Natuurjournaal 30 maart 2022

In Nederland leven drie soorten slangen: adder, ringslang en gladde slang. De eerste twee soorten worden relatief vaak waargenomen, de gladde slang leeft een meer verborgen leven en is ook zeldzamer. Afgelopen winter heeft hij in winterslaap doorgebracht. Rond deze tijd ontwaakt hij. In tegenstelling tot de adder, waar hij qua uiterlijk op lijkt, vermijdt de gladde slang over het algemeen felle zon. Hij is vooral actief bij bewolkt en vochtig weer. Je zult hem niet snel tegenkomen, maar mocht je toch een gladde slang willen zien, dan is het voorjaar een goede tijd. Mannetjes zijn nu op zoek naar vrouwtjes en worden dan wel eens waargenomen door wandelaars. Je kunt de gladde slang van de adder onderscheiden doordat de gladde slang ronde pupillen heeft en geen zigzagpatroon op de rug.

De tapuit legt van alle zangvogels tijdens de trek de grootste standen af. Tapuiten uit Alaska trekken via Azië naar Afrika en ook Groenlandse en Canadese vogels weten Afrika te vinden. Dan valt de tocht van Nederland naar de Afrikaanse savannes nog mee! Nederlandse broedvogels zijn nu terug in het land en zoeken een geschikte plaats om te broeden. Daarnaast trekken Groenlandse en Scandinavische broedvogels nu ook door Nederland. De komende twee maanden zijn dus heel geschikt om uit te kijken naar de tapuit. Texel, Ameland, de Noordhollandse duinen en Noord-Groningen zijn goede plaatsen om de tapuit te spotten. Je herkent hem aan de zwarte oogstreep en de witte staart, waar omgekeerd de T van tapuit op staat.

Tekst: Marjolein Mooij, NatureToday.nl
Foto's: Mark Zekhuis, Saxifraga; Piet Munsterman, Saxifraga