boomblauwtje primair

Blauwtjes herkennen moeilijk?

De Vlinderstichting
21-JAN-2016 - Als mensen een vlindergids openslaan bij de blauwtjes en pagina na pagina doorbladeren worden ze soms moedeloos. “Daar kom ik nooit uit! Al die blauwe blauwtjes.” Toch valt het reuze mee als je weet waarop je moet letten. Vaak zijn er maar enkele kenmerken relevant voor de herkenning. Nu in deze wintertijd kunnen we dat goed leren met nieuwe zoekkaarten.

Nederlandse blauwtjes: v.l.n.r. boven: icarusblauwtje, boomblauwtje & bruin blauwtje, midden: veenbesblauwtje, heideblauwtje & gentiaanblauwtje, onder: pimpernelblauwtje, donker pimpernelblauwtje, staartblauwtje & klaverblauwtjeInderdaad zijn er in Europa wel ruim 80 soorten blauwtjes en de herkenning ervan is niet altijd gemakkelijk, maar in Nederland praten we ‘maar’ over zo’n tien soorten. Daarvan zijn er maar drie die verspreid door het hele land te zien zijn. De andere zeven hebben maar één bepaald leefgebied of één bepaalde regio waar ze te zien zijn en dat scheelt natuurlijk ook al.

Een andere belangrijke hulp is als je weet waarop je moet letten. Een vlinder heeft honderden kenmerken en je kunt dat nooit allemaal vergelijken, maar dat is ook niet nodig. Vaak zijn er maar vier of vijf kenmerken waarmee alle blauwtjes uit elkaar zijn te houden. Als je weet welke dat zijn is er eigenlijk geen probleem meer. De Vlinderstichting heeft een zoekkaart ontwikkeld waarop die kenmerken staan en waarmee je de Nederlandse blauwtjes goed uit elkaar kunt houden. Niet alleen de blauwtjes, maar ook de witjes en de zandoogjes worden door sommigen als moeilijk uit elkaar te houden beschouwd. Ook voor deze soorten zijn er zoekkaarten gemaakt.

Blauwe juffertjes v.l.n.r. boven: kleine roodoogjuffer, grote roodoogjuffer & lantaarntje, onder: azuurwaterjuffer, variabele waterjuffer & watersnuffel

De herkenningskaarten van blauwtjes, witjes, zandoogjes en blauwe juffertjesOok bij libellen zijn er van die lastpakken die erg moeilijk op naam te brengen lijken. Een van die groepen wordt ook wel de blauwtjes genoemd, een heel aantal juffertjes die als grondkleur zwart en blauw hebben en oppervlakkig gezien sterk op elkaar lijken. Zo lijken drie zeer algemene soorten, azuurwaterjuffer, variabele waterjuffer en watersnuffel best op elkaar. Bovendien kunnen ze overal in het land en met z’n drieën bij elkaar worden gezien. Ook voor deze geldt echter dat er maar 2 of 3 kenmerken goed gezien hoeven te worden om de soort betrouwbaar op naam te kunnen brengen. Dat geldt dan wel alleen voor de mannetjes, want vrouwtjes zijn erg moeilijk uit elkaar te houden. Dat is niet echt een probleem, want als er vrouwtjes zijn weet je ook zeker dat er mannetjes in de directe omgeving zullen zijn en die kun je met de zoekkaart uitstekend benoemen.

 

 

 

 

De zoekkaarten zijn gratis digitaal beschikbaar door op onderstaande links te klikken:

Tekst: Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto’s: Kars Veling (leadfoto: boomblauwtje); Kim Huskens; R. Rietbergen; Chris van Swaay