Ook zeesterren voelen nu de lente in hun lijf
Stichting ANEMOONBericht uitgegeven door Stichting ANEMOON op [publicatiedatum]
Langs onze kust, onder de golven van het zoute water, zijn op ieder moment van het jaar diersoorten aan te treffen die zich aan het voortplanten zijn. Maar net als bij heel veel landgebonden dieren, is de lente bij uitstek het seizoen voor veel zeedieren om zich te onderwerpen aan hun oerinstincten en hard te werken aan hun nageslacht. In deze periode zijn onder andere de zeesterren aan de beurt. Ook zij hebben daarbij zo hun eigen verhaal.
In het vroege voorjaar en met de stijging van de temperatuur van het zeewater vertellen oerinstincten en hormonale cycli de zeesterren dat het weer tijd is om zich voort te planten. Dat doen ze niet zomaar. Sportduikers hebben de afgelopen weken kunnen zien dat ze hiervoor waarschijnlijk ook wachten op de relatief sterke stroming van springtij. Dit komt een keer per twee weken voor. Hierbij is het verschil tussen hoog- en laagwater maximaal groot en is daardoor de getijdestroming het sterkst. In het weekend van 20 maart was het springtij. Toen konden overal in de Oosterschelde grote aantallen zich voortplantende zeesterren waargenomen worden. In het weekend van 27 maart was het vervolgens doodtij. Daarbij was het verschil tussen hoog- en laagwater minimaal en was de getijdestroming veel minder sterk. Toen werden er slechts een paar zich voortplantende zeesterren waargenomen. En nu vraagt u zich wellicht af waarom de zeesterren bij hun voortplanting schijnbaar dankbaar gebruik maken van de stroming.
Dat kunnen we als volgt verklaren: in eerste instantie zoeken de zeesterren een hoog gelegen punt op de zeebodem op. Dit kan bijvoorbeeld bovenop een oesterbank zijn. Hebben ze geen hoger gelegen locatie ter beschikking dan gaan ze gewoon op de punten van hun armen staan om toch wat meer midden in de stroming terecht te komen.
Vervolgens worden door de vrouwtjes via speciale openingen in de oksels van hun armen eicellen aan het stromende water afgegeven. Sportduikers kunnen met het blote oog de relatief grote eitjes onderscheiden en zo zien dat het om een vrouwelijke zeester gaat.
Hopelijk doen mannetjes in de directe omgeving hetzelfde met hun spermacellen. Deze zijn veel kleiner en worden als een rokerige waas uitgescheiden. In het stromende water moeten de twee verschillende geslachtscellen toevallig bij elkaar komen om te kunnen versmelten en zo een zeester-embryo te produceren. Bij springtij, door de relatief sterke stroming, is mogelijk de kans dat zo’n versmelting kan plaats vinden groter dan bij doodtij. Tevens worden de embryo’s over een grotere afstand verspreid en dat is weer goed voor de verspreiding van het genetisch materiaal van de ouderlijke dieren.
Schijnbaar maken zeesterren voor hun voortplanting dus optimaal gebruik van de getijdenstroming. Toch is deze stroming niet essentieel voor de zeesterren. Want in het getijdenloze Grevelingenmeer zien we dat de voortplanting van zeesterren ook succesvol verloopt.
Dit weekend is weer bijna springtij. Wij zijn benieuwd of er weer veel seksueel actieve zeesterren onder de golven van de Oosterschelde aangetroffen worden. We houden u op de hoogte.
Tekst en foto’s: Peter H. van Bragt, Stichting Anemoon