Natuurjournaal 15 maart 2025

Als de omstandigheden goed zijn, dan komen ze. Dat geldt ook voor de rode kelkzwam. Zeldzaam zijn ze niet, maar vaak zitten ze verscholen onder takken en bladeren. Er zijn twee soorten kelkzwammen: de rode kelkzwam en de krulhaarkelkzwam. Ze kunnen alleen microscopisch worden onderscheiden. Je ziet ze vooral op oud wilgenhout en oude rottende stammen van populier. Zo tussen het mos ontstaat er een kleurrijk palletje. Wist je dat ze hun sporen uit de kelk schieten? Dat gaat met grote druk gepaard en de sporen kunnen tientallen centimeters ver komen.

Deze winter zijn er in ons land negenhonderd ooievaars geteld. Deze zogenaamde overblijvers trekken niet naar het zuiden. Waarom zou je weggaan en een gevaarlijke tocht maken, als er hier nog genoeg voedsel is? Het gros vertrekt nog altijd en komt nu terug. De eerste ooievaars zitten zelfs al op het nest. Vorig jaar werden er zo’n 1600 broedparen geteld, dus 3200 dieren. Tel daar de jongen bij op en je komt op een groot aantal. Hoe ze het weten is nog steeds een raadsel, maar de jongen vertrekken eerder naar het zuiden dan hun ouders en dat zien we bij meer soorten vogels. Een prachtig raadsel van de natuur!

Tekst en beeld: Mike Hirschler, IVN