Drukke tijden voor zwarte sterns
Sovon Vogelonderzoek NederlandBericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op dinsdag 14 juni 2011
Voor de zwarte stern, onze algemeenste moerasstern, breken drukke tijden aan. De jongen zijn uit het ei gekropen en dat betekent dat het voer bijna niet aan te slepen is. Hoe kun je zien dat een zwarte stern jongen heeft? Op het moment dat de jongen er zijn, schieten de oudervogels bijna meteen in een beginnend najaarskleed en verschijnen op hun kop de eerste witte vlekken.
Zwarte sterns broeden bij voorkeur in ondiepe, niet al te voedselrijke moerassen met drijvende watervegetatie zoals krabbescheer. Helaas komt krabbescheer in ons land bijna niet meer voor, dus heeft de zwarte stern hulp gekregen. Zo zijn er op verschillende plekken in het land nestvlotjes uitgelegd waar de vogels zeer dankbaar gebruik van maken.
Uit de laatste gegevens van het broedvogelverslag van SOVON blijkt dat de landelijke populatie in 2009 op zo’n 1150 tot 1340 broedparen lag. Het landelijke verspreidingsbeeld laat duidelijke kerngebieden zien met clusters van kolonies in het oosten van Zuid-Holland, in het westen van Utrecht, Zuid- en Midden-Friesland en Noordwest-Overijssel. In De Wieden lag de grootste kolonie met 103 paren. Ook in de Gelderse Poort komen zwarte sterns tot broeden. Op landelijk niveau bleven de aantallen in de 1990-2009 stabiel, maar jaarfluctuaties zijn gebruikelijk. Meer lezen over het broedvogelverslag van 2009? Kijk op de SOVON-site.
Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto: Saxifraga-Piet Munsterman