'Opwinding als ze waterschorpioen of bloedzuiger vinden'
Provincie Noord-BrabantGelukkig is de waterwerkgroep van natuurorganisatie IVN Veldhoven Eindhoven Vessem, waarvan zij sinds 2005 coördinator is, flink gegroeid.
Vijftien jaar geleden liet Tineke (62) haar baan als onderwijzer voor wat die was en stortte zich volledig op haar taken als vrijwilliger. Bij IVN had ze zich al in 1990 aangesloten, nadat de van oorsprong Dordtse met haar man naar Veldhoven was verhuisd. “Toen mijn oudste hier naar school ging, hing daar een papier: ‘Schoolgidsen gezocht’. Ik heb zelf de pedagogische academie gedaan met als specialisatie biologie. Met de klassen ben ik als schoolgids de natuur in getrokken, zo’n twintig jaar lang, ook toen de kinderen al lang van school waren. Het was leuk én lag in het verlengde van mijn werk als leerkracht.”
Natuurmonumenten
Bij de plaatselijke IVN-afdeling viel het haar op dat de waterwerkgroep maar dun bezet was. Tineke sloot zich er daarom bij aan. Het ploegje met nog drie anderen ging voornamelijk voor zichzelf aan de slag: waterdiertjes zoeken, microscopisch onderzoek, dat soort werk. Dit veranderde toen in 2005 Natuurmonumenten in beeld kwam.
“Natuurmonumenten vroeg ons of we wilden bijhouden wat er in de poelen van de Dommelbeemden zat. Haar eigen medewerkers kwamen daar steeds minder aan toe. Het ging om amfibieën, die we dan vingen met lege colaflessen of andere valletjes. Naderhand zijn we zelf ook (water)planten, vlinders en andere insecten gaan inventariseren.” Het werkgebied van de werkgroep ligt ten zuiden van de snelweg A67, aan weerszijden van de beek de Dommel richting Belgische grens. Ieder jaar monitoren ze in het voorjaar twaalf andere poelen van Natuurmonumenten. Deze variëren in grootte van drie tot tien meter in doorsnee.
Kamsalamander
De colaflessen zijn in de loop der jaren ingeruild voor speciale vallen van ijzer met een grote tuit - die werkt als fuik - waar de amfibieën in zwemmen. Het inventariseren bleek succesvol: de kamsalamander werd aangetroffen, een beschermde diersoort. “Vier jaar geleden heeft Natuurmonumenten daarom een plan opgesteld,” vertelt Tineke. “Inmiddels zijn er zes poelen tussen de grens en Eindhoven bij gegraven, zodat de kamsalamander nog verder naar het noorden kan opschuiven. Dit jaar gaan we in die nieuwe poelen kijken of het gelukt is. Juist dat maakt het voor ons als vrijwilligers geweldig: er wordt écht iets gedaan met de informatie die we aanleveren.”
De waterwerkgroep telt ondertussen elf zeer actieve leden en vijf mensen die af en toe meehelpen. Tineke werd destijds ‘tijdelijk’ coördinator, een periode die nu al vijftien jaar duurt. “Tsja, eentje moet de roosters samenstellen, de contacten onderhouden en ons jaarverslag maken. Dat vind ik toch wel leuk. Weer anderen zorgen voor onderhoud van de waadpakken, voeren de verzamelde gegevens in de computer in of maken prachtige foto’s. Bijvoorbeeld van libellen; die kun je op een foto veel beter determineren dan wanneer ze over een poel vliegen.”
