Voortaan met laarzen in het beekbegeleidend bos bij de Tongelreep
Provincie Noord-Brabant“In de winter kan je straks niet overal meer met nette schoentjes wandelen,” lacht Ynte Bekema van Waterschap de Dommel. Hij is de omgevingsmanager voor het project Tongelreep, onderdeel van het internationale programma 'Beeklandschap Warmbeek-Tongelreep'. Dertien partijen uit Nederland en België, waaronder de provincies Noord-Brabant en Belgisch-Limburg, Waterschap de Dommel, Natuurgrenspark De Groote Heide en zeven gemeenten, tekenden hiervoor een intentieverklaring.
Verdroging
“In de vorige eeuw is de beek rechtgetrokken, vergraven en vergroot. Toen wilden we het water meer en sneller afvoeren,” vertelt Ynte. “De beek kwam steeds dieper in het landschap te liggen. Het water kan geen natuurlijke loop vinden en stroomt nu heel snel het gebied uit. Daardoor verdrogen het beekdal en de omliggende graslanden, vennen en bosgebieden.” Dit heeft impact op zowel de landbouw als de natuur.
Wisselende vegetatie
De Tongelreep is een belangrijke waterloop in het gebied met hoge landschappelijke, ecologische en cultuurhistorische waarden. Een deel is Europees beschermd Natura 2000-gebied.
“Van oudsher meanderde de Tongelreep door het gebied. Dat is al lang niet meer. Maar dat is wél wat we nu op plekken weer gaan doen. De Tongelreep zal meer ruimte krijgen. Oude bochten die we nog kunnen terugvinden in het landschap, graven we opnieuw uit. De oevers worden flauwer en de beek zelf wordt minder diep. Door de bochten in de waterloop, komen er plaatsen waar het water sneller of juist langzamer stroomt. Maar ook meer schaduw geeft een wisselende vegetatie in en rond de beek.”
Minder wateroverlast
Het plan omvat een verscheidenheid aan maatregelen. Intussen is er ruim vijftig hectare landbouwgrond in en aan het gebied beschikbaar voor het project. Er wordt nog gesproken over nog eens pakweg vijftig hectare. Rond de beek komt meer ruimte voor water. Ook wordt hier en daar de aangebrachte drainage verwijderd. En ook wordt soms de voedselrijke bovenlaag afgegraven. Sommige sloten en greppels worden gedempt, en stuwtjes en duikers aangepast. Ynte: “Met dit alles ontstaat een natuurlijker omgeving. Het natuurgebied houdt zo op een natuurlijke wijze het water vast uit de forse regenbuien die steeds meer zullen vallen. Daardoor is er ook in de steden verderop minder wateroverlast.”
Zwarte els met kamperfoelie
“We brengen het watersysteem weer in balans,” vat Erik Schram het project samen. Hij beheert namens Staatsbosbeheer het grotere gebied Leenderbos/ Groote Heide. “Dat doen we door de gronden terug te geven aan de natuur. We herstellen de oorspronkelijke hydrologische omstandigheden, ook door ze in te richten als natuurlijk grasland, heide of bos. Op sommige plekken groeit bos tot dicht bij de beek, waardoor het positieve invloed heeft op de waterkwaliteit. Dat wordt een vochtig, beekbegeleidend bos, met zwarte els, kamperfoelie en gele lis.”
Beter bestand tegen droogte
Maar dat niet alleen. Het gebied zal ook beter bestand zijn tegen droogte, een ander gevolg van de klimaatverandering. Ynte Bekema: “Door het water dat in het natuurgebied valt daar beter vast te houden, heeft het gebied in periodes van langdurige droogte een grotere buffer. En doordat de grondwaterstand hoger wordt, vallen de vennen in de buurt niet meer zo snel droog in de zomer. Dat betekent minder uitdroging, maar ook het behoud van planten en dieren die zonder water zouden verdwijnen. Een enkel wandelpad door het gebied zal in natte periodes een laarzenpad worden, omdat het op verschillende plaatsen echt waterig wordt.”
Beekprik
Erik Schram is net zo enthousiast. “Ik verheug me op de nieuwe bewoners van het gebied. We denken dat het heel aantrekkelijk wordt voor bijzondere soorten als de zwarte ooievaar, de nachtzwaluw en de roodborsttapuit. Misschien komt er wel een bever en zwemt straks de beekprik in de Tongelreep!”
Tekst: provincie Noord-Brabant
Foto's: Marijn Heuts