Gezocht: vleermuistellende vogelaars
Bericht uitgegeven door Vleermuizenwerkgroep Natuurpunt [land] op [publicatiedatum]
Trektellen is meer dan vogels alleen. Voor de zeemannen komt er zo nu en dan al eens een Bruinvis voorbij. In het binnenland durft het soms aardig druk zijn met Atalanta’s en Distelvlinders. Maar de voorbije weken was er nog een opvallende verschijning: Rosse vleermuizen.
Jawel: ook vleermuizen trekken. Niet allemaal. Vooral Rosse vleermuis (Nyctalus noctula), Ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii), Tweekleurige vleermuis (Vespertilio murinus) en Bosvleermuis (Nyctalus leisleri) laten de kraamkolonies in West- en Oost-Europa voor wat ze zijn en trekken zuidwest, naar een meer gematigde klimaatzone. En met trekken bedoelen we ook echt trekken, waarbij afstanden van meer dan 1.500 km worden overbrugd. Vaak wordt de kustlijn als trekroute gebruikt. Soms duiken uit koers geslagen vleermuizen zelfs op op schepen of booreilanden, ver van alle vasteland.
Rosse vleermuizen zijn een vrij opvallende verschijning. Met een spanwijdte van 35 tot 40 cm en een gewicht rond de 40 gram is dit de op één na grootste soort. Naar vleermuisnormen is het ook een zeer snelle vlieger die vlot 50 km/u haalt. Hun torpedovormig lijf, aerodynamische oortjes en opvallend smalle en lange vleugels zijn ideaal voor dergelijke snelheden. Soms doen ze wat aan Gierzwaluwen denken, waarmee ze vaak samen in de schemering op insecten jagen.
Opmerkelijk: Rosse vleermuizen kunnen vlot zonder batdetector worden gehoord: hun laagste geluiden worden immers ‘uitgezonden’ op 15 Khz (een goed werkend menselijk oor pikt geluiden op tot 20 Khz). Lage frequenties reiken veel verder dan hoge en zo’n breed bereik is vooral handig als je op grote hoogte vliegt. Rosse vleermuizen jagen gemiddeld op 10 tot 50 m boven de grond, maar worden tijdens de trek soms ook waargenomen tot op 400 m hoogte. Het zijn helse kabaalmakers die makkelijk 120 dB kunnen produceren. Iets waar Metallica een ganse set aan geluidsversterkers voor nodig heeft. Met een batdetector kunnen ze al van 100 m ver worden opgepikt door hun typische ‘twiet-tjok’-geluid.
De soort doet het echter heel slecht. Enkele decennia terug was dit nog een algemene soort; intussen staat ze in Nederland op de Rode Lijst en ook in België zit de soort in vrije val. Omdat er over het trekgedrag van Rosse vleermuizen nog maar bitter weinig gekend is, kunnen de waarnemingen van trektellende vogelaars een belangrijk hiaat in de soortkennis helpen opvullen. De Vleermuizenwerkgroep verzoekt alle trektellende vogelaars om alle gegevens over dagtrekkende vleermuizen zo nauwkeurig mogelijk te noteren (exact tijdstip, geschatte hoogte, vliegrichting, gedrag, …) in de database van www.trektellen.nl of op de speciale projectpagina op www.waarnemingen.be. Doel: vlieg- en trekroutes beter in kaart brengen zodat ook beschermingsmaatregelen beter kunnen worden uitgewerkt.
Tekst: David Galens, Vleermuizenwerkgroep Natuurpunt
Foto's: Gerjon Gelling, Jaap Schelvis