Het verschil tussen de Rode kelkzwam en de Krulhaarkelkzwam
Nederlandse Mycologische VerenigingBericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging [land] op [publicatiedatum]
Kelkzwammen behoren tot de bekendste winterpaddenstoelen vanwege hun bonte verschijning. In Europa komen vier soorten kelkzwammen voor, waarvan twee in Nederland, namelijk de Rode kelkzwam en de Krulhaarkelkzwam. Deze twee soorten zijn in het veld echter niet met zekerheid van elkaar te onderscheiden.
Omdat de Rode kelkzwam (Sarcoscypha coccinea) waarschijnlijk minder vaak en op andere plaatsen voorkomt dan de Krulhaarkelkzwam (Sarcoscypha austriaca) is een juiste determinatie gewenst. Helaas is het zo dat deze twee soorten in het veld met het blote oog niet met zekerheid uit elkaar te houden zijn. Volgens de literatuur zou de kleur van de Krulhaarkelkzwam meer purperrood moeten zijn en de Rode kelkzwam meer bloedrood. In de praktijk is dit verschil een bron van vergissingen gebleken.
Sommigen beweren dat je het kunt zien aan de soort dood hout waarop de kelkzwammen worden aangetroffen. Het is namelijk door onderzoek duidelijk geworden dat de Rode kelkzwam een voorkeur heeft voor dood hout van Es, Iep en Beuk, terwijl de Krulhaarkelkzwam meer op dood esdoorn- en elzenhout voorkomt. Soms kunnen beide soorten op wilgenhout of op hout van de hazelaar worden aangetroffen.
De manier van determineren om aan de hand van het soort hout waarop ze groeien aan te nemen om welke soort het gaat, is wetenschappelijk niet geaccepteerd. Professionals weten dat vele soorten paddenstoelen het niet zo nauw nemen met de boom- of houtsoort waar ze normaal gesproken op thuis horen en dat uitzonderingen te vaak de regel bevestigen. Ook komt het vaak voor dat de houtsoort waarop de kelkzwammen zitten niet meer zo goed is te herkennen door de staat van verrotting. Hier kan alleen de microscoop nog uitkomst brengen. Omdat het uitsluitend om bovengenoemde twee soorten gaat kan worden volstaan met slechts enkele duidelijke hoofdkenmerken:
De Rode kelkzwam
Sporen 27 tot 43 x 11 tot 14 micrometer met weinig ingedeukte of afgevlakte toppen. Meestal een afgeronde top. De zogenaamde haren aan de buitenkant van de kelk zijn wat bochtig maar krullen niet.
De Krulhaarkelkzwam
Sporen 26 tot 40 x 12 tot 15 micrometer met veel ingedeukte, afgevlakte of naar binnen gebogen toppen. De zogenaamde haren aan de buitenkant van de kelk zijn gebogen en vaak spiraalvormig gekruld.
Alleen met microscopisch onderzoek kunnen de verschillen tussen de Rode kelkzwam en de Krulhaarkelkzwam duidelijk worden gezien. Voor leden van de Nederlandse Mycologische Vereniging is het zelfs verplicht om een kelkzwam microscopisch te determineren om de vondst gevalideerd te krijgen!
Tekst: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto’s: Julius van de Broek; Martijn Oud