Allereerste kraamkolonie mopsvleermuis in Nederland waargenomen
ZoogdierverenigingNiet één, niet twee… maar zeven uitvliegende mopsvleermuizen
De waarnemers twijfelden geen moment over de soort toen zij het zwarte dier zagen. Diezelfde nacht nog kregen zij toestemming om de mopsvleermuis te volgen naar haar verblijfplaats. "Ook de volgende nacht is het dier gevolgd en eenmaal bij de verblijfplaats vlogen er maar liefst zeven mopsvleermuizen uit", vertelt Wieneke enthousiast. "Vleermuizen maken in de kraamperiode altijd gebruik van meerdere verblijfplaatsen en omdat het vrouwtje zogend was, wisten we zeker dat het om de eerste kraamkolonie van mopsvleermuizen in Nederland ging. Je kunt je voorstellen dat onze avond niet meer stuk kon", aldus Wieneke.
Wegvliegende mopsvleermuis(Bron: Carlo Wijnen)
Verspreiding in Europa
Tijdens tellingen in de winter zijn tot begin jaren negentig enkele mopsvleermuizen aangetroffen, daarna nooit meer. Zomerwaarnemingen zijn er maar heel weinig, wel geteld drie tot 2017. In 2017 zijn geluidswaarnemingen gedaan in Zeeuws-Vlaanderen. Een verblijfplaats in Nederland, laat staan een kraamverblijfplaats, was niet bekend. Over de grens in het Belgische Waasland zijn ondertussen kraamverblijven gevonden.
In de omgeving van Winterswijk, net over de grens bij Duitsland zijn al langer kraamverblijven van mopsvleermuizen bekend. De mopsvleermuis komt in vrijwel heel West-Europa voor, maar bijna nergens in hoge dichtheden. Het is een zeldzame soort die onder druk staat. Daarom riep Batlife in 2020 de mopsvleermuis uit tot Europese vleermuissoort van het jaar. Mopsvleermuizen laten zich ook niet makkelijk vinden, want ze zitten vaak achter schors, luiken en loshangende platen en in andere spleten. "Zo zie je maar weer dat je je altijd moet laten verrassen door de natuur en het onverwachte moet verwachten", lacht Wieneke.
Nog geen gevestigde kolonie
In de laatste habitatrichtlijnrapportage over de periode 2013-2018, werd de mopsvleermuis nog als ‘niet van toepassing’ voor Nederland beschouwd. Tijdens het samenstellen van de laatste Rode Lijst (2020) werd zij als ‘dwaalgast’ opgenomen en daarom niet verder beschouwd. Logisch, want nog niet eerder werd er een kraamkolonie aangetroffen. In Nederland mag je spreken van een gevestigde kolonie als er tien jaar lang voortplanting is geweest. Nu is het dus het moment om dat te gaan monitoren en onderzoeken.
Monitoring verbeteren
Het onderzoek naar de vleermuizen wordt mogelijk gemaakt door een subsidie van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit die de Zoogdiervereniging ontving. Er staan twee vragen centraal tijdens het onderzoek: Welke maatregelen zijn effectief voor vleermuissoorten in de bebouwde omgeving? En welke landelijke monitoring werkt het beste voor specifieke soorten? Het onderzoek richt zich op soorten die geraakt worden door de energietransitie. "Het is fijn dit onderzoek samen met heel veel mensen uit het netwerk van vleermuisonderzoek te doen. Zo kan de kennis die er is goed benut en gedeeld worden, zodat we deze wilde zoogdieren nog beter kunnen beschermen", sluit Wieneke af.
Mopsvleermuis warmtebeeldopname (Bron: Wieneke Huls)
Tekst: Annelies Elsendoorn, Wieneke Huls en Marcel Schillemans
Foto: Joris Verhees
Video's: Carlo Wijnen; Wieneke Huls