In de duinen zijn vaak omvangrijke bossen aanwezig van exotische naaldbomen, met name van zwarte den. Soms is het gewenst om deze plekken om te vormen tot bossen met inheemse boomsoorten, zoals zomereik, lijsterbes en ruwe berk. Voorheen werden de naaldbomen vaak gekapt en verkocht. Om insecten te bevorderen, wordt er echter steeds vaker voor gekozen om de naaldbomen te ringen. Hierdoor ontstaan flinke hoeveelheden kwijnend en dood hout, waarvan zeer veel insectensoorten afhankelijk zijn. Daarnaast worden zo ook bijvoorbeeld paddenstoelen en spechten gestimuleerd.
Dit jaar is gestart met de monitoring van deze vorm van beheer aan de hand van aan dood hout gerelateerde kevers. In het voorjaar van 2019 zijn in het gebied vallen gehangen om kevers te bemonsteren. Dit gebeurde op drie plekken: op een plek waar in de winter van 2017-2018 sitkasparren zijn geringd, op een plek waar die winter zwarte dennen zijn geringd, en een plek waar al een decennium geleden zwarte dennen zijn geringd.”
Houtkevers
Er zijn in Nederland ongeveer 750 keversoorten die voor hun voortbestaan afhankelijk zijn van dood hout. Zij hebben allerlei levenswijzen en benutten uiteenlopende microbiotopen die dood hout kan opleveren. Zo zijn er soorten die in vers dood hout leven, in ouder door schimmels aangetast hout, in vermolmd hout, in dode wortels, in boomholtes, in vloeiende boomsappen en in boomzwammen. Er zijn houteters, schimmeleters, boomsapeters, predatoren, en zelfs soorten die schimmels enten op het hout en dat eten.
De monsters uit de duinen van PWN leverden dit jaar al mooie resultaten op die laten zien wat de waarde is van kwijnend en dood hout. Met de vallen werden 101 keversoorten gevangen, waaronder diverse soorten die zeldzaam zijn in Noord-Holland!
Soorten
Onder de soorten bevinden zich veel keversoorten die gebaat zijn bij dood hout en niet kieskeurig zijn qua microbiotoop; door simpelweg de toename in dood hout worden deze bevorderd. Daarbovenop blijkt dat elke behandeling zijn eigen soorten kan opleveren. Zo leven de larven van de schorskever Cryphalus asperatus bij voorkeur in sparrenhout. Er zijn tien soorten gevonden die juist bij voorkeur in dennenhout leven, waarvan de kniptor Ampedus sanguineus en de boktor Arhopalus rusticus afhankelijk zijn van ouder en droog dood hout. Verder zijn er tien keversoorten gevangen die leven in hout- en slijmzwammen. Beheer dat gericht is op gefaseerd werken en dat gericht is op een ruime variatie in typen dood hout en bijbehorende microbiotopen levert dus veel extra soorten op.
Tot slot
Van de recent geringde bomen was een aanzienlijk deel nog niet dood, naar verwachting zal dit de komende jaren gebeuren. Ook zijn er keversoorten die een meerjarige levenscyclus hebben en pas later uit het dode hout zullen kruipen. De komende jaren kunnen dus hoogstwaarschijnlijk nog veel aanvullende soorten gevangen worden. De toekomst zal uitwijzen welke successie de keverfauna en de bosgebieden gaan doormaken en hoeveel soorten uiteindelijk kunnen profiteren van deze beheervorm.
Tekst: Ed Colijn, Theodoor Heijerman, Micha d’Oliveira en Jinze Noordijk, EIS Kenniscentrum Insecten; Luc Knijnsberg en Wouter Bol, PWN
Foto’s: Jinze Noordijk; Theodoor Heijerman