Japanse duizendknoop
24-APR-2020 - Tijd over omdat je aan huis bent gekluisterd door het Corona-virus? Wil je toch iets actiefs doen en tegelijkertijd de natuur een handje helpen? Verwijder dan planten uit je tuin en vijver die schadelijk kunnen zijn voor de natuur. In dit bericht noemen we een aantal invasieve exoten en geven tips over hoe je die het beste kunt verwijderen.

In deze vreemde periode waarin we zoveel mogelijk thuis moeten blijven, is er misschien tijd om in de tuin ‘grote schoonmaak’ te houden. Een aantal plantensoorten die aangeplant zijn in tuinen kunnen verwilderen en schadelijke effecten hebben op de natuur. Door deze soorten te verwijderen kun je dat voorkomen. Deze tijd van het jaar is geschikt voor het verwijderen van onder andere watercrassula, reuzenberenklauw, reuzenbalsemien, Japanse duizendknoop en Canadese kornoelje. Dus ga aan de slag in eigen tuin. Hoe? Dat lees je hieronder. 

Watercrassula                          

WatercrassulaWatercrassula (Crassula helmsii) is een klein, wintergroen, bodembedekkend plantje dat veelal rondom vijvers wordt geplant. Als hij boven water groeit, lijkt de plant wel iets op een klein vetplantje. Watercrassula kan ook matten vormen die in het water drijven. De plant groeit voor menig vijverliefhebber te hard, en wordt dan deels verwijderd. Maar helemaal verwijderen is beter. Doordat soms overtollige planten, met de beste bedoelingen, in openbaar water worden uitgezet, komt de soort in de natuur terecht. Dieren, zoals watervogels, kunnen de planten verder verspreiden. Ook in de natuur kan de plant dichte matten vormen, waardoor inheemse planten en dieren worden weggeconcurreerd. Onderwaterplanten krijgen dan bijvoorbeeld geen licht meer. Ook kunnen deze matten zorgen voor zuurstoftekorten in het water. Menig terreinbeheerder bestrijdt de plant, wat hoge kosten met zich meebrengt.

Hoe aan te pakken?

Om te voorkomen dat verspreiding uit de vijver naar de natuur plaatsvindt, is volledig verwijderen gewenst. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Het is een heel precies en tijdrovend werkje, want alle planten moeten met de hand volledig worden verwijderd. Kleine delen die achterblijven kunnen namelijk weer uitgroeien. Daarom moet je na de bestrijdingsactie regelmatig controleren of er geen nieuwe planten meer zijn. Ook volgend jaar moet de vijver regelmatig geïnspecteerd worden of er toch niet ergens watercrassula groeit. Als je dat niet doet, heb je binnen korte tijd weer een oever en vijver vol met deze plant!

Voor het rigoureus opruimen van watercrassula uit de vijver is deze periode van het jaar niet ideaal vanwege de kikkers, padden en salamanders die nu eieren leggen. Maar als je niets doet kan de vijver vrij snel ongeschikt worden voor amfibieën. Probeer de eieren te ontzien door vanaf de oever te werken. De verwijderde planten kunnen in de gft-container, nooit in de natuur dumpen! Als de gft-container vol is, kunnen de planten in vuilniszakken worden bewaard en later in de container worden gedaan of bij het huishoudelijk afval. In het najaar, vanaf september, kan watercrassula verwijderd worden zonder schadelijke effecten voor dieren.

Verwissel watercrassula niet met vetmuur (boven water) en sterrenkroos (onder water). Deze soorten komen van nature in Nederland voor en zijn prima voor je vijver. Zie voor de verschillen tussen de soorten de veldgids invasieve waterplanten bij watercrassula. 

Reuzenberenklauw

Reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum) is een grote vaste plant die fors blad en grote witte schermbloemen maakt. Dat het sap van de reuzenberenklauw op de huid serieuze brandblaren kan veroorzaken is bij iedereen wel bekend. Dit is al genoeg reden om deze plant te nu echt te gaan verwijderen. Maar de zaden kunnen ook in de natuur terechtkomen, bijvoorbeeld door stromend water en de wind. Daar kunnen de planten dichte bestanden vormen en daarbij andere plantensoorten volledig verdringen. Deze dichte bestanden kunnen decennialang standhouden, waardoor ze een grote verstoring van de plaatselijke inheemse vegetatie veroorzaken en zeldzame plantensoorten kunnen verdwijnen.

Reuzenberenklauw; rechts: jonge planten

Hoe aan te pakken?

Nu is het een goede tijd om de planten uit de tuin te verwijderen, want ze hebben nu nog lekker klein blad. Steek de planten één spade diep, of liefst dieper, uit en controleer later in het jaar of ze echt weg zijn en klaar! De uitgestoken planten kunnen in de gft-container. Draag bij het uitsteken wel beschermende kleding, zoals een lange broek, lange mouwen en tuinhandschoenen, om te voorkomen dat het irriterende sap (bij contact met licht) op je huid komt. Ook de ogen moeten goed beschermd worden.

