licht op natuur - primair
22-JUN-2020 - Nachtelijke verlichting heeft invloed op onze natuur, maar het was onduidelijk hoe groot die invloed is. Nu is er voor het eerst bewijs uit een uniek experiment. Verlichting in bosranden leidt op langere termijn tot de afname van het aantal nachtvlinders.

Miljoenen jaren was het overdag licht en ‘s nachts donker, en daarom is de nacht het domein van dieren die alleen ’s nachts actief zijn. Tegenwoordig is ons land bijna overal verlicht. Bijvoorbeeld in de vorm van lantaarnpalen langs wegen of verlichting bij huizen. Voor de dieren die ’s nachts leven, wordt het bijna nergens meer echt donker.

Aantrekkingskracht

De bonte grasuil was een algemene vlinder op de meeste onderzoekslocatiesDat nachtelijk kunstlicht effect heeft op dieren weten we al een tijd. Het bekendste voorbeeld is waarschijnlijk dat nachtvlinders door licht ‘aangetrokken’ worden. Maar het verstoort het leven van nachtvlinders op veel meer manieren, bleek de afgelopen jaren. Zo wordt de aanmaak van sekslokstoffen door vrouwelijke nachtvlinders verstoord en paren ze uiteindelijk minder vaak in het licht. Bovendien gaat het veel minder goed met nachtvlindersoorten die door licht aangetrokken worden.
Dat wijst op een belangrijke rol van kunstlicht in de achteruitgang van nachtvlinders. Al is het duidelijk dat individuele nachtvlinders last hebben van kunstlicht, het was tot nu toe nog steeds de vraag in hoeverre dit ook effecten heeft op de populatiegrootte. Daarvoor is het nodig om te kijken naar verschillen tussen locaties met en zonder licht, op plaatsen zonder andere menselijke activiteit. Zo weet je zeker dat alleen het licht de oorzaak van een effect kan zijn.

Op de onderzoekslocaties van Licht op Natuur staat groene, rode en witte verlichting en een donkere controle. Overal is het aantal aanwezige nachtvlinders geteld. De eerste twee jaar was er geen aantoonbaar verschil tussen het aantal nachtvlinders op de verlichte en de donkere plekken. Over het derde tot en met vijfde jaar waren er veertien procent minder nachtvlinders bij de verlichte plekken (‘Kleuren samen’ geeft het gemiddelde effect weer)

Wachten op bewijs

De lichtvallen werden onder de lantaarnpalen geplaatstJuist dat was één van de doelen van het door NWO-TTW gefinancierde Licht op Natuur-project van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), Wageningen University, De Vlinderstichting en andere partners. Om experimenteel te bepalen of kunstlicht inderdaad een negatief effect op populaties heeft. Hiervoor zijn op acht plekken in Nederland lantaarnpalen in bosranden geplaatst met steeds drie verschillende kleuren licht, en een donkere controle. Vrijwilligers hebben op deze plekken regelmatig nachtvlinders gevangen, geteld en weer losgelaten. De resultaten hiervan zijn vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Current Biology.
De eerste twee jaar was er geen verschil tussen de verlichte plekken en de donkere controle. Er leken zelfs iets meer nachtvlinders op de verlichte plekken te zitten. Maar in het derde tot en met het vijfde jaar waren er duidelijk minder nachtvlinders bij de verlichte plekken – 14% afname in deze periode. Statistisch was er geen verschil tussen de drie kleuren licht.

De vrijwilligers waren soms vele uren bezig om de vangsten te controleren en de vlinders weer vrij te laten

Niet onschuldig

De invloed van kunstlicht blijkt dus op termijn te leiden tot kleinere populaties nachtvlinders. Omdat er op elk punt maar vijf lantaarnpalen in de bosrand staan, bleef de afname in het experiment beperkt. Als een weg door het bos helemaal verlicht is, zal de afname veel groter zijn. Deze resultaten onderstrepen dat belangrijke effecten bijna onzichtbaar zijn en pas na langere tijd gaan optreden. En dat kunstlicht bepaald niet onschuldig is. Al is verlichting heel handig en soms nodig, het is schadelijk voor onze natuur. We zouden net als bij lucht-, water- en andere vervuiling ernaar moeten streven om licht zoveel mogelijk te beperken.

Tot eind juli 2020 kunt u het artikel hier kosteloos downloaden.

 

 

Tekst: Roy van Grunsven, De Vlinderstichting & Kamiel Spoelstra, Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW)

Foto’s: Kamiel Spoelstra, Licht op Natuur; Kars Veling