De Klaverbank: de laatste Nederlandse wildernis
Stichting ANEMOONBericht uitgegeven door Stichting ANEMOON [land] op [publicatiedatum]
Waarom verdient de Klaverbank het predicaat “De laatste wildernis van Nederland”? In bijna alle Nederlandse natuurgebieden is de invloed van de mens bepalend voor de aanwezige soorten planten en dieren. Oerbossen hebben we niet meer. Veel beken zijn gekanaliseerd en vaak ook weer door de mens in de oorspronkelijke staat hersteld. Heidegebieden worden geplagd en bossen zijn aangeplant, vaak met exotische boomsoorten. De Oostvaardersplassen zijn een ultiem voorbeeld van door de mens gecreëerde natuur. Als er ergens in Nederland nog één plekje te vinden is waar de omstandigheden nog bijna net zo zijn als voor de mens er ten tonele verscheen dan is dat de Klaverbank: een klein stukje Noordzee circa 140 kilometer ten noordwesten van Den Helder.
De basis van een natuurgebied wordt bepaald door de lokaal aanwezige fysische omstandigheden zoals: geografische ligging, vochtigheid, temperatuur, licht, bodemgesteldheid, mineralen, en dergelijke. We noemen dit de abiotische factoren. Die vormen het “huis” waar, afhankelijk van de omstandigheden, bepaalde soorten planten en dieren zich succesvol kunnen vestigen. De ecologie beschrijft de samenhang tussen deze fysische omstandigheden en de soorten die er voorkomen. Letterlijk vertaald betekent ecologie niet voor niets “de kennis van het huis”.
Planten en dieren die er zich vestigen vormen een voedselbron voor andere soorten. Die noemen we de secundaire biotische factoren. In bijna alle Nederlandse natuurgebieden zijn juist de fysische factoren sterk door de mens beïnvloed. Echte oerbossen hebben we niet meer. Veel natuurgebieden zijn aangelegd of worden door soms intensief menselijk ingrijpen in stand gehouden: afgegraven hoogveen, geplagde heide en natte gebieden waar we door technische ingrepen het waterpeil in stand moeten houden. In de Oosterschelde komt door de aanleg van Oesterdam en Philipsdam geen brak water meer voor. En tenslotte treffen we overal, soms tot in extreem grote hoeveelheden, exotische planten en dieren aan die er een plaats hebben gekregen omdat ze er door menselijk handelen terecht zijn gekomen. Op zich doet dit geen afbreuk aan de natuurwaarde van onze natuurgebieden. Maar met dit alles in gedachten mogen we ons afvragen of er nog gebieden in Nederland zijn waar de oeromstandigheden tot op de dag van vandaag bepalend zijn voor de aanwezige flora en fauna.
De bodemstructuur van de Klaverbank, ver van onze kust op de grens met het Engelse deel van de Noordzee, is meer dan tienduizend jaar geleden bepaald door de laatste ijstijd. Een zandbank komt daar tot ongeveer 30 meter diepte omhoog. Boven op de zanderige bodem ligt heel veel grind, van enkele centimeters tot ongeveer een meter in doorsnede, dat daar is afgezet door terugtrekkende Noorse gletsjers. Zo was het er tienduizend jaar geleden en zo is het er nu nog. Ook andere fysische factoren, zoals het zoute getijdenwater, zijn er sindsdien onafgebroken aanwezig geweest. De grote afstand tot de kust met veel meer menselijk activiteit en invloed is ook een belangrijke factor voor het ecosysteem van de Klaverbank. De zeedieren die er nu leven zijn hier mogelijk al net zo lang in nagenoeg dezelfde samenstelling aanwezig geweest. De bijzondere combinatie van de aspectbepalende fysische omstandigheden vormen een uniek “huis” waar meerdere voor Nederland zeldzame zeedieren algemeen aanwezig zijn. Elders in de Noordzee worden die niet of slechts zeer zelden aangetroffen. Zie ook de natuurberichten van 23 juni 2011 en 24 juni 2015.
Alleen door de visserij van de laatste eeuwen is de visstand op de Klaverbank, net als elders op de Noordzee, nu aanzienlijk minder dan het er duizenden jaren geleden geweest zal zijn. En de overal heersende invloeden van klimaatverandering zijn hier helaas ook aanwezig, al worden die door de warme Golfstroom en de enorme massa van het zeewater juist beperkt. Tenslotte is de Klaverbank wellicht onze laatste wildernis omdat hier nog geen exotische zeedieren aanwezig zijn die de soortenrijkdom beïnvloeden.
Onderzoek in de laatste 13 jaar door meerdere onderzoeksbureaus, organisaties als Duik de Noordzee Schoon, Stichting de Noordzee en vrijwilligers van Stichting ANEMOON heeft bij herhaling aangetoond en bevestigd dat de soortenrijkdom op de Klaverbank meer dan bijzonder en uniek is voor Nederland. Door zijn oorspronkelijke omstandigheden, bijzondere soortenrijkdom en zeker ook de afwezigheid van exoten verdient de Klaverbank het predicaat “laatste wildernis van Nederland”. In 2005 heeft de Nederlandse overheid meegewerkt om onze laatste wildernis tot een Natura 2000-gebied te benoemen.
Het heeft toen erkend dat de Klaverbank een beschermingswaardige natuurwaarde heeft. Diezelfde overheid heeft sindsdien echter verzaakt om de noodzakelijke effectieve beheersmaatregel te treffen en uit te voeren om de Klaverbank daadwerkelijk te beschermen. Hoelang duurt het nog voor wij “Onze Laatste Wildernis” niet alleen op papier maar echt gaan beschermen tegen de schade die de bodemvisserij hier veroorzaakt? Alle natuurgebieden in Nederland zijn collectief eigendom van 17 miljoen Nederlanders. De Klaverbank vormt daar zeker geen uitzondering op. Wij zijn allen de rentmeesters en de enigen die onze resterende natuur moeten en kunnen beschermen. We hebben het hier over unieke natuur die niet het eigendom is van een kleine groep vissers, die ten koste van die natuur, geld willen verdienen. We hebben het over 2,5% van de Noordzee. Is dat nu zo moeilijk om die nu eindelijk eens adequaat te gaan beschermen?!
Tekst en foto’s: Peter H van Bragt, Stichting ANEMOON