Verveling tijdens de lockdown? Word braakballenpluizer!
ZoogdierverenigingHoe gaat het in zijn werk?
Het NEM (Netwerk Ecologische Monitoring) Verspreidingsonderzoek Muizen is gestart in 2002 en verkrijgt data door middel van braakbalanalyse. Kerkuilenwerkgroepen en vrijwilligers verspreid over heel Nederland verzamelen tijdens hun werkzaamheden, zoals het controleren van nestkasten, braakballen van kerkuilen. Deze braakballen sturen ze vervolgens op naar de Zoogdiervereniging. Hier worden er partijen van gemaakt, die voorzien van een formulier- en locatienummer, worden opgeslagen in de vriezer voordat ze worden doorgestuurd naar een ‘pluizer’.
Welke soorten worden onderzocht?
Het analyseren (pluizen) van braakballen levert ons informatie over de verspreiding van kleine zoogdieren in Nederland. De braakballen komen uit alle provincies, wat betekent dat er bij het pluizen vaak veel variatie is in de aangetroffen soorten muizen. In dit project richten we ons voornamelijk op de volgende soorten: veldspitsmuis (Crocidura leucodon), waterspitsmuis (Neomys fodiens) en noordse woelmuis (Alexandromys oeconomus arenicola).
Waarom braakballen van kerkuilen?
Voor dit project worden in principe alleen braakballen van kerkuilen onderzocht. Kerkuilen hebben namelijk geen voorkeur voor bepaalde groepen (spits)muizen, waardoor alle soorten zijn terug te vinden in de braakballen. Daarom worden de aangetroffen prooisoorten (en hun onderlinge verhouding) als maatgevend gezien voor de prooidieren die aanwezig zijn binnen het jachtgebied van de betreffende uil. Dit jachtgebied beperkt zich gemiddeld tot een kilometer rond de nestlocatie.
Wat houdt het ‘pluizen’ in?
Wanneer je je aanmeldt als pluizer, krijg je een braakbalpartij thuisgestuurd. We vragen je om vervolgens de braakballen uit te pluizen en op zoek te gaan naar de schedelresten van de prooidieren. Met deze schedelresten (de bovenschedels en onderkaken) is het mogelijk om de (spits)muis tot op soort te determineren. Dit vergt wat geduld, maar via de Zoogdiervereniging krijg je hulpmaterialen aangeleverd (zoals deze zoekkaart (pdf: 9,5 MB)) om het je zo makkelijk mogelijk te maken. Per braakbalpartij vul je een registratieformulier (pdf: 187 KB) in waarop je de aantallen van iedere gevonden soort noteert. Alle schedelresten worden per soort in aparte zakjes bewaard. De registratieformulieren, samen met de verzamelde schedelresten, worden vervolgens teruggestuurd naar de Zoogdiervereniging. Hier worden de partijen gecontroleerd en krijgen zowel de pluizer als de verzamelaar van de braakballen de definitieve resultaten retour. Uiteindelijk worden de resultaten toegevoegd aan de braakbaldatabase en vervolgens aan de Nationale Databank Flora en Fauna, NDFF.
Resultaten
Twee keer per jaar worden vrijwilligers geïnformeerd over de resultaten van alle NEM meetprogramma’s via de nieuwsbrief de ‘Telganger’. Ook overige geïnteresseerden kunnen zich aanmelden voor deze nieuwsbrief. Aanmelden voor de Telganger kan via deze link. Eerdere uitgaven van de Telganger zijn hier ook terug te lezen.
Aanmelden
Aanmelden voor het NEM Verspreidingsonderzoek Muizen kan via het aanmeldformulier. Ook horen we het graag als je actief bent als kerkuilvrijwilliger en braakballen zou willen aanleveren. Alle nieuwe locaties zijn voor het verspreidingsonderzoek interessant, maar op de website vind je een kaart met daarop onze ‘wenshokken’, dit zijn de locaties waar we met name nog graag iets meer willen onderzoeken.
Braakbalpartijen en de geplozen resultaten kunnen gratis worden opgestuurd naar onderstaand adres:
Zoogdiervereniging, t.a.v. Eveline van der Jagt
Antwoordnummer 98198
6500 VA Nijmegen
Meer informatie
- Kijk voor meer informatie op onze website of neem contact op met Dick Bekker (landelijk coördinator) of Eveline van der Jagt (vrijwilligersondersteuning).
Tekst: Dick Bekker & Eveline van der Jagt, Zoogdiervereniging
Foto's: Wesley Overman; Doris Koolmees
Figuur: Zoogdiervereniging