We konden een korte periode schaatsen. Dat was even wennen na de zeer warme herfst, maar ook heel lekker. Met de zeer hoge temperaturen van de afgelopen dagen lijkt het winterse weer echter al weer lang geleden. De gemiddelde dagtemperaturen vanaf 20 december zou je normaal eind april of zelfs begin mei verwachten. De regen en wind en de laatste bruine bladeren die eindelijk van de eiken vielen, deden denken aan de herfst. Vanuit weerperspectief gezien sluit het jaar in stijl af. Het begon met de warmste nieuwjaarsdag ooit, en over het hele jaar gezien komt 2022 uit op een gemiddelde temperatuur van 11,5 graden Celsius. Het is daarmee toch nog, ondanks de kou begin december, het twee-na-warmste jaar sinds het begin van de metingen in 1901. Het KNMI publiceerde recent het Klimaatverhaal van 2022 met een overzicht van de diverse weerbijzonderheden dit jaar.
Hazelaars al voor kerst in bloei
De natuur komt nu al uit de startblokken voor het nieuwe groeiseizoen. De twee weken vorst hebben voor een soort reset gezorgd. In die twee weken zijn veel kruidachtige planten bevroren – zoals normaal is voor de winter – en is de ontwikkeling van hazelaars en elzen wat vertraagd.
De mannelijke katjes die zich al voor de vorst aan het strekken waren, ontwikkelen zich nu, met de huidige extreem hoge temperaturen, in rap tempo verder. De eerste hazelaars kwamen voor de kerstdagen al in bloei, net als de eerste vroege elzen. De komende dagen zullen op steeds meer plaatsen hazelaars en elzen in bloei komen. Vooral de elzenpollenconcentratie in de lucht kan bij droog weer flink oplopen. Mensen met hooikoortsklachten dienen hierop bedacht te zijn.
Met de aanhoudende hoge temperaturen koersen we aan op een van de vroegste hazelaarjaren ooit. In de onderstaande figuur staat, voor de jaren waarvoor we voldoende waarnemingen hebben, de datum waarop vijftig procent van alle eerste bloeiwaarnemingen was gedaan. Vijftig jaar geleden was dit ongeveer half februari, deze periode beschouwen we als de normaal. De laatste jaren ligt dit moment rond de jaarwisseling. Een deel van de vervroeging komt waarschijnlijk doordat we steeds vaker hazelaars uit zuidelijke streken in Nederland aanplanten. Maar de gemiddelde temperaturen zijn de laatste jaren ook uitzonderlijk hoog. Het KNMI geeft aan dat de kans op een warme winterweek die gemiddeld boven de tien graden uitkomt vóór 1950 vrijwel nul was. In het huidige klimaat gebeurt dit ongeveer iedere twee jaar. Dat doet iets met de planten en dieren.
Wanneer zie/zag jij de eerste bloeiende hazelaar?
Hou in de gaten wanneer de hazelaar bij jou in de buurt voor het eerst in bloei komt en geef dat door via Natuurkalender.nl. Dan help je ons mee met ons onderzoek naar de effecten van weer en klimaatverandering op de natuur. De vraag doet zich steeds meer voor hoe veel vroeger de hazelaar in bloei kan komen. Wat zouden we later tegen onze (klein)kinderen zeggen? “Wist je dat de eerste hazelaars in 2022 pas rond kerst gingen bloeien?”
Voorlente: op naar eerste bloeiende sneeuwklokjes
Veel planten hebben een koudebehoefte waaraan voldaan moet worden, voordat ze op hoge temperaturen reageren door te groeien. Het voorkomt dat ze te vroeg in de winter in bloei komen en dan extra risico lopen op vorstschade. Er is nog veel onbekend over de koudebehoefte en in welke mate dat voor welke planten geldt. Mogelijk is de korte koudeperiode in december voldoende geweest om in de koudebehoefte te voorzien, waardoor de planten nu ‘denken’ dat we al op de lente aankoersen. Al zal de beperkte hoeveelheid daglicht nog een rem kunnen zijn. De bloei van de hazelaar is in ieder geval een van de fenologische verschijnselen van de voorlente.
Een andere is de bloei van het gewoon sneeuwklokje. Nu komen de blaadjes van het gewoon sneeuwklokje geleidelijk aan steeds verder boven de grond. Vijftig jaar geleden bloeiden de eerste gewoon sneeuwklokjes gemiddeld rond 23 februari. Deze eeuw is dat bijna een maand vroeger. Overigens gaat het hier niet over het breedbladig sneeuwklokje. Dat bloeit nog vroeger en het zou ons niets verbazen als er al enkele bloeiende exemplaren te vinden zijn. Voorlopig is het dus letten op voorlenteverschijnselen in de natuur, en wie weet komt de winter helemaal niet terug in januari en februari.
Tekst en foto’s: Arnold van Vliet en Wichertje Bron, De Natuurkalender, Wageningen University