Omdat de zaden tot zeven jaar kiemkrachtig blijven, is het belangrijk om de komende jaren te controleren of er geen zaden zijn gekiemd. De nieuwe kiemplanten kunnen weggeschoffeld worden. 

Reuzenbalsemien

Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera) is een vrij forse, eenjarige plant met lila/roze bloemen die nu net is gekiemd. Verspreiding vindt plaats doordat de zaden wegschieten bij aanraken. Het is een zogenaamd springzaad. Het zaad kan vervolgens ook verder verspreid worden door waterstromen. Als de zaden in de natuur komen, kan de plant hoge, dichte bestanden vormen die met inheemse plantensoorten concurreren om ruimte, licht en voeding. Door zijn sterke geur lokt de plant bestuivers van inheemse soorten weg, waardoor deze minder zaad produceren. Dit is nadelig voor de vitaliteit van de natuurlijke vegetatie.

Reuzenbalsemien; rechts: kiemplant

Hoe aan te pakken?

De kiemplanten van reuzenbalsemien zijn makkelijk te herkennen (zie foto) en te verwijderen door te schoffelen of ze uit de grond te trekken. Dit geeft andere planten de kans om uit te groeien. Wil je iets doen voor de hommels? Plant dan lipbloemen aan, zoals lavendel, salvia of kattenkruid. 

Japanse duizendknoop

Pas opgekomen stengel van Japanse duizendknoopOver de Japanse duizendknoop (Fallopia japonica) is de afgelopen jaren al veel geschreven en iedereen weet ondertussen dat dit een invasieve exoot is. Minder bekend is misschien dat de plant niet alleen groeit in stedelijk gebied maar ook in de natuur. Ook daar vormt de plant dichte bestanden met snelgroeiende en hoogopgaande stengels, waardoor andere plantensoorten worden verdrongen. Als je deze plant in je tuin hebt, ben je er niet zomaar weer vanaf. Dit zou het jaar kunnen zijn om ze te verwijderen! 

Hoe aan te pakken?

Trek de planten elke één tot twee weken uit of steek ze spadediep uit. Wel volhouden, anders heeft het geen effect. Als je dit het hele jaar doet ben je ze misschien nog niet helemaal kwijt, maar heb je een goed begin gemaakt! Houd dit een paar jaar vol en deel je succes via sociale media. Elk stukje van de plant kan weer uitgroeien tot een nieuwe plant, dus neem geen risico en gooi de planten- en worteldelen bij het restafval, niet de GFT-container. Bovenstaande geldt ook voor twee andere Aziatische duizendknopen die sterk lijken op de Japanse duizendknoop: de Sachalinse duizendknoop (Faloppia sachalinensis) en de bastaardduizendknoop (F. x bohemica).

Heb je in je tuin de dwergvariant van de Japanse duizendknoop, Fallopia japonica var. compacta, dan is het advies om deze ook te verwijderen. De mannelijke planten van deze plant kunnen de Japanse duizendknoop bevruchten, waardoor deze kiemkrachtig zaad kan vormen. Dit vergroot de kans op verspreiding van Japanse duizendknoop!

Canadese kornoelje

Canadese kornoelje

Canadese kornoelje (Cornus sericea) is een loofverliezende struik die maximaal drie meter hoog kan worden. De plant bloeit van april tot en met juli met crème-witte bloemen die in schermvormige tuilen staan. De plant vormt witte bessen waar vogels van eten. De zaden kunnen op die manier in de natuur komen. Canadese kornoelje kan snel groeien en kan onder andere door vegetatieve vermeerdering binnen enkele jaren grote oppervlakten bedekken met een mogelijke dichtheid van wel 100.000 scheuten/stengels per hectare! Het dichte bladerdek verhindert de groei van andere planten, verdringt de natuurlijke vegetatie en vermindert daarmee de soortenrijkdom. 

Hoe aan te pakken?

Bestrijding is lastig en tijdrovend. Na flink snoeien loopt de plant vanuit wortels en takken alleen maar sneller uit. De struik kan worden uitgegraven. Daarbij moeten alle wortels worden verwijderd omdat hieruit hergroei plaats kan vinden. Laat geen takken op de grond liggen, want die kunnen weer wortelen en zo een nieuwe plant vormen.

Rode kornoeljeVerwijderen van de plant is vooral van belang in de buurt van kwetsbare gebieden, zoals oevers van waterlopen en waterrijke gebieden. Een voorbeeld van een alternatieve plant die in de winter ook rode takken heeft, is de inheemse rode kornoelje (Cornus sanguinea). 

Meer informatie

Succes met de ‘grote schoonmaak’!

Tekst: Jenneke Leferink en Johan van Valkenburg, NVWA; Michiel Verhofstad en Baudewijn Odé, FLORON
Foto's: Jenneke Leferink (leadfoto: Japanse duizendknoop in botanische tuin in Leiden); Johan van Valkenburg; Edu Boer; Peter Meininger