Bij op Sint-janskruid

Speciale Tilburgse zadenmix geeft stadsnatuur duwtje in de rug

Provincie Noord-Brabant
27-NOV-2024 - Om regenwater beter op te vangen en de biodiversiteit in de stad te versterken, zaait Tilburg sinds dit jaar inheemse bloemenmengsels in. Toch is het inzaaien van deze bijzondere mix geen wondermiddel.

Stadsecoloog Rob van Dijk van de gemeente Tilburg legt uit waarom ze het inheemse mengsel gebruiken en wat er nog meer nodig is om stadsnatuur te doen opbloeien. Dat het nodig is om de biodiversiteit te versterken, is voor Rob glashelder.

“Je ziet soorten verdwijnen”

De stadsecoloog ziet absoluut de effecten van klimaatverandering. “Je ziet dier- en plantensoorten verdwijnen. De weersextremen worden groter. Bepaalde boomsoorten en kruidachtige planten krijgen moeite met die grote schommelingen. De beuk is een doodgewone boomsoort, maar die sterft op veel plekken af. Hij heeft eerst heel veel droogtestress gehad en afgelopen jaar stonden de bomen die al kwetsbaar waren onder water. Dat geeft dan de doodsteek.” Ook in heidegebieden en schrale graslanden die de gemeente beheert, ziet de ecoloog dat sommige dier- en plantensoorten het moeilijk hebben. “Je moet dan denken aan de levendbarende hagedis en aan bepaalde vlindersoorten die afhankelijk zijn van specifieke planten.”

“Het begint met goed beheer”

Het speciale bloemenmengsel kan helpen om de stadsnatuur veerkrachtiger te maken. Toch wordt het mengsel niet zomaar overal ingezaaid. “Het begint met goed beheer”, zegt ecoloog Rob. Maai je namelijk op ecologische wijze bermen en groenstroken, dan kan de natuur haar gang gaan, met wilde bloemen tot gevolg. “Waar het kan, laten we eerst de natuur zelf het werk doen. Verschralingsbeheer is de eerste stap: maaien en afvoeren, zodat de bodem geschikt is voor inheemse zaden. De zaden zijn vaak al aanwezig. Als we de juiste condities creëren voor ontkieming, dan is inzaaien niet nodig. Alleen duurt dat soms zo verrekte lang”, verzucht hij. Bovendien komen ook kruiden op die mensen niet zo prettig vinden, zoals brandnetel en melde. Dat zijn belangrijke planten voor vlinders als de dagpauwoog, de atalanta en de meldevlinder, maar bij inwoners en groenbeheerders zijn ze minder populair. “Op het bloemenmengsel krijgen we wel positieve reacties.”

Geen 'carnavalsmengsels' meer

Op veel plekken in Nederland worden bloemen ingezaaid, maar volgens Rob zijn dat vaak ‘carnavalsmengsels’: “Uitbundig, maar ze dragen weinig bij aan de biodiversiteit.” Op verzoek van natuurverenigingen uit de regio zijn de stadsecologen op zoek gegaan naar een natuurlijk, inheems zadenmengsel waar insecten wel wat aan hebben. De mix die ze nu gebruiken is speciaal voor Tilburgse bodem ontwikkeld door de Tilburgse ecoloog Mischa Cillessen in samenwerking met inheems zadenbedrijf De Cruydt-Hoeck. Zij kweken de zaden zonder bestrijdingsmiddelen of kunstmest, wat gunstig is voor insecten. Vorig jaar presenteerden ze speciale inheemse zadenmengsels voor alle 342 Nederlandse gemeenten.

