Weinig paddenstoelen tijdens excursie, maar toch zeldzame soorten
Nederlandse Mycologische VerenigingHoewel er tijdens deze excursie minder slakken te vinden waren dan de vorige keer, vielen afgelopen zaterdag de excursieresultaten nog steeds erg tegen. Ondanks het mooie weer konden vorige week slechts dertig soorten paddenstoelen worden genoteerd. Wel wat weinig vergeleken met de excursie 2 september vorig jaar op dezelfde locatie, toen konden 122 soorten worden genoteerd!
De meest bijzondere vondsten waren twee Russula-soorten, die wel wat op elkaar lijken, namelijk de Rookrussula (Russula adusta, Rode Lijst: Bedreigd) en Russula ambusta. Deze laatste Russula is eigenlijk een nieuw ontdekte soort. Beide zijn harde Russula-soorten die behoren tot de zogenaamde secti Compactea – deze naam wordt internationaal gebruikt voor deze groep van harde broze Russula's.
De Rookrussula werd de afgelopen jaren nog maar weinig in Nederland aangetroffen, slechts een paar vondsten in de duinen van Schoorl. Hetzelfde geldt voor Russula ambusta, een soort die niet zo lang geleden nog werd aangezien voor de Zwartwitte russula (Russula albonigra, Rode Lijst: Bedreigd). Beide soorten verkleuren op beschadigde plaatsen direct zwart. Ook door ouderdom vindt dit proces van verkleuring plaats. Recent werd ontdekt dat de 'Zwartwitte russula' al enige jaren achtereen in de buurt van Bergen werd gevonden. Deze week echter zoveel af van de Zwartwitte russula dat er sprake moest zijn van een andere soort. Deze nieuwe soort – Russula ambusta – heeft nog geen Nederlandse naam.
Russula ambusta
Russula ambusta bezit een wat plompe steel en een hoed tot circa tien centimeter doorsnede. De steel is eerst wit, maar wordt snel zwart. Sommige exemplaren kunnen grijs van kleur zijn (zie foto), maar het witte vlees wordt op een beschadigde plek net zo zwart als bij donkerdere exemplaren. De dunne brokkelige plaatjes zijn in jonge toestand nog wit en smaken een korte tijd naar menthol. Ze werden aangetroffen bij dezelfde populier waar ze enige jaren geleden ook al werden gevonden.
Nu waren ze oud en zwart geworden en overdekt met Poederzwamgasten (Asterophora lycoperdoides), een soort die als necrotrofe parasiet leeft op dode paddenstoelen met een voorkeur voor Russula’s van de secti Compactea. Eerder was Russula ambusta als Zwartwitte russula opgestuurd naar Gerrit Jansen voor het Russula-project van de NMV. Gerrit is de drijvende kracht achter dit project. Hij ontdekte dat het bleek te gaan om Russula ambusta en niet Zwartwitte russula. Microscopisch zijn de Zwartwitte russula (Russula albonigra) en Russula ambusta gemakkelijk uit elkaar te houden:
Russula albonigra | Russula ambusta |
Lamellen dun en matig uiteen; context niet of nauwelijks rood verkleurend voordat ze zwart worden, maar dan slechts in geringe mate aan het oppervlak; pileocystidia vaak meer dan 90 micrometer. Inhoud van alle cystidia olieachtige guttulaat. | Pileocystidia wijd verspreid, nooit groter dan 160 micrometer, zonder vertakkingen; Hyfeneinden van de pileipellis zonder opgeblazen cellen. |
Aannemelijk is dat de meeste vondsten van Russula albonigra in Nederland in het verleden Russula ambusta betreffen.
Tekst en foto’s: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging