Laat de prikken niet stikken
Stichting RAVONIn de Niers leeft niet alleen de rivierprik, maar ook de nauw verwante beekprik. Zelfs de beste kenner kan de larven van deze soorten op het oog niet onderscheiden. Dat ze hier samen voorkomen, maakt de Niers erg bijzonder. In Nederland is er nog geen handvol van zulke plekken. Prikken leven jarenlang als larve ingegraven en blind in de bovenste bodemlaag van beken en riviertjes. Ze zijn ook nog eens geen bijster goede zwemmers. Dit maakt ze een makkelijke prooi voor een baggerkraan.
Meer dan duizend vissen
Het Waterschap Limburg was vooraf op de hoogte van de aanwezigheid van deze prikken en heeft gezorgd voor een goede ecologische begeleiding van de werkzaamheden. De bagger werd eerst op de oever neergelegd en daarna doorzocht op aanwezige vissen. Zo werden er van elf soorten meer dan duizend vissen in veiligheid gebracht. Het overgrote deel, meer dan negenhonderd, bestond uit priklarven. De vissen zijn op een veilige plek in de Niers weer vrij gelaten.
Gebiedsproces
De werkzaamheden aan de Niers maken deel uit van een gebiedsproces dat het Waterschap samen met agrariërs en Staatsbosbeheer heeft ingezet. Het is de bedoeling dat de Niers meer ruimte krijgt om zijn natuurlijke gang te gaan. Door grondruil met boeren ontstaan er meer mogelijkheden voor beboste oevers. Door aanpassingen in het maaibeheer kan er meer watervegetatie tot ontwikkeling komen en is het de verwachting dat er in de oevers meer plasdrassituaties ontstaan. Deze ontwikkelingen zijn gunstig voor prikken en vele andere soorten.
Tekst: Frank Spikmans, Stichting RAVON & Barend van Maanen, Waterschap Limburg
Foto's: Naomi Lambrikx, RAVON (leadfoto: baggerwerkzaamheden in de Niers); Arthur de Bruin, Blikonderwater.nl