Vlinders zoeken in de winter (1)

Er komen in Nederland vier kleine pages voor, die allemaal als eitje overwinteren. Die eitjes zijn redelijk herkenbaar en worden afgezet op specifieke plekken, waardoor je gericht kunt zoeken. De sleedoornpage is een bekend voorbeeld, vooral omdat de vlinder zelf zo verborgen leeft dat die erg moeilijk te vinden is. De eitjes van een paar millimeter groot, in de oksel van takjes en doorns van sleedoorn, zijn makkelijker te vinden. Met de vondst van eitjes heb je natuurlijk het bewijs van (poging tot) voortplanting en dat is misschien nog wel waardevoller dan een vlinder te zien in de zomer, want dat kan nog een zwerver zijn, die zich niet voortplant. De sleedoornpage is vrij zeldzaam en komt plaatselijk voor, ook veel in stedelijk gebied.

Ook de zeer zeldzame iepenpage en de veel algemenere eikenpage zijn op dit moment als eitje aanwezig, respectievelijk in iep en eik. Nadeel is alleen dat deze vlinders de eitjes afzetten in de boomkruin en daar kun je vanaf de grond vaak maar moeilijk bij komen. Soms zijn er bomen met lage takken, daar kun je wel op zoek gaan. Eitjes van iepenpage zijn donkerbruin met een lichte rand en worden wel eens vergeleken met een vliegende schotel. Deze worden voornamelijk afgezet bij bloemknoppen op oudere iepen. De eikenpage, die platbolle bruine eitjes heeft met kleine deukjes erin (als een golfballetje), zet de eitjes vooral af tussen de knoppen aan het einde van de takken. In hoge eiken zijn die natuurlijk niet bereikbaar, maar als er takken uit zijn gewaaid of gesnoeid, dan kun je daarop wel degelijk de eitjes vinden.

De bruine eikenpage, die veel minder voorkomt dan de eikenpage, zet de eitjes vooral af op jonge, maar in ieder geval lage eikjes tot ongeveer een meter hoog en die kun je dus helemaal afzoeken. De eitjes zijn zo’n 10 tot 50 centimeter boven de grond te vinden, vaak op de stam van het kleine boompje. Dit eitje lijkt wel op die van de eikenpage, maar is lichter, beige van kleur.

Als je nog een leuke uitdaging zoekt voor de komende maanden, ga dan eens op zoek naar deze eitjes en geef ze door via Waarneming.nl of Telmee.nl. Het is wel goed even een foto van de vondst mee te sturen.

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting