Teucrium montanum 1, Berggamander

Levende doden #17: De berggamander

SoortenNL
27-MRT-2025 - Elke twee weken portretteert Sander Turnhout een planten- of diersoort voor wie ‘het lot van de dodo’ dreigt. Nu: de berggamander, de plant die een eeuw lang dapper standhield op de Bemelerberg, maar nu alleen nog in kassen en op foto’s te bewonderen is.
Er bestaat een foto van de berggamander uit 1922. Het bijschrift vermeldt dat het gaat om een plant van minstens vijftig jaar oud. De berggamander is een soort die te vinden is in zeldzame heischrale en kalkgraslanden in de berggebieden van Europa en Klein-Azië. De vondst op de Nederlandse Bemelerberg was een belangrijke reden voor het Limburgs Landschap om over te gaan tot aankoop van de berg. Het is de enige groeiplaats van de berggamander in Nederland. Of: was.
 
Ooit stond er een tweede ‘stip op de kaart’ van deze soort, in de buurt van de Sint-Pietersberg. Toen die in het veld niet kon worden teruggevonden zijn floristen de archieven ingedoken om de originele vegetatie-opnamen te bekijken. Een berggamander konden ze niet vinden, maar er dook wel een kalkaster op, ook wel bekend onder de naam goudhaaraster. Die was bij het digitaliseren niet in de boeken gekomen, waarschijnlijk omdat de soort niet in Nederland bekend was. De vergissing over de berggamander leidde er dus toe dat de Nederlandse flora een prachtige soort rijker was geworden. Het kan verkeren.
 
Er was helaas weinig reden tot vreugde, want hoewel de soort in de jaren vijftig nog op Nederlands grondgebied groeide, is hij inmiddels weer verdwenen. U raadt het al: stikstof. De woekergrassen verdringen planten van voedselarme gronden en dankzij klimaatopwarming zijn de groeiseizoenen ook nog eens langer. De ‘armen’ krijgen daardoor geen kans.
 
Tot 2022 kon je op de Bemelerberg nog precies dezelfde foto maken als die uit 1922. Een dwergstruik van ongeveer een vierkante meter met talrijke prachtige gele bloemhoofdjes waarop het gonst van de wilde bijen. Maar nu kan dat niet meer, want door de heftige zomerse regenval is de 150 jaar oude plant van de berg gekieperd. Van de vierkante meter die de struik ooit was, zijn twee vierkante centimeters over. Deze staan zo ongunstig dat ze naar verwachting niet meer gaan uitlopen. De dichtstbijzijnde plant staat op twaalf kilometer afstand, in het Belgische deel van de Sint-Pieter. En ook dat is een eenling in het landschap. De plant bungelt aan een zijden draadje. Gelukkig hebben we de foto’s nog.
 
Berggamander, Teucrium montanum
 
Wie de plant nu in het echt wil zien, moet naar de proefkassen op de campus van de Radboud Universiteit – daar ligt de berggamander aan de intensive care. Vlak voor het bijna-dodelijke ongeval hebben mensen van Het Levend Archief vijftig bloemhoofdjes verzameld waaruit twaalf zaden konden worden gewonnen. Van die twaalf kiemden er maar twee en die hebben een hormoonbehandeling gekregen om hun overlevingskans te vergroten. Een van de twee kiemen heeft het gehaald en is opgekweekt tot 25 planten die in genetische zin al 150 jaar onveranderd zijn.
 
De planten hebben tientallen jaren zichzelf bestoven, waardoor elke generatie een genetisch exacte kopie is van de vorige. Het voorbeeld van de berggamander laat zien dat ze zoiets heel lang vol kunnen houden. Maar als je van vijftig bloemen uiteindelijk maar één kiem overhoudt, is dat niet heel sterk. Om de overlevingskansen te vergroten, probeert Het Levend Archief nu zaden op te kweken van de Belgische berggamander. Kruisbestuiving betekent uitwisseling van genen en de verwachting is dat het reproductiepercentage daardoor omhooggaat. Biodiversiteit gaat namelijk niet alleen om diversiteit van soorten, maar ook om diversiteit van genen. En diversiteit van leefgebieden. En neurodiversiteit, voeg ik daar dan maar aan toe. En culturele diversiteit, niet te vergeten. Diversiteit betekent veerkracht, en veerkracht is de sleutel tot een duurzaam voortbestaan. Je ziet het in ecosystemen maar ook in organisaties. Je hebt denkers nodig, en doeners. Bronnenonderzoekers en bedrijfsmensen.
 
In de natuurbescherming wordt soms te lineair en te logisch gedacht. Moeten we alle planten zo behandelen als de berggamander? Moeten we hem gaan terugbrengen vanuit de kassen naar de Bemelerberg? Je kunt het allemaal ook niet doen. Er zijn mooie kalkgraslanden denkbaar zonder berggamanders. Maar als je het helemaal nergens doet, blijven we bergafwaarts gaan. En dan leidt verarming op den duur tot ineenstorting.

Levende doden

Geen land ter wereld weet zoveel van haar natuur als Nederland. Tegelijk gaat'Het lot van de dodo' geen land ter wereld er zo slecht mee om. Omdat de overheid het systematisch laat afweten, is natuurbescherming afhankelijk geworden van de inzet van talloze vrijwilligers. Er zijn soorten die onmiddellijk uit Nederland zouden verdwijnen als zij hun inspanningen staken.

Om de twee weken portretteert Sander Turnhout een planten- of diersoort voor wie ‘het lot van de dodo’ dreigt. Dit portret is ook verschenen op De Groene Amsterdammer.

Tekst: Sander Turnhout, SoortenNL
Beeld: Jan van der Straaten; Ed Stikvoort, Saxifraga; Ludwig Volbeda