Natuurjournaal 16 september 2022

De tapuit heeft het als broedvogel heel moeilijk in Nederland. Van half augustus tot begin oktober trekken ook tapuiten die in Scandinavië, IJsland, Groenland hebben gebroed door Nederland. Dat doen ze vooral ’s nachts, waarbij ze tot driehonderd kilometer per nacht afleggen. De reis die de tapuit elk voor- en najaar maakt is een van de langste van alle trekvogels. Grappig genoeg is deze super lange-afstandsvlieger de rest van de tijd juist echt een grondbewoner, die zelfs in holen broedt. De komende twee weken kan je ze nog tegenkomen. Ze houden van open landschappen en zijn bijvoorbeeld vaak te vinden op basaltblokken, verharding en fietspaden langs zeedijken.

Een paar dagen regen is voor veel dieren zeer welkom, niet in de laatste plaats voor naaktslakken. Er leven een kleine dertig soorten in Nederland. Daarvan is de rode wegslak een van de meer opvallende en algemene soorten. Normaal gesproken zijn ze in het voorjaar en de hele zomer veel te zien, maar met de droogte hielden ze zich de afgelopen paar maanden gedeisd. Nu komen we erachter of ze de droogte overleefd hebben. De rode wegslak is oranjebruinig tot knaloranje. De zijkant van de ‘voetzool’ is bruin tot oranje en heeft veel kleine, donkere dwarsstreepjes. Als ze zich bedreigd voelen, maken ze zich klein en bol. Je kan dan goed zien dat ze een vrij ‘ruw’ oppervlak hebben, heel mooi eigenlijk.

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto’s: Bart Vastenhouw, Saxifraga; Rudmer Zwerver, Saxifraga