Bruin zandoogje - primair2

Zandoogjes strooien zand in de ogen

De Vlinderstichting
3-JUL-2017 - Het is de tijd van de zandoogjes, ze worden erg veel gemeld op de invoerportalen. Soms worden er foto’s toegevoegd en dan blijkt dat nogal wat mensen moeite hebben om ze uit elkaar te houden. Dat is niet nodig als je weet waarop je moet letten en er even tijd voor neemt.

Het koevinkje is één van de gemakkelijk te herkennen zandoogjesDankzij invoerportalen zoals Waarneming.nl en Telmee is het aantal vlinders dat wordt door gegeven veel groter dan vroeger. Daardoor hebben we een veel beter overzicht van waar welke soorten voorkomen. Met al die gegevens kunnen we de vlinders ook beter beschermen. Er zijn nu ook veel meer mensen die hun waarnemingen doorgeven dan toen, maar dat heeft ook een keerzijde. De drempel om vlinders door te geven is laag en sommigen zijn wel heel snel met het geven van een naam, in plaats van eerst even de boeken of herkenningssites erbij te halen en zelf even te puzzelen. Dat wordt vooral duidelijk nu er regelmatig foto’s bij de waarnemingen worden geplaatst. We horen het waarnemers ook wel zeggen: “Ach, ik maak gewoon foto’s en die voeg ik erbij en dan komt vanzelf de juiste naam er wel bij”. Dat gebeurt inderdaad vaak wel, maar legt wel een zware belasting op de vrijwillige validatoren, die in de top van de vlindertijd vele uren per dag bezig zijn met de controle van alle ingevoerde waarnemingen. Ze doen erg belangrijk werk, want we willen natuurlijk dat de waarnemingen die zijn opgenomen in de NDFF betrouwbaar zijn. Maar we vragen hierbij wel de hulp van de waarnemers.

De grootte geeft al veel informatie over de herkenning van deze drie zandoogjes, v.l.n.r. hooibeestje, oranje zandoogje & bruin zandoogje

Bruin zandoogje (boven) en oranje zandoogje (onder), links de mannetjes, rechts de vrouwtjesZo vliegen er op dit moment veel zandoogjes. Een aantal zijn gemakkelijk op naam te brengen, zoals het koevinkje en het bont zandoogje en daar zien we dan ook weinig vergissingen, maar drie andere soorten worden nogal eens door elkaar gehaald. De meest voorkomende is het bruin zandoogje. De mannetjes daarvan zijn voornamelijk bruin van boven, de vrouwtjes, die ook nog wat groter zijn, hebben een forse oranje vlek op de bovenzijde. Van onderen, dus als de vlinder met dichtgeklapte vleugels zit, is de oranje voorvleugel opvallend. Het oranje zandoogje is een slag kleiner (zo groot als een koolwitje) dan het bruin zandoogje en heeft meer tekening op de onderkant. De vrouwtjes hebben veel meer oranje van boven en bij de mannetjes valt de donkere geurstreep op. Het oranje zandoogje heeft altijd twee witte stippen in het donkere oog. Bruin zandoogje heeft er meestal een, maar ook soms twee. Het hooibeestje is nog weer een slag kleiner (zo groot als een blauwtje) en is daaraan goed te herkennen. Deze zit nooit met de vleugels opengeklapt, maar altijd dicht. Er is hier een gratis herkenningskaart (pdf; 4,9 MB) te downloaden. Dus, voor u de waarneming doorgeeft eerst even de herkenningskaart erbij pakken!

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting