Natuurjournaal 20 oktober 2023

Is het je ook opgevallen? ’s Zomers zie je er een stuk minder, maar nu zijn er weer veel groepjes vinken te zien. Vooral waar beukenbomen staan, zie je ze op de grond scharrelen en van de beukennootjes eten. De vink is een van de algemeenste broedvogels van Nederland. Waar oude bomen staan, wonen vinken. En nu in oktober zijn er extra veel vinken, vanwege de grote groepen doortrekkende vinken uit het noorden. Op telposten worden er per dag duizenden gezien. De meeste vinken die in Nederland broeden, blijven in de winter echter hier. In bossen zoeken ze ’s winters naar beukennootjes en andere zaden, en in tuinen eten ze van strooivoer.

Bij die trek uit het noorden vliegt ook een familielid van de vink mee: de keep. En de tweede helft van oktober is dan ook dé tijd om kepen te zien! Nog meer dan vinken zijn het bosvogels, en ze worden vooral in bosrijke gebieden in het zuiden en oosten van Nederland gezien, én langs de kust. Waar vinken vrij egaal gekleurd zijn – mannen zachtrood, vrouwen lichtbruin – hebben kepen een bonter uiterlijk. Ze hebben oranje op de vleugels en borst – de vrouwen iets minder – en een grijze kop met zwarte strepen. Vinken herken je altijd makkelijk aan de grote witte vlek op de vleugel, kepen hebben juist een witte stuit. Net als bij de vink is hun roep hetzelfde als hun naam: een nasaal kèèèèp. Of er veel kepen hier blijven overwinteren, hangt af van de hoeveelheid beukennootjes. 's Winters zwerven ze namelijk rond door Europa, op zoek naar dit lievelingskostje.

Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto’s: Bart Vastenhouw, Saxifraga