Natuurjournaal 17 juni 2024

De visdief is een vrolijke, wapperende verschijning boven het water. Al vleugelklappend hangen de vogels boven het water, om er steeds weer in te duiken. Ze jagen op kleine visjes om aan de jongen te voeren en duiken daarbij tot 50 centimeter diep het water in. Voor de hongerige jongen moet zoveel mogelijk voedsel aangesleept worden. Behalve visjes ‘dieven’ de vogels daarom ook insecten en regenwormen. De jongen zitten veilig in het nest in de kolonie, meestal op het zand langs rivieren of aan de kust. In het westen en noorden van ons land wil zo'n kolonie ook nog wel eens op een plat dak neerstrijken om te broeden. Visdieven hebben haast met opgroeien. Over vier weken kunnen de jongen vliegen en bereiden ze zich alweer voor op hun vertrek naar Afrika, aan het eind van de zomer.

De kruisbek is al lang klaar met broeden. Vanuit Scandinavië trekt hij al vanaf juni naar ons land. Deze vogel leidt een nomadisch bestaan en is overal waar rijpe dennenappels beschikbaar zijn. Met zijn gekruiste snavel is hij expert in het loswrikken van de zaden. Oude lariksen en fijnsparren in bossen, parken, tuinen en op campings zijn voor kruisbekken geschikte plekken. De dichtheden zijn dan ook nergens zo hoog als op de Veluwe en het Drents-Friese Wold, waar veel naaldbomen staan. Toch weet je nooit zeker of je ze zult zien, want de jaarlijkse verschillen zijn enorm. In sommige jaren zie je bijna geen kruisbekken, in andere jaren zijn het er soms vele duizenden. De laatste grote invasie was in 2013, maar ze worden ieder jaar wel in Nederland gezien. Wil je er zelf eentje spotten? Ga dan op zoek naar een 'drinkplek'. Kruisbekken hebben vaak vaste plekken om te drinken. Hier gaan ze een paar keer per dag heen en dan laten ze zich goed bekijken.

Tekst: Ineke Radstaat, Nature Today
Foto's: Piet Munsterman, Saxifraga; Bart Vastenhouw, Saxifraga