Keuze voor plantensoorten

Bij de keuze voor de plantenmix in Tilburg is rekening gehouden met extreem natte en droge omstandigheden, als gevolg van klimaatverandering. Daarnaast zijn de soorten geschikt voor de bodemsoorten in de gemeente: zand en leem. Ten derde is de planthoogte meegenomen in de keuze. Dat is belangrijk voor de beleving van het groen door bewoners. Een wilde bloemenweide wordt, zeker in het najaar, soms ervaren als te rommelig. “Het voordeel van dit mengsel is dat de bloeihoogte maximaal een halve meter is”, vertelt Rob. “Je hebt veel ruigtekruiden die in de bloeitijd heel mooi zijn en goed voor de insecten. Maar in de herfst knakken ze om en dat leidt tot verrommeling. De planten uit de zadenmix worden op een mooie manier ruig.”

Zaadmengsel inheemse bloemen

Ook voordelen voor klimaatadaptatie

Het mengsel bestaat uit 42 plantensoorten met eenjarige en meerjarige bloemen, met name meerjarige soorten die het goed doen op schraal zand, zoals vlasbekje, zandblauwtje, Sint-janskruid en hazenpootje. “Het is een schot hagel, we verwachten niet dat alles opkomt.” Rob benadrukt dat het niet de bedoeling is dat deze 42 soorten overal in Tilburg worden ingezaaid. “We willen de natuur een handje helpen op plekken waar wilde bloemen zelf niet opkomen, zoals bij het maken van grasvelden en wadi’s. Als we dan dit kruidenmengsel toevoegen, dan gaat dat erosie tegen omdat de kruiden veel dieper wortelen dan het gras. Er komt daardoor ook meer organische stof en bodemleven in de bodem, waardoor de sponswerking toeneemt. Regenwater kan dan beter worden opgenomen dan in een verdroogd grasveld. Tenslotte leggen kruiden meer CO vast in de bodem dan gras.”

Van beleid naar uitvoering én uitleg

Inheemse natuur ontwikkelen door ecologisch maaibeleid of de juiste mix inzaaien heeft dus tal van voordelen. Inmiddels is dit het beleid in Tilburg, maar de uitvoering is een ander verhaal. “Door deze mix te standaardiseren, is het wel voor iedereen duidelijk wat er gezaaid moet worden”, vertelt Rob. “Maar in het ene project gaat het beter dan in het andere. De groenaannemers doen hun werk soms al veertig jaar op dezelfde manier. Je moet dus bepaalde denkbeelden veranderen. En zij krijgen de opmerkingen uit de wijk te horen.” Niet alle inwoners staan te springen om ruige bloemenweides. Het is lastig voor groenaannemers om uit te leggen waarom dat toch belangrijk is. “Wij moeten soms beter uitleggen waarom we dit doen. Een bloemrijk mengsel is leuk in het voorjaar en in de zomer, maar in de herfst zie je vooral kale sprieten.” Toch zijn juist die sprieten belangrijk voor de biodiversiteit: vogels eten de zaden, insecten vinden een schuilplaats voor de winter in stengels en onder bladeren. 

“Leuk om te zien wat er opkomt als je niets doet”

“Dit is pas het eerste jaar, we moeten de komende jaren gaan zien hoe dit uitpakt,” zegt de stadsecoloog. “Ik ken vergelijkbare plekken bij andere gemeentes en ik denk dat de inheemse zadenmix zijn werk gaat doen. De planten uit dit mengsel houden zich goed en worden niet zo snel plat, ruig en rommelig. Op plaatsen waar het ‘mooier’ moet zijn, is dit een prima mengsel.” Rob kijkt ernaar uit om zoveel mogelijk plekken in de stad kruidenrijk en biodivers maken. “We willen de natuur de ruimte geven in de stad en een handje helpen. Deze mix is daar een hulpmiddel bij. Maar het is ook leuk om te zien wat er opkomt als je niets doet. We kunnen de mensen laten zien dat niet alles aangeharkt hoeft te zijn.”

Tekst: Provincie Noord-Brabant (Marjolein Bezemer)
Foto's: Pixabay (leadfoto: Honingbij op Sint-janskruid); Cruydt-Hoeck en Gemeente Tilburg