Naar een natuurinclusieve duurzame landbouw
Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]
Er is een keur aan goede voornemens en initiatieven, zowel bij het beleid als bij de sector, om te komen tot een verduurzaming van de landbouw. Biodiversiteit komt daarbij echter nog nauwelijks ter sprake. Een helder beleid dat aangeeft hoe het behoud van biodiversiteit en landbouw samen kunnen gaan is er niet. Marlies Sanders en collega’s van Wageningen UR hebben nu een brochure geschreven waarin precies staat welke vragen beantwoord moeten worden om te komen tot een natuurinclusieve duurzame landbouw. Welke biodiversiteit hoort bij agrarisch grasland of akkerland? Welke bedrijfsaanpassingen zijn nodig om dit te bereiken? Wat hebben boeren daar aan? Hoe kunnen zij het bereiken? Dat zijn de vragen die in de brochure ‘Op weg naar een natuurinclusieve duurzame landbouw’ worden gesteld en beantwoord.
Nederland behoort, als een der kleinste landen ter wereld, tot de drie grootste exporteurs van agrarische producten. Die hoge productie heeft echter wel een keerzijde: de in Nederland resterende biodiversiteit is het laagste van alle EU-lidstaten. Aan de basis van de achteruitgang van biodiversiteit op boerenland ligt de tegenstrijdigheid tussen productieverhoging en biodiversiteit. Maar aandacht voor alleen productie en productieverhoging is in deze tijd niet meer gerechtvaardigd. Meer aandacht voor biodiversiteit wordt steeds vanzelfsprekender.
De rijksoverheid, maar ook de sector zelf werken al jaren aan verduurzaming van de landbouw. Duurzame landbouw is een breed begrip, waaronder het gebruik van grondstoffen, energie, dierenwelzijn en nog veel meer kan worden geschaard. Behoud van biodiversiteit wordt daar meestal (nog) niet integraal in meegenomen. De rijksoverheid zet in om dat te veranderen. In de Uitvoeringsagenda Natuurlijk Kapitaal is ‘duurzame landbouw en bescherming van biodiversiteit’ een thema waar het kabinet op inzet. Ze streeft naar een duurzaam landbouwkundig beheer in 2020, zodat biodiversiteit behouden blijft. Vanuit de verschillende invalshoeken, beleidsvelden en sectoren ontstaan allerlei initiatieven, convenanten en projecten maar een samenhangend beeld ontbreekt. Wat is nu die biodiversiteit die men wil behouden door duurzame landbouw en wat er moet gebeuren om de gewenste biodiversiteit te bereiken?
In opdracht van het ministerie van EZ heeft Wageningen UR een brochure geschreven die de overheid en de sector handvatten moet bieden om een dergelijke natuurinclusieve duurzame landbouw te bereiken. “Om daar een beeld van te krijgen hebben we per landbouwsector een vertaling gemaakt van dit strategische doel naar meer concrete doelstellingen op bedrijfsniveau,” zegt Marlies Sanders, hoofdauteur van de brochure. “Daarin laten we zien over welke dieren en planten het in de landbouw gaat en wat aangrijpingspunten voor de bedrijfsvoering zijn. Twee voorbeelden die beschreven worden in de brochure zijn: Bij stallen kunnen bomen en struiken worden geplant: De schaduw zorgt voor verkoeling in de zomer, de bomen vangen fijnstof (en stikstof) op en groene erven zijn aantrekkelijker voor recreanten en vogels. Bij akkerbouw zijn bloemrijke akkerranden belangrijk voor akkervogels, herbergen plaagbestrijdende insecten en zijn aantrekkelijk voor recreanten.
Aandacht voor biodiversiteit hoeft de bedrijfsvoering niet te frustreren en kan deze zelfs ondersteunen. De benodigde aanpassingen gaan echter niet vanzelf in de goede richting en agrarisch ondernemers moeten ‘de kar’ wel kunnen en willen trekken. Maar de boeren staan er niet alleen voor. Onze brochure geeft ook een overzicht van wat de overheid en de omgeving, zoals erfbetreders, de ketenpartijen en maatschappelijke organisaties, kunnen doen om de last te verlichten en het karrenspoor te effenen.”
Tekst en foto’s: Marlies Sanders, Alterra Wageningen UR