Natuurjournaal 8 oktober 2022

Met het warme en vochtige weer zijn het nu uitstekende omstandigheden voor paddenstoelen. Een opvallende groep zijn de russula’s. Deze hebben meestal een opvallend gekleurde hoed, brosse plaatjes met witte of gele sporen en een brosse, witte steel zonder ring. Paars-, rood-, bruin- of geelgekleurd passen ze perfect in een herfstig bos. Russula’s zijn ectomycorrhiza’s: deze paddenstoelen leven in symbiose met bomen, waarbij de schimmeldraden voedingsstoffen uitwisselen met de boomwortels. De verschillende soorten russula’s onderscheiden is lastig. Veel soorten hebben vruchtvlees dat verleidelijk fruitig ruikt, maar ze smaken oneetbaar scherp en zijn giftig. Zoals de braakrussula, waarvan de naam je al waarschuwt.

Tussen de vinken in bossen en parken kun je vanaf nu ook kepen tegenkomen. De mannetjes vallen op door hun oranje borst en witte buik. De vrouwtjes hebben minder oranje op de borst, maar zijn een stuk bonter gekleurd dan vrouwtjes van onze ‘gewone’ vink. Kepen broeden in noordelijke bossen. Ze zijn hier nu net aangekomen op hun doortrek, en tot begin november zijn er veel kepen te zien. Een deel blijft ook in Nederland overwinteren. In de winter eten ze zaden, zoals beukennootjes en elzenproppen. Hoe meer beukennootjes, hoe meer kepen er ’s winters in Nederland blijven. Met het goede mastjaar zouden er deze winter dus best wat kepen de vinken gezelschap kunnen houden.

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto’s:  Marijke Verhagen, Saxifraga; Bart Vastenhouw, Saxifraga