Roggelelie

Plant & insect: roggelelie

Hortus botanicus Leiden
16-JUN-2024 - Veertig planten waren genomineerd voor de verkiezing voor de nationale bloem. Dat de roggelelie geen winnaar werd, is niet verwonderlijk: die is superzeldzaam. Je ziet hem vaker op oude schilderijen dan in het wild, tenzij je in de buurt van zo'n mooi akkerreservaat woont of bij een botanische tuin. Een plant met een verhaal.

"Ooit werd ik een armeluisbloem genoemd. Vroeger stond ik zo te schitteren in wuivende roggeakkers dat men mij van het veld haalde en gratis en voor niets in de tuin zette. Op de akkers ben ik grotendeels weg geploegd, maar ik ben toch nog alom te zien. Ik prijk trots op de schilderijen van Hollandse, Vlaamse en zelf Italiaanse meesters en mijn kleur is niet voor niks geadopteerd door het Koninklijk Huis en het nationale voetbalelftal. Stem oranje, stem op mij!", aldus de wervende tekst bij de Nationale Bloem Verkiezing. Het mocht niet baten. Om een plant in het hart te sluiten, zul je hem op z'n minst moeten kennen – en wie heeft nog het geluk een roggelelie (Lilium bulbiferum subsp. croceum) tegen te komen? Misschien komt u een bloeiend exemplaar tegen in een van de botanische tuinen, ik zag hem jaren geleden bloeien in het Openluchtmuseum in Arnhem. Zo lang geleden dat ik de foto's niet meer vond – alleen bijgaand vaag plaatje van een leliehaantje. Altijd wonderlijk hoe zo'n diertje feilloos zijn lievelingsplanten weet te vinden.

Leliehaantje op roggelelie in het Openluchtmuseum Arnhem

Dagvlinders

Ook wonderlijk: de knaloranje bloem. Hij lijkt vooral geschikt voor exotische vogeltjes zoals honingvogel of kolibri, maar die heb je hier niet. Het blijken vooral dagvlinders die de bloem aandoen. Waarneming.nl schrijft: "Zowel bij roggelelie als bij turkse lelie (Lilium martagon) is de groef op het midden van het bloemdekblad zo smal dat alleen vlinders met een lange snuit erbij kunnen om nectar te bereiken. Daarom worden ze vaak bezocht door dagvlinders. De helmknopjes en de stempel bevinden zich op dezelfde hoogte, maar de stempel buigt iets naar beneden ten opzichte van de helmknopjes. Dit betekent dat wanneer een vlinder met zijn slurf naar de nectar probeert te komen, hij eerst de stempel en vervolgens de helmknopjes aanraakt, wat leidt tot regelmatige kruisbestuiving."

Roggelelie

Nog even terug naar krabbenscheer

Vlinders als bestuivers, dat had ik bij de roggelelie niet gedacht. 'Plant & insect' is het jaarthema van de botanische tuinen in 2024. In dat kader kwam op krabbenscheer een leuke aanvulling: "Ik lees in Nature Today over plant & insect Krabbenscheer als waardplant van insecten", schrijft Jan Wind. "Een soort die hierbij ook niet vergeten kan worden is Hydrellia tarsata, een oevervliegsoort die op krabbenscheer mineert. Vorig jaar heb ik op meerdere plaatsen krabbenscheerinventarisaties gedaan op het voorkomen van Diptera. Hydrellia tarsata is overal waar ik krabbenscheer vond ook te vinden, terwijl de geïsoleerde plasjes vaak ver van elkaar verwijderd liggen. Zelfs in de vijvers Bloemenpark Appeltern werd Hydrellia tarsata waargenomen. Dit jaar ga ik weer enkele krabbenscheervegetaties nalopen op Diptera."

