Boseigenaren ervaren steeds meer gevolgen van klimaatverandering, snel maatregelen nodig

Wageningen Environmental Research, Wageningen University & Research
8-DEC-2020 - Uit een enquête onder Nederlandse boseigenaren blijkt dat tachtig procent steeds meer last heeft van natuurlijke verstoringen te linken aan klimaatverandering, zoals droogte, stormschade en insectenschade. Veel boseigenaren overwegen daarom klimaatslimme aanpassingen te maken in hun beheer. Hier zijn wel grote investeringen voor nodig, bijvoorbeeld de aanplant van klimaatbestendige soorten.

Onderzoekers van Wageningen University & Research (WUR) hebben begin 2020 een uitgebreide enquête gehouden onder Nederlandse boseigenaren. Het doel was om een beeld krijgen van de wensen en verwachtingen rond klimaatslim bosbeheer en hoe dit zich verhoudt tot de huidige ondersteuning vanuit de subsidieregeling SNL. Uit het onderzoek blijkt dat veel boseigenaren en -beheerders overwegen over te stappen naar andere vormen van bosbeheer als hier een klimaatslimme variant van bestaat.

Meer natuurlijke verstoringen

Van de 241 respondenten zegt bijna tachtig procent te maken te hebben met een toename in natuurlijke verstoringen over de laatste tien jaar. Met name droogte wordt genoemd. Ook ervaren boseigenaren steeds meer stormschade, extreme temperaturen, intense regenval en schade door insecten (bastkevers, eikenprocessierups) en schimmelziektes (essentaksterfte). Vooral eigenaren met de boomsoorten fijnspar, eik en es geven aan hier veel last van te hebben. Eigenaren voelen zich genoodzaakt om het bos aan te passen om deze vitaal te houden onder veranderende omstandigheden.

24 maatregelen voor klimaatmitigatie en -adaptatie

Er zijn 24 beheermaatregelen voor klimaatmitigatie (bedoeld om omvang en snelheid van klimaatverandering te beperken) en -adaptatie (aanpassing aan klimaatverandering) voorgelegd aan boseigenaren met de vraag welke maatregelen volgens hen noodzakelijk zijn. Deze maatregelen lopen uiteen van minder intensief beheer tot maximaal inzetten op hogere houtproductie. De eigenaren zien vooral noodzaak om maatregelen te nemen die zijn gericht op klimaatadaptatie. Zij hebben een sterke voorkeur voor maatregelen die koolstofopslag in de bomen en bodem in stand houden of vergroten, bijvoorbeeld door de aanplant van nieuwe strooiselrijke boomsoorten.

Ook bij het nieuwe maatregelenpakket “verbeteren houtkwaliteit” scoort een aantal maatregelen hoog, afhankelijk van het type eigenaar. Dit is beheer gericht op verzaagbare en kwalitatief betere bomen, waarbij het geoogste hout hoogwaardig kan worden ingezet voor bouwen van onder meer huizen en meubels. De beheermaatregelen voor bio-energie scoren vrijwel allemaal laag – boseigenaren zijn minder geneigd om extra hout te oogsten en te verkopen voor bijvoorbeeld stadsverwarming.

Bossenstrategie

Tot slot is in het onderzoek gekeken hoe belangrijk het volgens boseigenaren is om nieuwe beheermaatregelen te introduceren en op welke termijn. Volgens de meesten (64 procent) is het noodzakelijk om klimaatslimme maatregelen te nemen. Een groot deel (46 procent) geeft aan dat dit op korte termijn al nodig is. Deze klimaatslimme bosbeheermaatregelen passen ook in de Bossenstrategie, maar vragen om grote investeringen. Bij de uitwerking van de Bossenstrategie is sprake van een eenmalige impuls voor alleen natuurbossen op zand. In de enquête geven eigenaren aan een dergelijke impuls ook voor het multifunctionele bos nodig te hebben, een bos waarin zowel recreatie als houtproductie een rol spelen.

Meer informatie

  • Artikel (pdf; 0,7 MB) in Vakblad Natuur Bos Landschap

Tekst: Richard Sikkema, Wageningen University en Gert-Jan Nabuurs, Wageningen Environmental Research
Foto: Richard Sikkema (bosperceel van Staatsbosbeheer in Doorwerth)