Harde populierboleten massaal verschenen in kleilaan met Grauwe populieren

Nederlandse Mycologische Vereniging
15-SEP-2024 - Van mijn zoon kreeg ik het nieuwtje te horen dat er tientallen boleten te vinden waren in een laan van de nieuwe gemeente Dijk en Waard. Twee dagen geleden stonden er slechts enkele boleten, maar nu stonden ze er bij tientallen. Wat voor soort boleet het kon zijn, was de vraag, want Eekhoorntjesbrood was uitgesloten.

De Harde populierboleet (Leccinum duriusculum) behoort tot de ruigsteelboleten (Leccinum sp.) Het is een forse boleet met stevig vlees. De hoedkleur varieert sterk van bleek grijzig-bruin tot donker (grijs)bruin, soms met een roodbruine tint. De buisjes zijn beige en tot 25 millimeter lang. De kleur is crèmewit tot grijsroze. De poriën zijn 0,3 tot 0,5 millimeter in doorsnee, rond en ze verkleuren bruin bij druk of wrijving. De steel is 80 tot 170 bij 14 tot 20 millimeter en is cilindrisch van vorm. Het aflopende, afgeronde, solide uiteinde is geheel dichtbezet met grijze tot zwarte schubjes op een wittige ondergrond. Deze zijn forser naar de basis toe en vaak in langere richels geplaatst.

Harde populierboleet ( Leccinum duriusculum)

Aan de top van de steel is soms een netvormig patroon aanwezig, sterk contrasterend met het bleke tot witte steeloppervlak. Het vlees is bij doorsnijden wit, tot aan het bovenste deel van de steel. Het onderste deel van de steel is vaak iets geelgroen, langzaam verkleurend naar violetroze bij doorsnijden, en uiteindelijk door ouderdom vlekkerig donkergrijsviolet en aan de basis lokaal verkleurend naar geel- tot blauwgroen. De smaak is mild en de geur ondefinieerbaar. De sporen meten 12 tot 16 bij 4,5 tot 6 micrometer en zijn spoelvormig met een kegelvormige top met deukje. Ze zijn verder relatief dikwandig en bleekbruin van kleur op een preparaat in water. Op de steel bevinden zich cystidia van 25 tot 110 bij 5 tot 12 micrometer, vaak met een lange nek. Deze zijn kleurloos of met bruin intracellulair pigment op een preparaat in water.

Vindplaatsen

De Harde populierboleet is een gemakkelijk te herkennen soort die uitsluitend in symbiose leeft met populieren als Witte abeel, Ratelpopulier, Grauwe populier en allerlei populiercultivars. Meestal worden ze telkens in grotere aantallen aangetroffen in lanen, bossen en wegbermen op kalkhoudende kleibodems. De meeste exemplaren van onze locatie waren jammer genoeg, zoals de foto’s duidelijk laten zien, wat aangevreten door slakken en pissebedden. Dit jaar hebben de slakken weer behoorlijk huisgehouden. Onze vindplaats in de gemeente Dijk en Waard viel bij verschillende passanten op vanwege het grote aantal exemplaren. De vondstlocatie van al deze Harde populierboleten betreft een mooie populierenlaan waarlangs opvallend dikke Grauwe populieren zijn te vinden. In deze lanen werden in het verleden wel meer bijzondere paddenstoelen aangetroffen.

Harde populierboleet ( Leccinum duriusculum)

In de duinstreek komen Harde populierboleten vooral voor bij de hier algemeen voorkomende Witte abeel, vaak in combinatie met kalkrijk of lemig zand. Mede gezien de kenmerkende  groeiplaats en de morfologische kenmerken in het veld, zijn deze paddenstoelen gemakkelijk te herkennen. Vandaar dat een veldwaarneming voldoende kan zijn voor validatie. In Nederland komt de Harde populierboleet algemeen voor, vooral in het Pleistocene district, het duindistrict, in Zuid-Limburg en op de klei van het westen en noorden van ons land.

Tekst en foto’s: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging.