Exotisch springzaad verovert Vlaamse riviervalleien
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
Vlaanderen kampt al jaren met het probleem van invasieve exoten: plant- en diersoorten die hier van nature niet voorkomen, maar zich hebben gevestigd en daarna in sneltempo verspreiden en de inheemse natuur in de verdrukking brengen. De website ‘Invasive species in Belgium’ telt intussen maar liefst 67 invasieve plantensoorten en hun aantal blijft toenemen. Natuurbeheerders worden voor steeds grotere uitdagingen geplaatst om deze exoten te bestrijden. Na de alomtegenwoordige Reuzenbalsemien vormt nu ook het Oranje springzaad een nieuwe bedreiging voor de natte natuur in Vlaanderen.
Oranje springzaad (Impatiens capensis) is een eenjarige kruidachtige plant uit de balsemienfamilie en het geslacht springzaad (Impatiens). Dit plantengeslacht dankt zijn naam aan het feit dat de planten hun zaden wegschieten. In Vlaanderen kwam dit geslacht tot voor kort voor met drie soorten: Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera), Groot springzaad (Impatiens noli-tangere) en Klein springzaad (Impatiens parviflora). Enkel het Groot springzaad is inheems. Reuzenbalsemien is een zeer invasieve exoot die op enkele tientallen jaren een groot deel van onze rivieroevers heeft overwoekerd. Klein springzaad is intussen wijdverspreid in onze bossen. Nu blijkt ook het Oranje springzaad gevestigd in Vlaanderen én uit te breiden.
Oranje springzaad is moeilijk van Groot springzaad te onderscheiden, wanneer het niet in bloei staat. De oranje bloem met rode vlekken en een haakvormig spoor vormt het opvallendste verschil. Ook zijn de bladeren vaak iets donkerder. De naamgeving capensis betekent ‘van de kaap’, maar berust op een vergissing. Oranje springzaad is immers niet uit Zuid-Afrika afkomstig maar uit Noord-Amerika, van waar het werd ingevoerd in Europa. In Groot-Brittannië, België, Frankrijk en Nederland komt de soort als ‘nieuwe’ plant voor langs rivieren en kanalen. Ook in haar oorspronkelijke verspreidingsgebied groeit ze langs kreken, op vochtige plaatsen. De bloeiperiode loopt van juni tot en met oktober. Ondanks het feit dat Oranje springzaad een decoratieve plant is, wordt het niet aangeboden in tuincentra.
In Nederland dateert de eerste vondst van 1992. Ondertussen heeft de soort zich goed kunnen verspreiden. In Engeland is Oranje springzaad al zeker een eeuw aanwezig en heeft zich op die tijd op grote schaal verspreid. De verspreiding gebeurde wellicht door het water. Een keer dat deze soort zich gevestigd heeft, kan ze zich blijkbaar goed uitbreiden.
In Vlaanderen is Oranje springzaad sinds 2002 bekend uit de Kleine Netevallei (Antwerpen) en heeft zich daar sindsdien zowel in het riet, de natte ruigten en in de broekbossen gevestigd. Dit jaar werd de soort voor het eerst ook in grote aantallen langs het Zeekanaal Brussel-Schelde te Humbeek (Vlaams-Brabant) ontdekt.
Opvallend is dat Oranje springzaad geen uiterst voedselrijke omstandigheden nodig heeft zoals Reuzenbalsemien. Door het wegvallen van deze limiterende factor kan de soort alle niet-jaarlijks gemaaide percelen domineren. Enkel door te maaien in augustus en tijdens de bloei kan Oranje springzaad bestreden worden.
In opdracht van het Agentschap voor Natuur en Bos en het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek werkt Natuurpunt Studie momenteel een pilootproject uit, om meer mensen invasieve exoten te leren herkennen en melden, en om meldingen van invasieve exoten sneller tot bij de terreinbeheerders en de bevoegde instanties te krijgen.
Tekst: Roosmarijn Steeman, Natuurpunt Studie
Foto's: Joris De Rycke & Leo Vaes