Eerste zelfstandige stappen van jonge Nederlandse Rode Wouwen niet zonder gevaar
Grauwe Kiekendief - Kenniscentrum AkkervogelsSinds 2010 komen Rode Wouwen in Nederland jaarlijks succesvol tot broeden en het aantal lijkt vanaf 2015 toe te nemen. De toename kan een gevolg zijn van 'overflow' uit nabije populaties in Duitsland of België, maar kunnen ook voortkomen uit 'eigen' reproductie van Nederlandse vogels. Om hier antwoord op te krijgen is er een project opgestart met het kleurringen en zenderen van jonge Rode Wouwen. Met het kleurringen van zoveel mogelijk jonge Rode Wouwen, en door een aantal met GPS-loggers uit te rusten, wordt tegelijkertijd ook informatie verzameld over terreingebruik, dispersie en migratie - met alle risico’s van dien - en vestiging als broedvogel. Het project is een initiatief van onderzoekers Stef van Rijn en Willem van Manen en wordt uitgevoerd in samenwerking met Grauwe Kiekendief - Kenniscentum Akkervogels (GKA).
GPS-loggers
In juni 2019 zijn tien jonge Rode Wouwen voorzien van een zender: twee in Drenthe, twee in Gelderland, drie in Limburg en drie in Overijssel. De zenders sturen tweemaal daags een 3G upload met posities op basis van vijf-minuten-intervallen. Voor specifiek onderzoek is er ook een hoge resolutie functie waarbij iedere drie seconden een positie wordt opgeslagen. Naast posities wordt ook de vlieghoogte geregistreerd. Op basis hiervan kunnen de vliegbewegingen in verschillende situaties, zowel qua terrein, seizoen, weersgesteldheid en tijd per dag nauwkeurig in kaart worden gebracht.
Eerste stappen de wijde wereld in
Inmiddels zijn alle tien jonge Rode Wouwen met zender al enige tijd uitgevlogen. De eerste tijd hingen ze niet verder dan een paar honderd meter van het nest rond, en werden waarschijnlijk nog door hun ouders gevoerd. Tot op een leeftijd van 74 tot 80 dagen bleef dit zo, maar van de ene op de andere dag besloten ze te vertrekken. Dit ging niet geleidelijk, maar direct tot op honderden kilometers van de nestplaats. Op dit moment zijn zeven van de tien jonge vogels vertrokken en aangekomen in gebieden met omvangrijke wouwenpopulaties, waaronder Oost-België en de Duitse Eifel (zie kaart).
Onafhankelijkheid niet zonder gevaar
Die eerste schreden de wijde wereld in zijn niet zonder gevaar. Dat ondervond het jongste jong van een van de Limburgse nesten. Op zijn eerste dag van onafhankelijkheid kwam hij terecht in een gebied met een windpark in de Duitse Eifel, waar hij nog diezelfde middag door een turbine werd geraakt (zie onderstaande foto en figuur 2). Het is bekend dat Rode Wouwen regelmatig het slachtoffer zijn van windturbines. Des de opvallender is het dat eerder met zenders uitgeruste volwassen Rode Wouwen in België en Luxemburg tot dusver nog niet in aanvaring met windturbines zijn gekomen. Het zou goed kunnen dat een dergelijk ongeluk van een jonge Rode Wouw vooral te maken heeft met onhandigheid en onervarenheid.
Terugmelden kleurringen en online meekijken
De Nederlandse Rode Wouwen zijn uitgerust met een metalen ring van het Vogeltrekstation en aan de andere poot een gele ring met twee-letterige zwarte inscriptie. Afgelezen kleurringen graag doorgeven aan Stef van Rijn.
De projectgroep is momenteel bezig met een portal waarop publiek de reizen van de vogels kan volgen. Deze portal zal deze nazomer beschikbaar zijn.
Het project wordt mogelijk gemaakt door de Provincies Limburg en Drenthe. Daarnaast worden zenders gesponsord door Werkgroep Roofvogels Nederland, Vogelwerkgroep Noordwest-Achterhoek en Jeroen de Bruijn. De werkzaamheden van het zenderonderzoek worden uitgevoerd in een samenwerking met GKA.
Tekst en kaarten: Stef van Rijn & Willem van Manen
Foto's: Stef van Rijn (leadfoto: jonge Rode Wouw met zender); René Janssen