Plant & mens 

Nog een aanvulling op de krabbenscheer van vorige week. 'Plant & mens' is het thema voor 2025 en op dat punt is er niets te melden over krabbenscheer, schreef ik. Dat bleek niet waar. John van Gemeren, van Watersnip Advies in Reeuwijk, had er een leuk verhaal over: "Mijn vader Kees van Gemeren, geboren 1929, was boomkweker in Boskoop. Hij teelde decennialang allerlei siergewassen zoals heesters, coniferen, azalea's en andere rododendrons. Toen hij een jaar of veertien was, ging hij werken bij een grote boomkwekerij met als werkgever Dirk van den Bosch. In die periode, net na de Tweede Wereldoorlog, werd er nog veel gevaren in het sierteeltgebied met de zogeheten Boskoopse schouw. Met zo’n schouw werden de planten en bomen vervoerd naar de weg. Mest en aanvulgrond werden daar opgeladen in de schouw en door de lange sloten naar achteren gevaren om te gebruiken op de percelen. De percelen liggen ook nu nog haaks op de weg en zijn honderden meters lang. De werkgever van mijn vader gaf zijn jonge knecht regelmatig de opdracht om wat dieper in de polder ‘kaarden te gaan vissen’ met de schouw en een sloothaak.  Krabbenscheer (van de Waterkaardefamilie) kwam toen aan de rand van het veenweidegebied massaal voor. Het water zal indertijd veel schoner geweest zijn dan nu. Mijn vader vulde de schouw dan zo goed mogelijk. De krabbenscheren werden  gebruikt als bemesting van de sierteeltpercelen. Kroos wordt op dezelfde manier gebruikt. De naam krabbenscheer heeft niet met wol kaarden te maken volgens mij, maar krabbenscheer behoort tot de kaardenfamilie. Ik weet dat ze in Nieuwkoop de planten 'mienten' noemen. Er zijn rond het sierteeltgebied nog steeds enkele groeiplaatsen van krabbenscheer. Vooral daar waar een ijzerhoudende kleibodem ligt en waar regenwater stagneert."

Politiek

Terug naar de roggelelie. Ook hier is gebruik door de mens te melden, maar dan gaat het om gebruik als tuinplant. De opvallende bloem werd vroeger uit de natuur de tuinen in gehaald, maar er zijn al vele jaren gemakkelijk verkrijgbare gekweekte lelies, die tijd is voorbij.

Ook is er symbolisch/ritueel gebruik. Willem III, koning-stadhouder, is afgebeeld met een roggelelie. En de bloem was een politiek symbool in Noord-Ierland, voor de Oranjeorde.

RoggelelieRoggelelie

Oppervlakkig

Neem een kijkje bij de botanische tuinen die de roggelelie in hun collectie hebben. De planten worden tot wel negentig centimeter hoog. De bol is eivormig en bevindt zich minstens vijftien centimeter onder de grond. Je kunt hem tussen nu en half juli in bloei treffen. Roggelelie is een akkeronkruid in Oost-Nederland, Zuid-Limburg en het noorden van Duitsland. Hij kon zich handhaven doordat de kleine broedbolletjes bij oppervlakkig ploegen – maximaal tien centimeter diep – loskwamen van de bol. Lag het land braak dan konden de bolletjes zich in een jaar of drie tot grote bollen ontwikkelen. Door onkruidbestrijding en dieper ploegen verdween de plant naar akkerreservaten en botanische tuinen.

Flora Batava

Ook de heruitgave van de Flora Batava verwijst naar symbolisch of ritueel gebruik: "Op het befaamde drieluik van Hans Memling uit 1473, getiteld 'Het laatste oordeel', is de roggelelie de laatste plant die de gelukzaligen aan de voet van de trap – waar ze door Petrus worden verwelkomd – kunnen aanschouwen, voordat ze de hemel zullen betreden. De witte lelie, symbool voor reinheid en maagdelijkheid, wordt vaak afgebeeld met Maria; de roggelelie of oranjelelie zou zijn kleur te danken hebben aan de druppels bloed van de overleden Jezus, die tijdens de afname van het kruis op de bloemen terechtkwamen", schrijft Joop Schaminée in dit boek.

Het laatste oordeel, 1473Het laatste oordeel, 1473, detail

De langtongige dagvlinders zullen hun nectar dus elders moeten halen, maar dankzij de inspanningen van onder meer Het Levend Archief blijft de roggelelie bestaan in akkerreservaten.

Meer informatie

  • Roggelelie in botanische tuinen.
  • Verwonder je over de enorme variatie in vliegen op de website van Jan Wind & Mariëtte Geluk, en over de schat aan informatie die daar te vinden is.
  • Het Levend Archief.

Tekst: Hanneke Jelles, Hortus botanicus Leiden, met dank aan Jan Wind en John van Gemeren
Foto's: Italien - Grödner Joch, Wikimedia Commons; Hanneke Jelles; Uoaei1, Wikimedia Commons; Franz Xaver, Wikimedia Commons; Hans Memling via Wikimedia Commons