Beekprik gemonitord
Die waadpakken komen sinds 2018 goed van pas. Toen meldde zich bij Tineke namelijk RAVON, een organisatie voor de bescherming van amfibieën, reptielen en vissen. Het leidde ertoe dat het takenpakket van de werkgroep werd uitgebreid met een nieuwe opdracht: het monitoren van de bedreigde vissoort beekprik in de Kempen, specifiek in de beken Dommel en Keersop. “Dat doen we in het najaar”, aldus de coördinator. “We gebruiken daarvoor een cementbak met een gat erin. Die wordt om de vijf meter neergezet, op een traject van honderd meter. RAVON wil ieder jaar weten hoeveel larven we op vaste punten tegenkomen. Vier mensen gaan daarvoor met een waadpak de beek in, om te scheppen in de bodem van de bak. Op de oever inventariseren twee leden de opbrengst.”
Waterschap de Dommel kreeg lucht van deze werkzaamheden en zag extra mogelijkheden. In het verleden leende het al eens een speciale meter uit aan Tinekes werkgroep, om bijvoorbeeld de voedingswaarde, geleidbaarheid en zuurgraad van het water te meten. Ook nu nog hoort het waterschap graag waar veel beekprikken, libellen en amfibieën zitten, zodat de waterstand er in tijden van droogte op peil kan worden gehouden. “Dat je daarbij wordt betrokken, is ook een stimulans voor de groep”, zegt de Veldhovense niet zonder trots.
Enerzijds zijn het deze inventarisaties voor (natuur)organisaties die volgens haar het belang aangeven van dit vrijwilligerswerk. “Anderzijds is het voor onze groep heel belangrijk om met elkaar eropuit te trekken. Het sociale aspect. Dat geldt trouwens ook voor het ‘publiek’.”
Scholing
Dat publiek kan overigens nog wel wat scholing gebruiken, heeft Tineke ervaren. Bijvoorbeeld tijdens de ‘slootjesdagen’, die de werkgroep in augustus en september verzorgt in de beekjes. “Dan merk je dat kinderen én hun ouders eigenlijk nauwelijks nog in de natuur komen. Er gaat echt een wereld voor ze open.” Hetzelfde geldt voor veel deelnemers aan de cursussen van het IVN – Tineke heeft die zelf gegeven van 2000 tot 2014. Ook voor hen heeft het water meer dan eens verrassingen in petto.
“Kijk, bomen en planten stáán er gewoon. Daar valt altijd wel wat over te vertellen, eventueel met een boek erbij. Maar voor de waterwerkgroep moet je meer moeite doen. Je loopt te sjouwen met vallen en waadpakken – hoewel veel van onze leden het juist leuk vinden dat ze net als vroeger weer ‘de sloot’ in mogen. Je weet van tevoren ook nooit of er iets in zo’n val zit. Gelukkig vinden kinderen een excursie altijd leuk en ze vangen meestal ook zelf wel iets. Soms zijn het beestjes die je dan met een vergrootglas kunt bekijken. Als ze dan een waterschorpioen vinden of een bloedzuiger, zijn ze helemaal opgewonden.”
Ander vrijwilligerswerk
Wie Googelt op de naam Tineke Lous, krijgt als eerste resultaat: mede-auteur van het boek Van feest naar feest. “Ja, dat ben ik ook”, zegt ze lachend. “Dat is weer ander vrijwilligerswerk, voor de kerk. Het gaat over hoe je christelijke feestdagen thuis kunt vieren. Het is al een boek uit 2003. Maar nog steeds te koop!”
Doorgaan
“Hoe lang ik nog door wil gaan? Zolang ik het leuk vind! Er is in onze werkgroep iemand van 75 jaar en bij de plantenwerkgroep zit iemand van in de 80”, zegt ze veelbetekenend.
Wie Tineke en haar waterwerkgroep in actie wil zien, kan op zondag 15 maart deelnemen aan een amfibieëntocht. Deze vindt plaats bij het Groot Meer tussen Vessem en Wintelre, van 10.00 tot 12.00 uur en is ook geschikt voor kinderen. Aanmelden is niet nodig.
Tekst: Tim Durlinger, provincie Noord-Brabant
Foto's: Marc Bolsius; Beeldbank provincie Noord-Brabant