kan voortbewegen! Nu in het voorjaar kun je een andere vrij algemene slijmzwam tegenkomen: het zilveren boomkussen. Als een wit bolletje van een paar centimeter zit het op dood hout geplakt. Eerst voelen ze zacht aan, dan drogen ze op en worden papierachtig, om uiteindelijk open te barsten en uiteen te vallen in een poeder van lichtbruine sporen. Als je dit voorjaar dus een gek ei tegen een boomstam ziet zitten, weet je waar je mee te maken hebt.
Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto's: Jan Willem Jongepier, Saxifraga; Pierre, Waarneming.nl